Home>>read Familieband free online

Familieband(49)

By:Danielle Steel


Ze deed weer haar ogen dicht en probeerde de pijn weg te ademen, maar even later stootte er plotseling iemand tegen haar rolstoel. Hij verontschuldigde zich uitvoerig toen ze haar ogen opendeed. Het was een lange, donkerharige man met een opblaasbare spalk om zijn arm, en hij kwam haar vaag bekend voor. Annie deed haar ogen weer dicht. Haar ene laars was tussen haar rolstoel gestopt en haar blote voet was intussen twee keer zo dik als toen ze binnenkwam. Hij begon ook blauw te worden en ze vroeg zich af of dat betekende dat hij was gebroken, of juist niet. Ze zat een poosje te doezelen in haar stoel, maar de pijn in haar enkel hield haar wakker, en uiteindelijk deed ze haar ogen open. De man met de opblaasbare spalk zat in een stoel naast haar en zag er somber uit. De spalk zat om zijn linkerarm en hij bediende met zijn rechterhand zijn mobiele telefoon om afspraken af te zeggen. Hij klonk als een drukbezet man. Hij droeg een korte broek, een t-shirt en sportschoenen en ze hoorde hem door de telefoon tegen iemand zeggen dat hij zich had geblesseerd met squashen. Hij was knap en zag er erg fit uit. Het leek erop dat hij veel pijn had. Ze zaten lange tijd naast elkaar zonder iets te zeggen. Zij had te veel pijn om sociaal te zijn en had zin om te huilen. Ze had ontzettend veel medelijden met zichzelf.

Op de tv in de wachtkamer werd het nieuws van zeven uur uitgezonden en aan het begin van de uitzending werd meegedeeld dat de vaste presentator Tom Jefferson er die avond niet bij zou zijn. Hij had een blessure opgelopen bij een partijtje squash en was op dat moment in het ziekenhuis. Annie zat naar het beeld te staren zonder echt op te letten, maar toen drong het plotseling tot haar door wie hij was. Ze draaide zich verbaasd naar hem om, en hij keek lichtelijk gegeneerd.

'Ben jij dat?' Hij knikte. 'Dat is pech hebben, met die arm,' zei ze, en hij glimlachte.

'Jij bent ook niet te benijden, zo te zien. Dat zal wel flink pijn doen. Terwijl we hier zaten heb ik het steeds verder zien opzwellen.' Haar enkel werd met de minuut dikker en blauwer.

Ze knikte instemmend, en liet zich toen weer met een zucht achteroverzakken in de rolstoel. Ze probeerde af en toe met haar tenen te wiebelen, maar dat deed nu te veel pijn. Ze had Tom Jefferson hetzelfde zien doen met zijn vingers, om erachter te komen of de arm verstuikt of gebroken was.

'Ik denk dat we hier misschien wel de hele avond zitten,' zei Annie, toen het nieuws was afgelopen. De problemen in Korea en het Midden-Oosten leken haar op dit moment veel minder belangrijk dan de pijn in haar enkel. 'En jij? Zou je niet vóór mogen, vanwege je werk?'

'Ik denk het niet. Volgens mij gaan de drie hartaanvallen, de gebroken nek en de schotwond vóór een tv-uitzending. Ik zou het niet eens durven vragen.' Ze knikte. Hij had een punt, en hij was zeker bescheiden. Ze werden allebei volledig in beslag genomen door hun verwondingen, en ze had het gevoel dat ze samen op een onbewoond eiland waren aangespoeld. Niemand leek te weten dat ze daar waren, en het leek ook niemand iets te kunnen schelen.

Uiteindelijk stuurde ze Kate een sms'je dat ze laat thuis zou zijn, maar ze zei er niet bij waarom. Ze wilde haar niet ongerust maken. Dus zat ze alleen in de wachtkamer van de Eerste Hulp, naast een volkomen onbekende met een gebroken arm.

'Ik ben een keer in mijn arm geschoten,' zei hij na een poosje. 'Toen ik bezig was met een reportage over Oeganda. Ik weet dat het bespottelijk klinkt, maar dat deed toen minder pijn dan dit.' Hij zag eruit alsof hij ook medelijden had met zichzelf.

'Gaan we opscheppen?' vroeg ze met een grijns. 'Ik heb als kind een rib gebroken toen ik uit bed viel, en mijn enkel doet nu meer pijn dan mijn rib toen. Maar ik ben nooit beschoten, dus jij hebt gewonnen.' Hij schoot in de lach en ze zag dat hij een leuke lach had. Dat was ook niet zo vreemd. Hij was tenslotte een soort tv-ster.

'Sorry. Ik wilde niet onbeleefd zijn. Hoe is het gebeurd?' vroeg Tom bezorgd.

'Uitgegleden op een stuk ijs op een bouwplaats. Ik had net gezegd dat ze het moesten opruimen, voor er ongelukken gebeurden, en toen ging ik onderuit.'

'Ben je een bouwvakker?' vroeg hij plagerig. Het praten gaf in ieder geval wat afleiding. Ze hadden niets anders te doen dan zitten en wachten.

'Min of meer. Ik heb mijn eigen helm.' Hoewel ze die niet had gedragen. En de taxichauffeur had gelijk. Ze had geluk dat ze niet op haar hoofd was gevallen. 'Ik ben architect,' zei ze, en hij was zichtbaar onder de indruk. Hij had gedacht dat ze in de mode zat, of anders misschien iets deed in het uitgeversvak. Ze was goed gekleed, welbespraakt, en maakte een intelligente indruk.

'Dat lijkt me leuk werk,' merkte hij op, in een poging hen allebei af te leiden.

'Soms wel. Als ik mijn nek niet breek tenminste.'

'Overkomt je dat vaak?' vroeg hij plagend.

'Eerste keer.'

'Voor mij is het ook mijn eerste sportblessure. Ik heb tien jaar gevaarlijke opdrachten gedaan in het Midden-Oosten. Ik ben twee jaar perschef geweest in Libanon. Ik heb twee bombardementen overleefd. En ik breek mijn arm met een partijtje squash. Wat een afgang.' Hij voelde zich vooral stom. Toen keek hij naar haar, zoals ze ineengedoken in haar rolstoel zat, met haar voet naar voren. De bloeduitstorting bij haar enkel was enorm en werd met de minuut blauwer. 'Heb je honger?' vroeg hij