Home>>read Evermore free online

Evermore(2)

By:Alyson Noel


Ik sluit mijn ogen en wacht af, terwijl mijn vingers in mijn trui omhoogkruipen om een ander liedje op te zetten. Van de schreeuwende Sid Vicious naar iets zachters en rustigers. Die harde muziek heb ik niet meer nodig nu ik in het lokaal zit. Er zijn niet zo heel veel leerlingen in de klas, waardoor de hoeveelheid energie die ze uitstralen wel meevalt.

Ik was niet altijd een buitenbeentje. Ooit was ik een doodnormale tiener. Het soort dat naar schoolfeesten gaat en verliefd wordt op beroemde mensen. Ik was zo trots op mijn lange, blonde haren dat het nooit in me opkwam om ze strak naar achteren te borstelen in een paardenstaart en die te verbergen in een hoody. Ik had een moeder, een vader, een jonger zusje, Riley, en een lieve blonde labrador die Buttercup heette. Ik woonde in een mooi huis in een goede buurt in Eugene, Oregon. Ik was populair, gelukkig en kon niet wachten tot ik met mijn eerste jaar aan de universiteit kon beginnen, aangezien ik net verkozen was tot cheerleader van het universitaire sportteam. Ik had alles wat mijn hartje begeerde en kon doen wat ik wilde. Dat klinkt misschien ontzettend afgezaagd, maar ironisch genoeg is het wel waar.

Toch lijkt dat hele verhaal wat mij betreft op iets wat ik een ander heb horen vertellen. Want sinds het ongeluk kan ik me nog maar één ding goed herinneren: dat ik stierf.


Ik heb een bde of bijna-doodervaring gehad, zo vertellen ze me. Het probleem is dat ‘ze’ ernaast zitten. Want geloof me, er was niets ‘bijna’ aan. Mijn kleine zusje Riley en ik zaten het ene moment nog op de achterbank van mijn vaders suv. Buttercup lag met haar kop op Rileys schoot en tikte zachtjes met haar staart tegen mijn been. Voor ik wist wat er gebeurde, werden alle airbags opgeblazen, lag de auto volledig in de prak en bekeek ik het hele schouwspel alsof ik er geen deel van uitmaakte.

Ik staarde naar het wrak – de versplinterde ruiten, de verkreukelde deuren, de voorbumper die in een dodelijke omhelzing om de stam van een dennenboom heen greep – en ik vroeg me af wat er gebeurd was. Ik hoopte maar dat iedereen uit de auto had weten te ontsnappen, net als ik. Toen hoorde ik een bekend geblaf, en terwijl ik me omdraaide zag ik de anderen op een weggetje verderop lopen. Buttercup kwispelde met haar staart en liep voorop.

Ik liep achter hen aan. Eerst probeerde ik te rennen om ze in te halen, maar daarna liep ik langzamer en ten slotte bleef ik toch nog wat rondhangen. Ik wilde het liefst nog even door dat heerlijk geurende veld wandelen, met de wuivende bomen en de wiegende bloemen. Een moment lang sloot ik mijn ogen tegen de duizelingwekkende, gloeiende, reflecterende mist. Alles om me heen glinsterde.

Ik zei tegen mezelf dat ik maar heel eventjes wilde wachten. Dat ik snel terug wilde om mijn familie te zoeken. Maar toen ik eindelijk omkeek, ving ik nog net een glimp van hen op. Ze glimlachten en zwaaiden terwijl ze een brug over liepen. Een paar seconden later waren ze allemaal verdwenen.

Ik raakte in paniek. Ik zocht om me heen. Ik rende alle kanten op, maar alles zag er hetzelfde uit: overal hing een warme, witte, fonkelende, glinsterende, schitterende, stomme, eindeloze mist. Ik viel op de grond, mijn huid tintelde van de kou. Mijn hele lichaam schokte. Ik huilde, schreeuwde, vloekte, smeekte en deed beloften waarvan ik wist dat ik ze niet kon nakomen.

Toen hoorde ik opeens iemand zeggen: ‘Ever? Is dat je naam? Doe je ogen eens open en kijk me aan.’

Met moeite bereikte ik de oppervlakte. Ik was er weer, op de plek waar alles bestond uit pijn en ellende. Mijn voorhoofd was nat en prikte. Het deed pijn. Ik staarde naar de jongen die over mij heen gebogen stond, keek hem recht in zijn donkere ogen en fluisterde: ‘Ik ben Ever.’ Daarna verloor ik opnieuw het bewustzijn.





Twee



Een paar tellen voordat meneer Robins het leslokaal binnenkomt, schuif ik mijn capuchon naar achteren, zet mijn iPod uit en doe alsof ik mijn boek lees. Ik doe geen moeite om op te kijken als hij zegt: ‘Jongens en meisjes, dit is Damen Auguste. Hij is kortgeleden hiernaartoe verhuisd vanuit New Mexico. Oké, Damen, je kunt op die lege plek achterin gaan zitten, naast Ever. Kijk maar even mee in haar boek tot je je eigen boeken hebt.’

Damen is erg aantrekkelijk. Dat weet ik al zonder ook maar op te kijken. Ik concentreer me op mijn boek terwijl hij mijn kant op komt. Ik weet al veel te veel over mijn klasgenoten. Dus wat mij betreft is elke seconde dat ik nog niets weet mooi meegenomen.

Maar volgens de onuitgesproken gedachten van Stacia Miller, die slechts twee rijen voor me zit, is Damen Auguste echt ‘een ontzettend lekker ding’.

Haar beste vriendin, Honor, is het daar helemaal mee eens.

Dat geldt ook voor Honors vriendje, Craig, maar dat is weer een heel ander verhaal.

‘Hoi.’ Damen laat zich op de stoel naast mij zakken. Mijn rugzak maakt een zacht plofgeluid zodra hij die op de grond laat vallen.