Home>>read Erfelijk belast free online

Erfelijk belast(79)

By:Tom Sharpe


‘Huren, dan. Twintig pond per dag en dan is hij uw garage niet uit geweest en heeft u mij hier nooit gezien.’

‘Akkoord,’ zei juffrouw Deyntry. ‘Heb je verder nog iets nodig?’

‘Iemand die ’t met dieren doet.’

Juffrouw Deyntry verstijfde. ‘Daar kan ik je niet aan helpen,’ zei ze. ‘Bovendien dacht ik dat je getrouwd was.’

‘Een opzetter, bedoel ik. Iemand die dieren opzet en een behoorlijk eindje hier vandaan woont.’

Juffrouw Deyntry zuchtte vol opluchting. ‘Oh, een preparateur,’ zei ze. ‘Je hebt een uitstekende in Manchester. Ik weet natuurlijk alleen van z’n reputatie.’

‘En van nu af aan weet u zelfs dat niet meer,’ zei Lockhart en hij schreef het adres op. ‘Beloofd?’ Hij legde honderd pond op tafel en juffrouw Deyntry knikte.



Die avond werd meneer Taglioni, Preparateur en Specialist in Permanente Preservatie, gestoord terwijl hij in de weer was met Olivier, wijlen de poedel van een zekere mevrouw Pritchard, doordat de bel ging. Toen hij open deed zag hij een lange gedaante op de drempel staan, wiens gezicht grotendeels werd verborgen door een sjaal en een pet.

‘Ja?’ zei meneer Taglioni. ‘Kan ik u van dienst zijn?’

‘Wie weet?’ zei de gedaante. ‘Woont u hier alleen?’ Meneer Taglioni knikte een tikje nerveus .Eén van de nadelen van zijn beroep was dat slechts weinig vrouwen geneigd waren in één huis te wonen met een man die zijn brood verdiende aan het vullen van andere dingen, en dan nog wel dode.

‘Ik heb gehoord dat u een uitstekende preparateur bent,’ zei de man terwijl hij zich langs meneer Taglioni wrong en de gang in stapte.

‘Dat klopt,’ zei meneer Taglioni trots.

‘Kunt u echt alles opzetten?’ Er klonk scepsis door in de stem.

‘ ’t Is mij om het even,’ zei meneer Taglioni. ‘Vossen, vissen, vogels of fazanten. U zegt het maar en ik zet ’t op.’

Lockhart zei het. ‘Benvenuto Cellini! ’ zei meneer Taglioni, die even terugviel in zijn moedertaal. ‘Mamma mia, dat meent u toch niet?’

Maar Lockhart meende het wel degelijk. Hij haalde een enorme revolver uit de zak van zijn regenjas en richtte die op meneer Taglioni.

‘Dit is onwettig. Het is ongehoord. Het...’

De revolver prikte in zijn buik. ‘Ik heb ’t gezegd en nou zet jij ’t op,’ zei de gemaskerde gedaante. ‘Je krijgt tien minuten om je gereedschap bij elkaar te zoeken en wat je verder nodig hebt, en dan gaan we.’

‘Wat ik nodig heb is cognac,’ zei meneer Taglioni en hij werd gedwongen de halve fles leeg te drinken. Tien minuten later werd een geblinddoekte, dronken en raaskallende preparateur op de achterbank van juffrouw Deyntry’s auto geduwd en gingen ze op weg naar het noorden en om drie uur ’s nachts was de auto verborgen in een verlaten kalkoven in de buurt van Black Pockrington. Een lange, zwarte gedaante beende met grote passen over de heuvels met de bewusteloze meneer Taglioni over zijn schouder. Om vier uur waren ze bij de Hall en Lockhart maakte de deur van de wijnkelder open en legde de preparateur op de grond. Boven was Dodd al wakker.

‘Zet een pot sterke koffie en kom dan met me mee,’ zei Lockhart.

Toen meneer Taglioni een half uur later moeizaam bij werd gebracht door gloeiendhete koffie in zijn keel te gieten, was het eerste waar zijn ontstelde blik op viel het lijk van meneer Flawse, dat op de tafel lag. Het tweede was de revolver van Lockhart, het derde een gemaskerde Dodd.

‘En nu aan de slag,’ zei Lockhart. Meneer Taglioni slikte.

‘Lieve God, dat ik zo’n ding moet doen...’

‘ Dit is geen ding, ’ zei Lockhart grimmig en meneer Taglioni huiverde.

‘Ze hebben me nog nooit eerder gevraagd een mens op ie zetten,’ mompelde hij terwijl hij in zijn tas rommelde. 'Waarom heeft u geen balsemer in de arm genomen?’

‘Omdat ik wil dat z’n gewrichten het doen.’

‘Dat z’n gewrichten wat doen?’

‘Dat z’n armen en benen en nek bewegen,’ zei Lockhart.

Hij moet overeind kunnen gaan zitten.’

‘Armen en benen en nek misschien wel, maar heupen zijn onmogelijk. Of zittend óf staand. Eén van de twee.’

‘Zittend,’ zei Lockhart. ‘En nou aan ’t werk.’

'Terwijl zijn weduwe boven lag te slapen, zich niet bewust van haar kersverse maar langverwachte verlies, begon men in de kelder met het onsmakelijke werkje van het opzetten van meneer Flawse. Toen ze uiteindelijk wakker werd, hoorde ze de oude man schreeuwen in zijn slaapkamer. In de kelder luisterde meneer Taglioni mee en voelde zich verschrikkelijk. Dodd voelde zich niet veel beter. Het naar boven dragen van volle emmers en de gruwelijke inhoud leeggieten in de broeikas, waar niemand het zou zien vanwege de sneeuw op het glas, was niet bepaald een aangenaam karweitje.