Samantha merkte dat haar vriendin ongewoon angstig leek, ongetwijfeld met goede reden. Ook zij herinnerde zich hoe fel haar broer geprotesteerd had, en ze vroeg zich af of hij net zo zou reageren op het nieuws dat hem te wachten stond nu zijn vader dood was. Als híj niet besefte dat zijn vader het beste met hem voor had gehad, nou, zíj wel. Adriana was de zuster die ze nooit gehad had, en ze wilde die niet kwijtraken aan de familie van een andere man.
3
‘Hallo,’ zei Samantha met een stralende glimlach toen ze haar moeder de trap af zag komen. Een maand geleden was Philana Wyndham drieënvijftig geworden. Hoewel haar lichtbruine haar in de loop van de tijd doorweven was met wit, kon ze gemakkelijk doorgaan voor een vrouw die tien jaar jonger was. Ze was nog steeds even slank en aantrekkelijk, en bezat een elegantie die leeftijdloos leek. Haar mooie, helderblauwe ogen waren op dit moment verdacht vochtig.
Een golf van onverklaarbare emoties ging door Colton heen toen hij zijn moeder zag naderen.
Haastig, zo snel als zijn been hem toestond, liep hij de trap op. Zijn moeder had op gedempte toon geantwoord dat hij binnen moest komen toen hij op de deur van haar zitkamer klopte. Haar knieën begonnen te knikken bij het zien van haar zoon. Snikkend van vreugde had ze zich in zijn geopende armen geworpen. Later gingen haar vreugdetranen over in verdriet, toen ze herinneringen ophaalde aan het betrekkelijk korte ziekbed van haar man, van wie ze zo intens gehouden had. Sedgwick was altijd zo gezond en flink geweest. In de ochtend was hij nog gaan paardrijden met Perceval en Samantha en had heel opgewekt geleken, ondanks het feit dat hij zich ergerde aan die jonge parvenu, Roger Elston, die op zoek naar Adriana naar het landgoed was gekomen en samen met haar ouders was uitgenodigd voor het diner.
Voordat hij die avond naar bed ging, had Sedgwick zijn gebruikelijke glas cognac gedronken in de zitkamer, maar nog geen uur later was Philana wakker geworden toen hij badend in het zweet naast haar lag, krimpend van de verschrikkelijke pijn in zijn maag. Zijn toestand was in de twee daaropvolgende maanden langzaam maar zeker verslechterd, tot hij ten slotte bezweken was aan een onbekende kwaal.
Colton wist dat ze tot aan de dag van haar dood zou blijven rouwen om het verlies haar man. Zijn ouders hadden zielsveel van elkaar gehouden. Ze hadden beiden evenveel van hun kinderen gehouden en hadden hen met veel zorg opgevoed en eer en waardigheid bijgebracht. In de jaren van zijn afwezigheid had Colton het vaak te druk gehad om aan huis en familie te denken. Maar in rustiger tijden had hij intens verlangd naar zijn ouders, al wist hij uit ervaring dat achter omkijken alleen maar berouw wekte. Hij had zijn eigen leven opgebouwd, zonder dat zijn vader daarop invloed had uitgeoefend. Hij was onafhankelijk, was dat al tien jaar, en behalve dat hij degenen die hij had achtergelaten verdriet had gedaan, voelde hij geen spijt.
Philana bleef staan toen de butler naar haar toekwam. ‘We drinken thee in de zitkamer, Harrison.’
‘Ja, mylady. En de kokkin vroeg of iedereen die nu aanwezig is ook blijft eten.’
‘Ik denk het wel, Harrison.’
Adriana kwam dichterbij om dat te corrigeren. ‘Neem me niet kwalijk, mylady, maar ik geloof niet dat dat het geval zal zijn.’ Ze maakte een eerbiedige revérence toen de oudere vrouw haar aankeek en legde uit: ‘Meneer Fairchild heeft verzocht om miss Felicity op tijd terug te brengen naar Wakefield, zodat hij haar vóór het vallen van de avond naar huis kan brengen. Stuart zal ons begeleiden, en wij beiden zullen vóór het begin van de festiviteiten hier terug zijn. Maar Roger zal niet aanwezig zijn.’ Ze hoorde dat Roger scherp zijn adem inhield, en ze draaide zich even nadrukkelijk naar hem om. Hij kwam uit de zitkamer, waar hij zich blijkbaar tijdelijk had verschanst. Gezien zijn eerdere poging om zijn gastheer aan te vallen, vond ze haar mededeling gerechtvaardigd. Bovendien had hij haar geduld die dag al veel te veel op de proef gesteld. Ze wendde zich weer tot haar gastvrouw en zei: ‘Onze korte afwezigheid zal uw familie wat privacy geven om rustig te genieten van het feit dat lord Colton weer thuis is en bereid het markizaat te aanvaarden. Stuart en ik zullen ruimschoots op tijd zijn voor het diner.’
Adriana probeerde zich af te sluiten voor de aanwezigheid van de man die opnieuw onrust bij haar gewekt had, maar toen Colton dichterbij kwam, besefte ze dat het zinloos was hem te negeren. Ze keek in zijn grijze ogen en was verbaasd over het vreemde kloppen van haar hart, maar ze wist een schijn van kalmte op te houden.
‘Ik ben blij en dankbaar dat u terug bent, milord,’ zei ze ademloos. ‘Nu hoeven uw moeder en zus zich niet voortdurend af te vragen of u veilig en ongedeerd bent.’
Colton pakte haar slanke hand in de zijne en gaf haar geen kans zich terug te trekken. Kort nadat zijn zus hem had herkend, was het hem opgevallen dat de luchthartige, vrolijke stemming van de donkere schoonheid bij haar binnenkomst was verdwenen. Hij kon het haar niet kwalijk nemen, denkend aan de laatste keer dat ze samen waren en hij woedend in opstand was gekomen. Ondanks haar gereserveerdheid voelde hij zich geroepen de kloof tussen hen te overbruggen. Hij kon een naaste buur toch niet slecht over hem laten denken?