Hij strekte uitnodigend zijn hand naar haar uit, met de nodige behoedzaamheid, opdat hij haar niet zou aanraken en ze zich zou terugtrekken. ‘Moeten we langzamerhand niet vertrekken, mylady?’
Colton keek naar Adriana om te zien hoe ze zou reageren op Rogers onbeschaamdheid door bij haar op een vertrek aan te dringen. Hij verwachtte eigenlijk niet dat ze zijn onderzoekende blik zou tarten, maar ze hief hooghartig haar kin op, alsof ze hem uitdaagde haar omgang met een burgerman te bekritiseren.
Colton voelde zijn haren overeind gaan staan, een reactie die hem bijna evenzeer van streek bracht als de mededeling van de artsen dat hij waarschijnlijk zijn been zou kwijtraken. Nog nooit had hij minachting gehad voor burgers. Bijna de helft van zijn leven was hij hen gevolgd in doorweekte modder, was voor hen uit gehold te midden van het oorverdovende gebulder van vurende kanonnen en had naast hen van man tot man gevochten met de vijand. Hij wist niet precies wat het was in Roger Elston dat zijn humeur en temperament zo prikkelde. Hij kon er niet de vinger op leggen. Het kon nauwelijks veroorzaakt zijn door zijn eigen jaloezie. Door zijn langdurige afwezigheid was Adriana nauwelijks meer dan een kennis van vroeger, die in de loop der jaren van hem vervreemd was. Maar wat het ook was, hij moest bekennen dat hij een intense hekel had aan Elston.
Adriana’s onuitgesproken uitdaging gaf Roger nieuwe hoop. Het was zelden voorgekomen dat ze hem had aangemoedigd, en er ging een plotselinge vlaag van stoutmoedigheid door hem heen en een vurig verlangen haar als zijn verloofde op te eisen. Maar toen hij probeerde haar hand te pakken, voelde hij een ijzige huivering van afkeer, terwijl ze een stap achteruit deed en hem niet aankeek, maar door hem heen keek. Ze had een duidelijke manier om haar ergernis te doen blijken, en uit haar kille afstandelijkheid kon hij slechts opmaken dat ze zijn poging om zijn recht op haar te demonstreren niet bepaald op prijs had gesteld. Zo had ze ook de markies te kennen gegeven dat ze hem geen rekenschap verschuldigd was voor haar gedrag of haar omgang met een aspirant-beheerder.
Samantha, die niets liever wilde dan haar levenslange vriendin ingelijfd te zien als lid van de familie Wyndham, greep de gelegenheid aan om haar broer zich ervan bewust te maken dat Adriana niet alleen begeerd werd door talloze aristocraten, maar ook door burgermannen die worstelden met het onmogelijke van hun aspiraties. Al zou Adriana die suggestie van de hand hebben gewezen, Samantha wist dat Roger alles op alles wilde zetten om Adriana hoe dan ook te bemachtigen.
‘Ik vrees dat ik weer vergeten ben je aan nog een gast voor te stellen, Colton. Roger Elston, om precies te zijn.’ Ze wachtte even en legde toen verder uit: ‘Meneer Elston kent Adriana nu al bijna een jaar. Hij vergezelt ons vrij geregeld op onze ritten door de omgeving, en onder Adriana’s leiding is hij een goede ruiter geworden. Binnenkort is meneer Elstons leertijd beëindigd en zal hij het beheer overnemen van zijn vaders wolspinnerij, die vroeger van meneer Winter was.’
‘Meneer Winter?’ herhaalde Colton, die zich de naam niet kon herinneren. ‘Het spijt me, ik herinner me geen meneer Winter uit de tijd dat ik hier woonde.’
‘Thomas Winter. Jaren geleden was hij eigenaar van die grote molen aan de grens van Bradford. Je bent er waarschijnlijk vaak langsgekomen, maar had geen reden om erop te letten toen je nog jong was. Meneer Winter heeft nooit afstammelingen gehad, en toen hij weduwnaar werd, bleef hij alleen, tot hij vier of vijf jaar geleden trouwde met een heel aardige vrouw uit Londen. Bij zijn dood, een paar maanden later, erfde zijn weduwe alles. Zij trouwde daarop met Edmund Elston, Rogers vader. De arme vrouw werd niet lang daarna ziek en overleed. Toen werd Elston enige eigenaar en liet Roger naar Bradford komen om het vak te leren.’
Ondanks de afkeer die hij had van Roger, strekte Colton zijn hand uit om blijk te geven van zijn goede wil, voornamelijk ter wille van Adriana en de andere gasten. ‘Welkom in Randwulf Manor, meneer Elston.’
Roger had al geruime tijd vóór ze aan elkaar werden voorgesteld een intense wrok gekoesterd tegen speciaal deze adellijke man, en hij was even onwillig de aangeboden hand te accepteren als Colton was geweest om hem toe te steken. Hij voelde een schok door zich heen gaan toen de lange vingers zich om zijn hand sloten. Ze waren slanker, krachtiger en veel harder dan hij van een aristocraat verwacht zou hebben. Ongetwijfeld vereiste het hanteren van een zwaard een stevige greep, zelfs van een verwende aristocraat.
‘Waterloo was een enorme overwinning voor Wellington,’ verklaarde Roger hoogdravend, gretig zijn kennis van dat onderwerp tentoonspreidend. ‘Elke officier zou het een voorrecht hebben gevonden onder zijn commando te dienen.’
‘Zeker, meneer Elston,’ antwoordde Colston even vormelijk. ‘Maar we mogen de prestaties van generaal von Blücher niet vergeten. Zonder hem zou het de Engelsen waarschijnlijk minder goed zijn vergaan. Samen vormden die twee mannen met hun legers een kracht die Napoleon niet lang kon weerstaan.’