Samantha was naast haar broer gaan zitten, en toen ze om zich heen keek en Adriana’s bezorgde blik zag, kon ze slechts haar trillende lippen op elkaar klemmen en nietszeggend haar schouders ophalen. Adriana’s benen weigerden dienst en ze sleepte zich naar de zitplaats tegenover Colton. Vol angst keek ze naar de man van wie ze zo verschrikkelijk veel was gaan houden.
Colton zat ineengezakt in de verste hoek van de achterbank, met een elleboog op de armsteun en de hand van die arm stevig tegen zijn middel gedrukt, alsof hij zich daarmee schrap wilde zetten. Zijn gezicht zag doodsbleek. Het was duidelijk dat hij met moeite de kracht vond om iets te zeggen. ‘Vergeef me mijn onwaardige toestand, lady’s,’ zei hij schor en met een wrange grijns. De stijve, bleke lippen bewezen duidelijk hoe moeilijk het voor hem was om zijn pijn te verbergen. ‘Ik ben in een goede conditie vertrokken, maar tussen daar en hier werd ik vanuit een hinderlaag overvallen door bandieten, die erop uit leken me te vermoorden…’
Adriana sloeg haar hand voor haar mond om haar gekreun te smoren. Haar vriendin, wier hese stem haar eigen ongerustheid bewees, stelde de vraag die haar op de lippen brandde.
‘Waarom ben je niet teruggegaan, Colton, zodat een arts je wond kon verzorgen?’
‘Ik moest Adriana zeggen… dat ik van haar houd… en wanhopig verlang haar tot vrouw te hebben.’ Zijn ogen gingen even naar het portier, waar lord Riordan stond te luisteren. ‘Zie je, ik was doodsbang haar te… te verliezen… aan een ander. Ik durfde de rit niet uit te stellen omdat ik bang was voor wat er vanavond zou gebeuren… als ik… haar niet in elk geval… mijn liefde bekende.’
Adriana veegde de tranen weg die over haar wangen stroomden. Zijn ouders zouden zijn dood niet kunnen verdragen, en zij evenmin. Niet alleen hield ze van hem met elke vezel van haar lichaam, maar als hij zou sterven, zou ze het zichzelf nooit vergeven, want dan zou ze achtervolgd worden door het feit dat de breuk tussen hen hem had belet tijdig een arts op te zoeken. Dat schuldbesef zou haar dan tot haar graf blijven achtervolgen. ‘We moeten je onmiddellijk naar tante Tilly brengen en een dokter vinden om je wond te verzorgen.’
De glimlach om zijn mond was uiterst zwak en de grijze ogen waren strak op haar gericht. ‘Niet tenzij je belooft met me te trouwen, Adriana. Vanavond zou kunnen, en nu, op dit moment, zou nog beter zijn.’
‘Je kunt sterven als er niet naar je wond wordt gekeken,’ zei Adriana met verstikte stem, terwijl ze vergeefs probeerde haar tranen te bedwingen.
‘Ik ga liever dood dan zonder jou te moeten leven,’ fluisterde hij, en stak zijn vrije hand naar haar uit, en Adriana legde haar vingers erin.
‘Wil je mijn vrouw worden, Adriana?’ vroeg hij schor.
Ze knikte heftig. ‘Ja, o, ja!’
Colton richtte zijn blik op Riordan en wist een flauw glimlachje tevoorschijn te brengen, ondanks de stekende pijn in zijn rug. ‘Mocht ik dit niet overleven, milord, weet dan dat u mijn keus zou zijn als haar echtgenoot. Een betere man bestaat er niet, na mijn overlijden natuurlijk.’
Zelfs op zo’n ernstig moment moest Riordan de onbedwingbare humor van de ander bewonderen. Met een kort knikje accepteerde hij het compliment dat Colton hem maakte, maar hij antwoordde volkomen oprecht. ‘Als lady Adriana en u niet door een contract gebonden waren, milord, zou ik hemel en aarde bewogen hebben om Adriana van u af te nemen. Maar al wil ik wanhopig graag met haar trouwen, ik zou niet willen dat ons huwelijk het gevolg zou zijn van uw overlijden. Over een dringender kwestie gesproken, als u mij toestaat u te begeleiden naar het huis in de stad, kunnen Percy en ik misschien helpen u naar bed te brengen. Ik vrees dat de lady’s daar de kracht niet toe hebben.’
‘Uw aanbod wordt van harte aanvaard,’ bracht Colton er zwakjes uit. ‘Ik vrees dat ik niet in staat ben het huis op eigen kracht binnen te komen… of me uit te kleden.’
Riordan draaide zich om en zag dat sir Guy naast hem stond. De jongere man had aandachtig naar hun gesprek geluisterd en leek oprecht bezorgd. Riordan, die hem tot zijn vrienden rekende, drong aan: ‘Als je zo vriendelijk zou willen zijn Adriana’s ouders te vertellen dat ze teruggaat naar het huis van haar tante, hoeven ze zich niet ongerust te maken als ze merken dat ze niet aanwezig is.’
‘Ik zal ervoor zorgen dat iemand van de familie op de hoogte gesteld wordt,’ antwoordde sir Guy. Maar voordat hij wegging, liep hij naar het open portier van het rijtuig en schraapte zijn keel om de aandacht te trekken van de gewonde man. ‘Ik wens u van harte beterschap, milord,’ zei hij volkomen oprecht. ‘Het zou iets verschrikkelijks zijn als een gerespecteerde held van onze langdurige strijd met Frankrijk de dood zou vinden door de misdaden van onze eigen landslieden. Ik zal hopen en bidden dat u hun walgelijke opzet zult verijdelen door een lang, gelukkig en voorspoedig leven te leiden. Wat betreft uw geluk, als u mij vergunt u in dat opzicht enige assistentie te verlenen, ben ik graag bereid de aandacht van mijn vader op u te vestigen. Daar u en lady Adriana wettige ingezetenen zijn van Wiltshire, zou hij u zeker een trouwvergunning kunnen bezorgen. Maar zijne hoogwaardigheid de aartsbisschop is toevallig in Bath voor een inspectie van diverse kerken onder zijn auspiciën, en is vanavond naar de Crescent gegaan als gast van mijn vader. Ik geloof dat hij zeker bereid zou zijn een speciale vergunning te verlenen aan een van de grote helden van ons land. Met zijn handtekening op het document zou niemand uw huwelijk met lady Adriana kunnen aanvechten.’