‘Maar dat is geweldig nieuws!’
Bij het zien van de afkeurende blik van haar broer bloosde Farida, en snel probeerde ze haar opmerking af te zwakken. ‘Natuurlijk is het niet geweldig dat onze koninkrijken nu niet kunnen profiteren van een huwelijk tussen leden van de respectieve koningshuizen. Maar ik vind het wel geweldig dat de emir wil dat zijn dochter trouwt met iemand die haar aanbidt. Ik ben blij voor haar. Dát bedoelde ik. Ondanks haar saaie uiterlijk is het een lieve meid, en ze verdient het om gelukkig te zijn.’
‘Dus je bent blij voor haar? En hoe zit het dan met je arme broer?’ Zahirs blik was in tegenspraak met zijn strenge toon. Zijn ogen sprankelden.
‘Misschien… misschien kun je je mening over het juweel bijstellen en overwegen voor iemand te kiezen die jij aanbidt, Zahir. Het lijkt me niet onmogelijk dat er een vrouw verliefd op je zou kunnen worden.’
Hij haalde zijn schouders op. ‘Misschien. Het valt te overwegen.’ Zijn glimlach werd nog breder. ‘Ik moet toegeven dat ik begin te geloven dat het misschien juist goed zou zijn om te trouwen met een vrouw die ik aanbid.’
Toen hij uitgepraat was, ontmoette zijn blik die van Gina, en ze voelde tranen in haar ogen opwellen.
‘Gina en ik hebben het dagboek van onze betovergrootmoeder gevonden. Daarin schrijft ze over het Hart van Onverschrokkenheid.’ Farida sprong gretig in op het moment. ‘Ze had een rotsvast geloof in de voorspelling, want al haar voorouders hadden een lang gelukkig huwelijk gehad, en de meesten van hen waren een natuurlijke dood gestorven. Er staat niets in over vreselijke dingen die hun overkomen zouden zijn.’ Ze haalde diep adem en kreeg een verdrietige blik in haar ogen. ‘Het was een enorme klap voor me om Azhar kwijt te raken. Maar ik neem het de goden niet kwalijk. Dat zou zelfingenomen zijn, want ik weet natuurlijk niet wat de goden met ons voorhebben of waarom Azhar me zo vroeg is ontnomen. Maar dat mij dit is overkomen, wil nog niet zeggen dat het jou ook zal overkomen, Zahir. Daar moet je niet je hele leven lang bang voor zijn. En wat onze ouders betreft: we wisten al dat onze vader een zwak hart had. Dat hield ermee op omdat mama stierf. Zijn tijd was nu eenmaal gekomen.’
Zahir legde zijn hand op die van zijn zusje. ‘Je bent heel dapper, Farida. Het is een zegen om jou als mijn zus te hebben. Natuurlijk was Azhar je grote liefde, maar als je je ervoor openstelt, kun je misschien ooit weer iemand liefhebben. Je bent nog jong, en je hebt zoveel te bieden.’
Ontspannen leunde hij achterover, en vrijwel meteen keek hij weer naar Gina. Zijn onderzoekende blik bezorgde haar kippenvel, en ze voelde zich vervuld van hoop en blijdschap. Toch stak er een oude angst van haar de kop op. Wie had er nou ooit gehoord van een saaie kunsthistorica die met de knapste sjeik ter wereld trouwde?
Vastbesloten het stemmetje in haar achterhoofd te negeren, rukte ze haar blik los van het krachtige knappe gezicht aan de overkant van de tafel en keek ze in plaats daarvan naar het heerlijke eten op haar bord.
‘Heb je honger, Gina?’
Zahir zei het op plagerige toon, maar ze merkte dat dat haar niets kon schelen. ‘Eigenlijk wel,’ gaf ze verlegen toe.
‘Ik wil het niet op mijn geweten hebben dat een van mijn gewaardeerde gasten flauwvalt van de honger. Dus tast toe. En jij natuurlijk ook, Farida.’
Met zijn brede grijns was hij de knapste man die Gina ooit had gezien, en ze kon haar ogen niet van hem afhouden.
‘Laten we genieten van dit heerlijke feestmaal dat mijn zuster voor ons heeft georganiseerd,’ vervolgde hij. ‘Daarna is er nog genoeg tijd om te praten.’
‘Neem me niet kwalijk, majesteit.’ Plotseling vlogen de dubbele deuren open en kwam Jamal binnen, die recht op Zahir af liep.
‘Wat is er?’
‘We zijn gebeld vanuit het huis van Masoud.’
De bediende vervolgde zijn relaas in zijn moedertaal, en zowel Gina als Farida verstijfde toen Zahir opstond en zijn servet neergooide. Hij keek hen aan met een koortsachtige blik in zijn ogen. Zag Gina daar nou angst blinken, vroeg ze zich af.
‘Ik moet helaas weg,’ zei hij. ‘De toestand van mijn secretaris Masoud is plotseling verslechterd. Probeer alsjeblieft van het diner te genieten zonder mij, dan zie ik jullie later weer.’ Hij wendde zich tot Jamal en legde zijn hand op diens schouder. ‘Let op mijn zuster en op mijn gast,’ droeg hij hem op.
Terwijl hij met een resolute blik in zijn ogen naar de deur beende, sprong Gina op en haastte ze zich achter hem aan.
‘Zahir!’
Toen hij abrupt bleef staan, vroeg ze zich af of ze te ver was gegaan.
‘Wat is er?’ vroeg hij met een spoortje ongeduld in zijn stem.
‘Neem me mee.’
‘Uitgesloten.’
‘Alsjeblieft! Ik hoorde aan je stem hoeveel je om Masoud geeft, en ik dacht… dat ik misschien zou kunnen helpen.’