Ze trok de deur achter zich dicht en volgde Zahirs bediende op blote voeten door de hal.
Hoofdstuk 5
Gina werd meegetroond naar een grote slaapkamer, maar had alleen oog voor Zahir, die op het bed lag, met zijn haren uitgewaaierd op het hoofdkussen. Zijn indrukwekkende gebruinde borst was ontbloot, op een verband om zijn ribben na. Een man met een bril en een keurig zwart baardje, van wie ze aannam dat het de hofarts was, stond naast hem. Ze hapte naar adem toen ze de bloedvlek zag op een netjes aangebracht verband om zijn gespierde bovenarm. De arts trok net een injectienaald terug uit Zahirs ongedeerde arm, en de beide mannen keken om toen Jamal haar naar binnen leidde.
‘Doctor Collins, u treft me op een zwak moment, vrees ik. Kom maar dichterbij, ik zal heus niet bijten. Daar heb ik momenteel de kracht niet eens voor!’
Hoe kon hij nog grapjes maken op dit moment, vroeg Gina zich af, terwijl ze zich naar het bed haastte. ‘U bent gewond. Wat is er gebeurd?’
‘Een of andere dwaze rebellenleider dacht naam te kunnen maken door de sjeik van Kabuyadir te vermoorden. Gelukkig heeft de kogel alleen mijn arm en mijn zij geschampt. Kijk niet zo bezorgd, doctor Collins. Mijn arts heeft me al verzekerd dat ik het wel zal overleven.’
Ze begreep niet dat hij er zo luchtig over kon doen dat hij bijna vermoord was. ‘Dat is niet grappig. Neemt u geen lijfwacht mee naar dat soort aangelegenheden?’ Het viel niet mee om de trilling uit haar stem te weren.
‘Mijn lijfwacht is in zijn been geraakt en ligt nu in het ziekenhuis.’
Zahir klonk gefrustreerd, en even zag ze een glimp van woede en spijt in zijn ogen. Opeens wenste ze dat de arts en Jamal hen alleen zouden laten, zodat ze erachter kon komen hoe hij zich echt voelde. Om de een of andere reden had ze het gevoel dat hij zich groot hield. Op dat moment kreeg hij echter een warme blik in zijn ogen en pakte hij haar hand beet. Het kon hem duidelijk niets schelen dat zijn arts en zijn bediende dat konden zien.
De arts borg zijn instrumenten op. Daarna wisselde hij in zijn moedertaal een paar woorden met Zahir, die aandachtig knikte. Uiteindelijk maakte de man een respectvolle buiging en liep hij achteruit naar de deur, die Jamal voor hem openhield.
Zahir keek zijn bediende aan en zei in het Engels: ‘Ga maar, ik red me wel. Straks ga ik proberen te slapen, zoals de dokter me heeft aangeraden. Zorg ervoor dat mijn zusje hier niets van hoort, voor ik het haar zelf heb kunnen vertellen.’
‘Ja, majesteit.’
Zachtjes trok hij de deur achter zich dicht, waarna ze alleen achterbleven.
Zahir keek naar haar slanke hand die in de zijne lag, bracht die naar zijn lippen en drukte er een kus op.
De tranen sprongen haar in de ogen. ‘Je moet niet zulke grote risico’s nemen,’ mompelde ze. Het maakte haar niet uit dat hij de sjeik was; voor haar was hij gewoon een man, een man om wie ze meer gaf dan in woorden uit te drukken viel.
‘Ik wil je niet aan het huilen maken,’ zei hij zacht, terwijl hij haar tranen wegveegde. ‘En geloof me, dit was niet de manier waarop ik deze nacht met je had willen doorbrengen.’
Het duurde even voor zijn woorden tot haar doordrongen. Ze trok haar hand terug en staarde hem aan. ‘De nacht doorbrengen? Waar heb je het over, Zahir?’
‘Moet ik dat echt uitleggen?’
‘Ik heb al gezegd dat ik hier ben vanwege mijn beroep, en…’ Haar stem stierf weg toen ze zich bewust werd van zijn lichaam. Ze rukte haar blik los van zijn strakke buik en smalle heupen, terwijl ze werd overvallen door een vlaag van opwinding.
Met een wellustige glimlach zei hij: ‘O, overdag kun je hier best zijn vanwege je beroep, hoor, maar wat is erop tegen dat we de nachten samen doorbrengen? Ik weet dat je me aantrekkelijk vindt, ook al probeer je je te verschuilen achter je werk.’
‘Luister, ik weet dat je gewond bent en dat je op zoek bent naar troost, maar ik duik niet met je het bed in omdat… omdat dat al eens eerder gebeurd is.’ Als hij het haar echt zou kunnen vergeven dat ze niet was teruggekomen, en als hij echt zou geloven in de liefde die die ene nacht tussen hen was opgebloeid, dan zou niets haar er nog van kunnen weerhouden het bed met hem te delen. Maar ze wist dat hij niet geloofde in de voorspelling van het Hart van Onverschrokkenheid, en dat hij dacht dat ze hem zonder enige wroeging had afgewezen.
‘Ik wil je een voorstel doen.’ Met zijn donkere ogen keek hij haar doordringend aan. ‘Daarom heb ik je hierheen laten komen.’
‘En dat is?’
‘Ik zal niet doen alsof ik niet naar je verlang, dus ik kom meteen ter zake. Veel rijke machtige mannen hebben een courtisane. Ik niet, omdat ik nooit een vrouw was tegengekomen die aan al mijn verwachtingen voldeed. Totdat jij weer in mijn leven kwam, Gina. Ik wil graag dat je in Kabuyadir blijft. Als je dat doet, zorg ik ervoor dat je nooit iets tekort zult komen.’