‘Ik wil vanavond nog terug naar Texel,’ zei Telander. Waarom eigenlijk? dacht ze. Omdat ik bang ben dat hij vannacht doodgaat? Volgens de artsen heeft hij nog ongeveer een jaar te leven.
‘Het gaat onweren,’ zei Kraus. ‘Je kunt beter hier blijven. Als je wilt, kun je bij mij overnachten. Ik heb ruimte genoeg op mijn schip.’
‘Volgens de buienradar duurt het onweer nog geen uur.’
‘Ook goed. Dan breng ik je straks naar de haven.’
Hij dronk uit een plastic flesje.
‘Ik ben zo terug,’ zei hij. Hij nam het flesje mee.
Telander liep naar Mahinovic die geconcentreerd naar haar schermen keek.
‘Weet je al meer over de gestolen vrachtwagen?’
Mahinovic glimlachte. ‘Zoals je al weet: vijf maanden geleden gestolen in het havengebied van Rotterdam. Het bedrijf Frozen Food heeft de volgende dag aangifte gedaan. De collega’s in Rotterdam hebben de standaardprocedure gevolgd, wat geen enkel resultaat heeft opgeleverd. Er waren geen getuigen.’
‘De chauffeur heeft geen vals kenteken gebruikt.’
‘De kans dat een diepvriesvrachtwagen op een warme zomerdag gecontroleerd wordt, is zeer klein. Bovendien is het voertuig al maanden geleden gestolen. Opgegeven dus.’
Kraus kwam terug. Hij had zijn handen in zijn zakken. Zijn ringtone bromde. Hij trok zijn mobiel uit zijn broekzak en nam op.
‘Mooi,’ zei hij. ‘Breng ze hier.’
Hij drukte de verbinding weg.
‘Hendrik van Asselt is aangehouden. Binnen een uur is hij hier.’
‘En zijn vrouw?’ vroeg Telander.
‘Die zal ook wel meekomen.’
‘Ik neem aan dat hij niet gearresteerd is, want ik zou niet weten op grond waarvan,’ zei Mahinovic, die zelfs na een dag hard werken geen spoor van vermoeidheid vertoonde.
‘We willen hem alleen spreken. Zijn broer is onder verdachte omstandigheden dood aangetroffen. Hij had omdat hij schoolvakantie heeft tijd en gelegenheid. Misschien een motief.’
‘Statistisch gezien plegen docenten zeer weinig moorden,’ vervolgde Mahinovic. ‘En als een leraar iemand doodt, is dat bijna altijd tijdens een ruzie. Doodslag dus. Moord met voorbedachten rade zou een unicum zijn.’
‘Ik denk dat Mihra gelijk heeft,’ zei Telander. ‘Zo’n docent klassieke talen is niet het prototype van een killer.’
Kraus haalde zijn schouders op.
‘Ieder mens heeft een duistere kant,’ beweerde hij. ‘Ik heb de afgelopen twintig jaar moordenaars gearresteerd die een perfect dubbelleven leidden.’
‘Maar daar was geen docent bij,’ zei Mahinovic. ‘We hebben geen Nederlandse Raymond Lemorne.’
Op Kraus’ voorhoofd verschenen denkrimpels.
‘Lemorne, de pathologische moordenaar uit de roman Het gouden ei. Hij is docent scheikunde,’ zei hij. ‘Lemorne heeft geen enkele morele remming en vermoordt eerst Saskia door haar levend te begraven en vele jaren later haar vriend Rex. De moordenaar haalt hem over hetzelfde mee te maken als zijn vriendin. Er zijn overigens wel meer romans waarin een docent een moordenaar is.’