Kraus belde Stef. ‘Vanavond ben ik laat. Regel zelf even wat te eten.’ Hij liep samen met Telander naar zijn kantoor. Op zijn bureau lagen stapels papieren.
‘We gaan naar de loods waar de Mercedes onderzocht wordt.’
Hij keek op zijn horloge. ‘We hebben nog meer dan een halfuur voor het teamoverleg begint.’
Toen ze de trap afliepen, ging de telefoon van Telander over, een ouderwets rinkelend geluid. Het was haar vader weer. Het ergerde haar. Hij belde soms wel tien keer per dag. Als hij niet ziek was geweest, had ze er iets van gezegd.
‘Tuurlijk doe ik voorzichtig.’
Ze luisterde, terwijl ze naar het plafond keek.
‘Pa, ik moet hangen. We spreken elkaar morgenochtend vroeg.’
Ze schoof de telefoon in haar broekzak.
‘Even roken,’ zei ze toen ze buiten waren. ‘Jij ook?’
‘Ik ben gestopt.’
Telander stak een sigaret op en inhaleerde. Ze hield het pakje voor Kraus open, die een afwerend gebaar maakte.
‘Het heeft me een jaar gekost om van die verslaving af te komen. Ik ben bovendien in de loop der jaren meer dan dertig kilo aangekomen.’
‘Ik ben nog nooit gestopt.’
‘Zou je moeten doen.’ Dan zou je niet zo broodmager zijn, dacht hij.
Ze haalde haar schouders op.
‘Waarom draag je geen wapen?’ vroeg ze.
‘Doe ik wel, maar niet in een holster. Ik wil er trouwens niet over praten.’
‘Iemand doodgeschoten?’
‘Gaat je niets aan.’
Telander nam nog een haal van haar sigaret.
‘We gaan naar de loods,’ zei Kraus.
Telander volgde Kraus, die waggelend liep, zijn handen in de zakken en zijn bovenlichaam licht naar voren gebogen. Zijn schouders had hij opgetrokken.
Universal suffering, dacht Telander.
Ze nam nog een laatste hijs van haar sigaret en piekte de peuk tegen een muur. Kraus opende de deur van een loods. Ze stapten naar binnen. Mannen en vrouwen in witte pakken. Twee rechercheurs van Kraus’ team stonden tegen de muur geleund en volgden de verrichtingen van de onderzoekers.
‘Blijf staan,’ zei een spichtige man. Hij was helemaal ingepakt. Alleen zijn gezicht was zichtbaar. Vol sproeten.
Kraus stak zijn hand uit, maar de man in het witte pak reageerde niet.
Kraus glimlachte. De meeste forensische onderzoekers leden aan smetvrees. Vooral Gregor Lieftinck stond erom bekend. Waarschijnlijk neukte hij altijd met een condoom om en latex handschoenen aan. Volgens sommigen zelfs met een mondkapje voor.
Telander stak een hand op.
‘Lone,’ zei ze.
‘Je bent niet van hier.’
Telander ging niet op de opmerking in. ‘Iets gevonden?’