‘Zegt de man die zich van de straten van Athene heeft opgewerkt tot Wall Street.’
‘Ik woon in Seattle.’
Zephyr schokschouderde. ‘De beurs is op Wall Street, en wij behoren daar tot de grote jongens.’
Neo voelde dat zijn besluit begon te wankelen, al was het enkel maar om de enige persoon om wie hij genoeg gaf niet teleur te stellen. ‘Ik zal het twee weken aanzien.’
‘Zes maanden.’
‘Eén maand.
‘Vijf.’
‘Twee, en dat is mijn laatste bod.’
‘Ik heb voor een vol jaar betaald, hoor.’
‘Als het me bevalt, zal ik alle lessen gebruiken,’ beloofde Neo, ook al geloofde hij geen seconde dat dat ook daadwerkelijk zou gebeuren.
‘Akkoord.’
Cassandra Baker streek voor de zoveelste keer de rok glad van haar nieuwe jurk. Online besteld, uit de nieuwe collectie voor het nieuwe seizoen, in een trendy A-line, met het bovenmaatse blokpatroon in marineblauw en wit dat op dit moment helemaal in was. Ja, dat ze als een kluizenaar leefde, betekende nog niet dat ze zich zo moest kleden.
Een modieuze garderobe, ook al kreeg buiten haar vrijwel niemand die te zien, was een van haar hulpmiddelen om zich normaal te voelen.
Het werkte lang niet altijd, maar ze bleef het proberen.
Ze werd geacht te spelen, want dat ontspande haar. Toch lagen haar vingers volkomen stil op de toetsen van haar Fazioli-vleugel.
Neo Stamos zou over pakweg vijf minuten hier zijn voor zijn eerste les.
Toen ze die pianolessen beschikbaar had gesteld, zoals ze elk jaar deed, had ze aangenomen dat haar leerling ook nu weer een pianist zou zijn. Een aanstormend talent dat de kans om met de excentrieke toppianiste en newagecomponiste te werken met beide handen aangreep.
Ze maakte haar haarspeld los, streek haar lange bruine haren glad en maakte daarna de speld weer vast. Haar handen vielen als vanzelf weer op de toetsen, zonder evenwel klanken te ontlokken aan het prachtige instrument.
Haar leerling zou haar liefde, haar adoratie voor de piano delen, daar was ze rotsvast van overtuigd geweest. Het was geen moment in haar opgekomen dat haar leerling een miljardair zou kunnen zijn die nog nooit van zijn leven een piano had aangeraakt! Voor een vrouw die het al Spaans benauwd kreeg wanneer ze haar deur moest openen voor een vreemde, was dit een regelrechte nachtmerrie.
Om haar zenuwen wat tot bedaren te brengen, was ze alles gaan lezen wat ze over hem kon vinden op het net. Nou, dat was reuze effectief geweest!
Haar angst om hem te ontmoeten, was er enkel nog groter door geworden. Op de weinige publiciteitsfoto’s die er van hem waren, zag hij eruit als een man die zelden of nooit naar muziek luisterde. Waarom zou zo iemand in vredesnaam pianolessen willen?
Toch wilde hij dat kennelijk. Zephyr Nikos had alle concurrentie verpletterd met een verbijsterend bod van honderdduizend dollar! Dat geloofde je toch niet? Wie betaalde er nu tweeduizend dollar voor een uur pianoles?
De organisatrice van de veiling was bijkans in extase geweest. Cassandra, die telefoongesprekken met vreemden altijd kort hield, had haast niet van de oudere dame kunnen afkomen. Ze was maar blijven herhalen hoe geweldig het was dat Mr. Nikos de lessen had gekocht voor zijn oude vriend en zakenpartner, Neo Stamos.
Vervolgens was ze gebeld door Mr. Stamos’ uiterst efficiënte en hooghartige assistente om een afspraak te maken voor de lessen. Cass was heel inschikkelijk geweest omdat haar eigen oefenschema flexibel was en haar sociale leven sowieso niets voorstelde.
Elke dinsdagmorgen om tien uur was dan ook gemakkelijk in te passen in haar schema. Voor Mr. Stamos was het, daarentegen, een uitdaging die gelijk stond aan het opgeven van zijn eerstgeborene. Tenminste, als je zijn assistente moest geloven.
Omdat ze geen idee had waarom een immens rijke, veel te knappe, duidelijk ambitieuze en extreem drukke zakenman de lessen wilde, was Cass nog nerveuzer dan ze doorgaans al was wanneer ze een nieuwe leerling voor het eerst zou ontmoeten. In feite had ze zich niet meer zo gespannen gevoeld sinds haar laatste optreden in het openbaar.
Ze liep zichzelf al de hele morgen voor te houden dat ze zich niet zo moest aanstellen. Het had geen sikkepit geholpen.
Er werd aangebeld, wat haar paniekerig deed opveren, ook al had ze het aldoor verwacht. Haar hart sloeg op hol, en ze haalde bijna hijgend adem. Hoewel ze zich omdraaide op de pianobank, was ze niet in staat om op te staan.
Toch moest ze dat doen, ze moest naar de deur gaan om haar nieuwe leerling binnen te laten.
Er werd voor de tweede maal aangebeld, gebiedend en ongeduldig, wat dat rare gevoel van verlamming gelukkig deed verdwijnen. Ze veerde overeind, wegsnellend naar de deur, terwijl allerlei angstige vragen door haar hoofd spookten.
Zou Neo Stamos zelf op de stoep staan of zijn assistente? Of misschien zijn lijfwacht of zijn chauffeur? Spraken miljardairs met hun pianolerares of hadden ze daar hun personeel voor? Werd ze geacht les te geven, terwijl zijn lijfwacht, chauffeur en assistente in hetzelfde vertrek op hem wachtten?