Home>>read Dodenschip free online

Dodenschip(90)

By:Clive Cussler


Kovac draaide het mes en opende de wond, zodat hij zijn vingers erin kon steken. Bloed gutste uit de snee. Max verkrampte van de pijn en probeerde zich wanhopig te verzetten. Kovac bleef in de wond porren, onverschillig dat hij geen handschoenen droeg en dat zijn hemdsmouw met bloed doorweekt raakte.

‘Aha!’ zei hij ten slotte en trok zijn hand terug.

De onderhuids aangebrachte transponder was ongeveer zo groot als een digitaal horloge. Kovac hield het apparaatje omhoog, zodat Max het met zijn verwilderde ogen kon zien. De Serviër liet de transponder op de vloer vallen en sloeg er herhaaldelijk met de kolf van zijn pistool op, tot er niets meer resteerde dan stukjes plastic en kapotgeslagen elektronica.

Daarna stak hij een injectienaald in Max’ arm en fluisterde: ‘Ik had kunnen wachten tot deze verdoving begon te werken, maar dat zou toch veel minder leuk zijn.’

Dat was het laatste wat Max zich herinnerde tot hij weer bij bewustzijn kwam. Hij had geen idee waar hij was, en hoelang hij al gevangen werd gehouden. Hij wilde zich bewegen, zijn slapen masseren en kijken wat er met zijn been was, maar hij was ervan overtuigd dat hij in de gaten werd gehouden en de boeien om zijn enkels en polsen gaven weinig bewegingsvrijheid. Er was niemand in de kamer. Hij was nu lang genoeg wakker om de aanwezigheid van iemand gehoord of gevoeld te hebben, zelfs met gesloten ogen. Er konden camera’s aan de wand bevestigd zijn, en microfoons dicht bij hem. Dat hij weer bij bewustzijn was wilde hij zo lang mogelijk verborgen houden voor zijn bewakers. Bovendien: hoe langer hij wachtte, hoe minder last hij zou hebben van de verdoving. Als hij wilde doorstaan wat hem vermoedelijk te wachten stond, dan moest hij zo fit mogelijk zijn.

Een uur verstreek, maar het konden ook tien minuten zijn geweest. Max wist het niet zeker. Hij was elk besef van tijd kwijtgeraakt. Hij wist dat dit een bruikbaar middel was voor ondervragers, en omdat hij zijn biologische klok niet gelijk kon stellen negeerde hij elk besef van tijd. Een gevangene kan krankzinnig worden als hij probeert te bepalen of het dag of nacht is, middernacht of middag, en door bewust dat verlangen te negeren nam Max een martelmethode van zijn bewakers weg.

Dat was nooit een probleem geweest in Vietnam. De kooien en cellen waar ze hem en zijn medegevangenen hadden opgesloten waren zo gammel dat er altijd wel een spoortje licht binnendrong.

Hij wist niet wat zijn ontvoerders voor hem in petto hadden; hij kon afwachten tot er wat gebeurde.

Een zwaar slot werd geopend. Max had niemand horen naderen, dus het moest een geluiddichte deur zijn. De kamer was kennelijk ingericht als een cel om mensen op te sluiten, en geen tijdelijk aangepaste ruimte. Dat de responsivisten over dergelijke cellen beschikten was geen goed voorteken.

De deur zwaaide open met een knarsend metalig geluid. De scharnieren werden weinig gebruikt, of de cel bevond zich in een vochtige omgeving, misschien wel onder de grond. Max verroerde zich niet en hij luisterde scherp naar twee paar voetstappen die op zijn bed afkwamen. Eén paar voetstappen klonk duidelijk zwaarder dan het andere, al was het tweede paar zeker van een man. Kovac en een handlanger?

‘Hij moet zo langzamerhand weer bij kennis zijn,’ zei Zelimir Kovac.

‘En zeker omdat hij een forse kerel is,’ beaamde een andere mannenstem met een Amerikaans accent. ‘Maar iedereen reageert weer anders.’

Kovac tikte tegen Max’ wang. Max maakte een klaaglijk geluid, alsof hij zich vaag bewust was van de aanraking, maar nog te afwezig om er aandacht aan te geven.

‘Het is nu vierentwintig uur geleden,’ zei de Servische bruut. ‘Als hij over een uur nog niet wakker is, dan geef ik hem een pepmiddel.’

‘Met het risico op een hartstilstand?’

Max had last van een te hoge bloeddruk, en daarom nam hij zich voor klaarwakker te zijn als de twee mannen weer in zijn cel kwamen.

‘Severance zal spoedig hier zijn. We moeten weten wat er besproken is tussen deze man en zijn zoon. Ze hielden die jongen voortdurend onder verdoving, en wie weet wat hij verteld heeft onder invloed van die drugs?’

Ze wilden die informatie zo snel mogelijk hebben, begreep Max. Anders dan vaak gedacht wordt kan een verhoor weken of zelfs maanden duren. De enige manier om snel informatie uit iemand te krijgen is door pijn. Heel veel pijn. Een slachtoffer dat gemarteld wordt is bereid zijn ondervrager alles te vertellen wat hij wil horen. Een goede ondervrager laat zijn intenties niet blijken, zodat de ondervraagde geen andere keus heeft dan de waarheid te vertellen.

Max had een uur de tijd om te beredeneren wat hij Kovac zou vertellen, want onder geen voorwaarde wilde hij die schurk de waarheid opbiechten.

Kevin Nixon voelde zijn maag ineenkrimpen toen hij langs de afzetting naar de filmset liep. Nu hij hier was verbrak hij een belofte aan zijn overleden zus. Hij kon alleen hopen dat ze hem, gezien de omstandigheden, zou vergeven. Dit deel van Donna Sky’s nieuwe film werd opgenomen in een oude loods die in verval was geraakt na de Duitse hereniging. Het gebouw deed Kevin een beetje aan de Oregon denken, alleen was de roest hier echt. Een aantal trucks, cateringwagens, steigers, rijdende camera’s en smalspoorrails voor tracking shots was verspreid over het grote parkeerterrein. Mannen en vrouwen krioelden op de set, en er werd koortsachtig gewerkt, want in de filmbusiness is tijd écht geld. Nixon schatte dat de producenten van de film hier elke dag wel honderdvijftigduizend dollar aan onkosten moesten betalen.