Home>>read Dodenschip free online

Dodenschip(87)

By:Clive Cussler


‘Nee. Tijdens een gedwongen mars naar een andere locatie besprongen Max en twee kameraden de bewakers. Ze hebben vier Vietcongstrijders met hun blote handen gedood, en verdwenen daarna in de jungle. Alleen Max slaagde erin een Amerikaanse gevechtspost te bereiken. De andere twee zijn nog altijd vermist.’

De volgende ochtend vroeg stond Juan buiten op de brug. Hij keek hoe de zon opkwam boven het vorstendom Monaco en de stad Monte Carlo, op de rotsige kust van de Middellandse Zee. De dwergstaat was een van de laatste monarchieën en werd al meer dan zeven eeuwen bestuurd door de familie Grimaldi. Alleen het Japanse vorstenhuis had een langere historie.

Monaco was al heel lang een vakantieoord voor de elite, en in de haven lagen talloze glanzende superjachten, in grootte variërend van dertig tot wel honderd meter lengte. Juan zag de Matryoshka liggen. Dat jacht was het doel van de afluisteroperatie. De eigenaar was de Russische wapenhandelaar Ivan Kerikov. Achter de haven verrezen hoge appartementsgebouwen en op de hellingen van de heuvels stonden luxueuze villa’s. Juan wist dat hier het duurste onroerend goed ter wereld te vinden was. Juan kon het befaamde casino van Monte Carlo niet zien, maar hij had wel goede herinneringen aan die instelling.

In de haven was een gestroomlijnde speedboot te zien, die met grote snelheid naar de Oregon voer. Die lag een kilometer uit de kust voor anker. De havenautoriteiten was verteld dat de scheepsmotor defect was en dat de bemanning wachtte op onderdelen uit Duitsland. Hoewel het schip in de territoriale wateren van Monaco lag, had de havenmeester besloten niet aan boord te komen, nadat hij de Oregon een kwartier lang door een verrekijker bekeken had.

De speedboot stoof met een snelheid van dertig knopen over de kabbelende zee. Juan daalde af naar het hoofddek, waar de centrale scheepstrap was. Linc wachtte hem op met twee reistassen. Zijn ogen gingen schuil achter een modieuze zonnebril.

‘Ik vind het niet leuk om nu te vertrekken,’ zei Linc zorgelijk.

‘Het is de beste manier om Max weer terug te halen. Ik heb wel tien keer naar het kantoor van Thom Severance in Californië gebeld, maar die bedrieger belt niet terug. We moeten hem onder druk zetten om onze zin te krijgen.’

‘Kan Langston Overholt niet helpen?’

‘Alleen als er bewijzen zijn. Ik heb gisterenavond wel een uur lang met hem gesproken. Het probleem is dat de responsivisten veel geld hebben, en dus veel invloed in Washington. Langston wil alleen iets doen als er harde bewijzen zijn dat Severance iets in zijn schild voert.’

‘Heel vervelend.’

‘Wat je zegt,’ beaamde Juan.

‘Waarom laten we de Filippijnen niet links liggen en gaan we meteen naar Severance zelf?’

‘Daar heb ik ook over nagedacht, maar Langston waarschuwde mij nadrukkelijk om niet naar Severance te gaan. Jij en ik weten allebei wat er gebeurt als wij gearresteerd worden in de Verenigde Staten: dan komen we nooit meer uit de gevangenis.’

‘Dus we moeten niet opgepakt worden.’

Juan keek zijn vriend aan. Linc was heel serieus. ‘Als het daar op neerkomt, dan zal ik het aan de bemanning voorleggen. Hij wist dat alle medewerkers van de Corporatie elk risico wilden nemen om Hanley te bevrijden, zelfs als ze daarna nooit meer een contract voor een nieuwe missie van Overholt zouden krijgen. En daarmee had de CIA-veteraan gedreigd, als Thom Severance of zijn echtgenote het vermoeden kregen dat ze in de gaten werden gehouden.

De gestroomlijnde speedboot kwam langszij. De kleine motorboot met de vloeiende lijnen werd bestuurd door een blonde jonge vrouw, gekleed in een heel laag uitgesneden bloes en een rokje dat niet korter kon zijn. De helikopter was nog in de hangar benedendeks, en daarom was deze watertaxi de snelste manier om aan land te komen, zonder te veel de aandacht op de Oregon te richten.

‘Capitaine Cabrillo, je suis Donatella,’ riep de vrouw boven het geronk van de stationair draaiende motor uit. Toen Linc haar accent hoorde, verscheen even een scheve grijns op zijn gezicht.

‘Dit zie je alleen in Monaco,’ fluisterde Juan tegen Linc.

‘Dacht jij soms dat schatrijke heren een lelijke stuurman willen, als ze na een avond in het casino naar hun jacht teruggebracht worden?’

De jonge vrouw hield de speedboot op dezelfde plaats door de ladder langszij vast te houden, terwijl beide mannen naar beneden klauterden. Ze droegen leren reistassen over hun schouder. Onder aan de ladder wierp Juan zijn tas op de achterbank van de speedboot en hij stapte aan boord.

‘Dank je,’ zei hij.

Toen Linc in de speedboot sprong deinde het kleine vaartuig alsof het door een grote golf geraakt werd. Donatella glimlachte innemend naar het tweetal, en haar ogen bleven veel langer op Linc gericht dan op Cabrillo, voordat ze haar hand naar de verchroomde gashendel bracht.