‘Duizend meter, Voorzitter,’ meldde Linda, al kon Juan de afstand ook op de monitor zien.
Er was nu minder dan tweehonderd meter afstand tussen de Johnston en de naderende torpedo. De vectorberekeningen en de snelheden waren complex, maar Juan kon het allemaal goed volgen.
‘Wacht nog even,’ zei hij. Als de torpedo te vroeg explodeerde was er een kans dat niet alle draden gebroken werden. Maar kwam de explosie te laat dan zou de Kilo met haar bemanning van 53 mensen vergaan.
‘Wacht nog even,’ herhaalde hij, kijkend naar het pijltje op het scherm van de rakettorpedo en een vage lijn van verstoord water dat steeds dichter bij de onbeschermde flank van de supertanker kwam.
Een torpedo was nog vijftig meter van zijn doelwit verwijderd, de andere driehonderd meter, maar de verschillen in snelheid waren zo groot dat ze op precies hetzelfde moment hun doel zouden raken.
‘Nu!’ riep Juan.
Mark drukte meteen op de knop die het signaal voor zelfvernietiging naar de rakettorpedo seinde. Een fractie van een seconde later explodeerde de lading springstof en de resterende raketbrandstof, zodat een zuil van water hoog oprees boven een grote krater in de zee. Een daverende schokgolf verspreidde zich in alle richtingen en trof de boeg van de Oregon recht van voren, terwijl de Aggie Johnston in de flank werd geraakt, waardoor het grote schip even naar bakboord overhelde.
Het donderende geluid van de explosie weergalmde boven zee en was zo hard dat de passieve sonarsignalen overstemd werden. Cabrillo keek naar de Petromax-supertanker, die zichtbaar was via de camera in het kraaiennest. Het enorme schip maakte ook slagzij en kwam traag weer recht te liggen. Juan bleef even kijken en er verscheen een glimlach om zijn lippen. Er volgde geen explosie van een torpedo die de romp van de tanker raakte. Het plan van Max was geslaagd. De draden waarmee de torpedo vanaf de Kilo werd bestuurd waren doorgesneden en de torpedo was meteen ongevaarlijk.
‘Linda, geef meteen door wat je hoort,’ beval hij.
‘De computer is nu aan het bijstellen. Nog even geduld.’
Hali draaide zich om in zijn stoel. ‘Voorzitter, de piloot van een van de S-3B-Vikings wil weten wat er zojuist gebeurde.’
‘Laat hem maar raden,’ bromde Juan en hij bleef naar Linda kijken, die roerloos als een standbeeld zat, met haar handen de sonarhoofdtelefoon tegen haar oren drukkend. Ze keek strak naar de lichtstrepen op de monitor van het sonarsysteem.
Linda keek op. ‘Geen geluiden van snelle scheepsschroeven. Dus de drie overgebleven torpedo’s zijn dood en waarschijnlijk zinken ze al naar de zeebodem. Ik hoor wel machinegeluid van de Kilo en in de romp klinken alarmbellen. Wacht… Ja, dat zijn pompen… Ze lozen ballast.’ Een brede glimlach verspreidde zich op haar gezicht. ‘Het is gelukt! Ze komen naar de oppervlakte.’
Een gejuich klonk op en applaus echode in het commandocentrum van de Oregon. Zelfs op het gezicht van Max verscheen een grijns.
‘Mooi werk van jullie allemaal, en vooral van jou, Murphy. En ook van jou, Max. Zeg maar tegen de mannen die de rakettorpedo hier aan boord installeerden en de lanceerbuis aanpasten dat ze een extraatje kunnen verwachten bij de volgende loonbetaling.’
Hoewel elk bemanningslid evenredig meedeelde in de winst die de Corporatie maakte, deelde Cabrillo graag een bonus uit als daar een goede reden voor was. Om die reden was de bemanning zo loyaal, maar toch vooral omdat Cabrillo de beste teamleider was voor wie iedereen ooit had gewerkt.
‘Kijk daar eens!’ riep Eric Stone hijgend uit.
Op het grote scherm toonde hij het camerabeeld van de plek waar de Kilo zich schuil had gehouden. Het water leek te koken en in het midden van die kolkende maalstroom rees een stomp silhouet boven de oppervlakte. Toen de boeg van de Iraanse onderzeeboot boven water kwam zagen ze de deuken in de romp, alsof het vaartuig in volle vaart een obstakel had geraakt. De neus was ingedrukt, een gevolg van de exploderende rakettorpedo op amper zestig meter afstand.
Het vaartuig rees langzaam verder boven water, deinend op de golven die het zelf veroorzaakte. Stone liet de camera inzoomen op de beschadigde huidplaten, en de computer van de Oregon corrigeerde de bewegingen zodat het beeld scherp bleef. Luchtbellen borrelden overal bij het gehavende metaal, wat duidelijk maakte dat de Kilo lekte. Luiken in de toren en op het voordek en achterdek werden geopend en de opvarenden kropen uit de gehavende romp.
‘Hoor je berichten van hen, Hali?’ wilde Juan weten.
‘Alleen noodsignalen. De pompen kunnen het binnenstromende water amper weg krijgen. Daarom vragen ze assistentie aan de marinebasis Chah Bahar. De kapitein heeft nog niet het bevel geven het schip te verlaten, maar hij heeft al het personeel dat gemist kan worden aan dek gestuurd, voor het geval die schuit zinkt.’