Home>>read De toneelclub free online

De toneelclub(57)

By:Nathalie Pagie


Elin keek op haar horloge. ‘Tien over zes. Laten we maar naar de Oude Haven lopen. Dan kunnen we d’r zien aankomen.’





57


Vanuit hun schuilplaats in het donkere portiek van een verlaten kantoorpand hadden ze goed zicht op het cultureel centrum aan de overkant van de straat. Met haar rug tegen de voordeur van het pand en haar handen diep in haar zakken keek Elin naar de regendruppels die sinds een paar minuten uit de lucht vielen en al kleine plasjes vormden op het trottoir en op straat. Dit was het dan. Het belangrijkste moment in haar leven tot nu toe. En ik voel niets, constateerde ze. Nou ja, een lichte verbazing over het feit dat ik niets voel. De spanning die haar de hele dag parten had gespeeld, voor buikpijn had gezorgd en voor zeker tien bezoekjes aan de wc, was verdwenen. In plaats daarvan was er een rust over haar neergedaald, of eerder een stilte. Een stilte die alles wat er nu niet toe deed, buitensloot. Ze keek naar de deur aan de overkant van de straat. De deur waarachter Sirpa het einde van haar leven zou vinden. Haar einde is mijn nieuwe begin, dacht Elin. Maar ook die gedachte kwam zonder gevoel.

Ze keek naar Daniël die in een hoek van het portiek door zijn knieën was gezakt en zijn handen warm blies. Zijn ogen waren dicht. Zou hij in staat zijn te doen wat ze hem had gevraagd? Zou hij op het juiste moment genoeg lef hebben om toe te slaan? Ze wist het niet. In een vorig leven had ze haar hand voor hem in het vuur gestoken, had ze met volle overtuiging verklaard dat hij alles deed om haar gelukkig te maken. Maar dat bleek geen werkelijkheid. Verre van. Hij had haar een tijd lang bijzonder ongelukkig gemaakt. En precies daarom zat hij nu hier. Daarom was hij degene die haar laatste en zwaarste opdracht uit moest voeren. Hij was het haar verschuldigd, en dat begreep hij zelf ook. Ergens in hem zat nog de Daniël die ze liefhad, de man op wie ze kon rekenen. Maar zijn ziekte had van hem een andere man gemaakt, die ze nog maar deels kende. Hoe die man dacht, wist ze niet. Hoe die man reageerde, kon ze niet voorspellen. En tot welke acties hij wel of niet in staat was, was iedereen een raadsel. Zelfs dokter Verhoeven. Ze voelde een huivering door haar lichaam gaan toen ze besefte dat het haar onverschillig liet. Het maakte haar niet uit. Of haar plan zou slagen of niet, of iemand hen zou betrappen of niet, of de politie haar zou vinden of niet: het maakte niet uit. Het was niet het resultaat waarom het ging, het was het besluit dat eraan vooraf was gegaan en de moed om dat besluit op te volgen. Ze knipperde met haar ogen en voelde de tranen over haar wangen stromen. Met een beheerst gebaar veegde ze ze weg. Ze ademde diep in en liet de koude lucht haar longen vullen. Toen blies ze langzaam uit. Ze was er klaar voor.

Ze tikte Daniël op zijn schouder en toen hij verschrikt zijn ogen opende, pakte ze zijn hand en trok hem omhoog. Ze ving zijn blik en bleef hem aankijken tot ook hij kalmeerde. Samen wachtten ze tot ze een minuut of acht later een auto het terrein van de Oude Haven op zagen rijden. Sirpa stapte uit, sloot de auto af en ging zonder op of om te kijken de Oude Haven binnen. Elin stootte Daniël aan, hij knikte en samen liepen ze het portiek uit, de stoep op, de straat over. Op het parkeerterrein voor het cultureel centrum hield Daniël haar tegen. ‘Ga je wel mee, Elin?’ Ze zag de paniek in zijn ogen weer groeien, maar zei er niets van. Ze knikte kort en trok hem mee naar binnen.





58


De hal met de balie, een lege garderobe en een folderrek, was donker; blijkbaar had Sirpa niet de moeite genomen het licht aan te doen. Ook de gang met aan weerszijden de lokalen was onverlicht. De meeste deuren waren gesloten, maar de deur van het derde lokaal aan de linkerkant stond open en liet een gedempt gelig licht door. Elin draaide zich naar Daniël en bracht haar mond naar zijn oor. ‘Ik wacht op je, Perseus,’ fluisterde ze. ‘Medusa is in ons repetitielokaal, de derde deur links. De ski staat naast de deur, meteen als je binnenkomt aan je rechterhand. Kom op nou, gaan! Niet denken, maar doen.’ Ze sloeg hem kort op zijn arm en duwde hem de gang in. Hij bukte, alsof hij bang was gezien te worden en sloop verder. Vlak voor de derde deur richtte hij zich op. Elin zag nog net dat hij een kruisje sloeg voor hij het lokaal in liep en uit haar zicht verdween. Op haar tenen maakte ze een paar grote passen naar het lokaal, maar ze bevroor toen Sirpa’s stem klonk.

‘Hé... wie ben jij?’

In plaats van een antwoord hoorde Elin een paar vlugge voetstappen, gevolgd door een doffe klap en een bons. Die laatste bons moest van Sirpa zijn, toen ze op de grond viel. Elins hart klopte in haar keel. Het was gelukt! Ze sloop dichterbij en gluurde langs de openstaande deur. Ze zag Daniël stokstijf tegen de muur staan, en in het midden van het lokaal lag Sirpa levenloos op de vloer. Het was gebeurd. Voorzichtig liep ze naar Daniël toe. Hij trilde en keek wezenloos om zich heen. Ze greep hem bij zijn ellebogen. ‘Daniël? Daniël!’ Geen reactie. Hij ademde zwaar en had zijn ogen wijd open, maar leek zich niet bewust van Elins aanwezigheid. Een harde klap in zijn gezicht bracht daar verandering in. Verwilderd keek hij haar aan. ‘Daniël, luister goed! Ik ga onze spullen halen en kom daarna terug. Dan rijden we samen weg, naar de zon, Daniël. Blijf hier tot ik terugkom, hoor je me? Hier blijven! Hoor je wat ik zeg? Laat me niet in de steek!’