Home>>read De toneelclub free online

De toneelclub(53)

By:Nathalie Pagie






52


‘Met Sirpa Karstens.’

‘Dag Sirpa, met Elin van Driel.’

Stilte. ‘Elin? Ja, wat is er?’

‘Ik wil je wat vragen.’

‘Ja?’

‘Eh... het klinkt misschien gek, maar ik wil vragen of je morgenavond even naar de Oude Haven wilt komen. Ik moet je wat vertellen.’

‘Morgenavond? Waarom? We zien elkaar toch maandag op de première, om vier uur verzamelen we al.’

‘Nee, dat kan niet, dan zijn de anderen erbij. Ik wil je graag even alleen spreken.’

‘O, ja, en kan dat nu dan niet? Zeg het maar.’

‘Nee, niet over de telefoon... Nou goed, misschien is het handig als ik het iets meer uitleg. Niet veel mensen weten dit van mij, dus ik hoop dat je het voor je houdt, maar ik ga iedere week naar een psycholoog.’

‘O.’

‘Ja, ik zit met wat kwesties en het helpt enorm om daarover te praten. Een van de onderwerpen heeft te maken met onze middelbareschooltijd. En omdat jij mij van vroeger kent, zou het mij goed doen als ik een paar zaken met jou kan doornemen.’

‘O, zoals wat?’

‘Ja, dat doe ik dus liever face to face. Dat adviseert mijn psycholoog ook.’

Stilte. ‘Tja, is dat nou echt nodig?’

‘Alsjeblieft, Sirpa? Je kunt het je misschien niet voorstellen, want jij hebt alles voor elkaar. Jij bent sterk, je doet wat je wilt en iedereen bewondert jou. Zo ben ik niet, dat weet jij ook. Ik ben nooit sterk geweest, maar ik probeer daar nu wat aan te doen. Als ik even met je kan praten, denk ik dat ik ook een betere Athena kan zijn.’

Zucht. ‘Nou, vooruit. Ik ben er om zeven uur.’

‘Heel fijn! Ik denk dat De Oude Haven dicht is op zondagavond, maar jij hebt een sleutel, toch?’

‘Ja, van Tristan gekregen. Goed, ik zie je om zeven uur precies in ons repetitielokaal.’

‘Bedankt. Tot morgen.’

‘Oké.’





53


Zondagochtend klokslag elf uur liet Elin de zware klopper op de voordeur van de Valkenberg Kliniek vallen. Haar gezicht was krijtwit, in schril contrast met de donkere kringen onder haar ogen. Ze had zichzelf die nacht gedwongen op bed te blijven liggen om haar lichaam rust te geven, maar slapen was geen seconde gelukt. Starend naar haar wekker had ze de minuten voorbij zien kruipen tot het tijd was om op te staan, te douchen, te ontbijten en in de auto te stappen. Mechanisch had ze die stappen doorlopen, als een robot die niet zelf na kon denken. Nadenken durfde ze niet, uit angst dat ze zichzelf alsnog een halt toe zou roepen en alles op deze dag, die een mijlpaal moest worden in haar levensloop, op het laatste moment zou verpesten. Waarmee alles bij het oude zou blijven en ze voor altijd een slachtoffer zou zijn, gedomineerd door iedereen met een sterkere wil.

+++

Over de schouder van de gastvrouw die de deur opende, zag ze Daniël, midden in de hal met een paraplu in zijn hand en wandelschoenen aan. En volkomen onverwacht werd ze overvallen door een gevoel van medelijden. Was ze niet te hard voor hem? Kon ze hem dit wel aandoen? Hij had haar mishandeld, maar kon ze hem dat aanrekenen of was zijn ziekte verantwoordelijk? Ze twijfelde en besloot in een opwelling hem een laatste escape te bieden. Toen hij naast haar stond en de deur achter hen in het slot viel, keek ze hem ernstig aan.

‘Daniël, luister goed, ik moet dit één keer zeggen. Als je met mij meegaat, is er geen weg terug. Wat er staat te gebeuren is groter dan je nu beseft. Weet je zeker dat je dit wilt?’

‘Ik ga met je mee,’ zei hij simpelweg en daarmee schoof hij haar twijfel resoluut opzij. Samen stapten ze het grindpad op dat naar de beeldentuin achter de kliniek leidde. Halverwege verlieten ze het pad en slopen ze door het struikgewas terug naar de parkeerplaats, waar Elin Daniëls auto uit het zicht van de kliniek had neergezet. Zonder problemen reden ze de oprijlaan af, door de toegangspoort, en via de provinciale weg naar het zuiden, naar Elins huis.

‘Als ik over twee uur niet terug ben, slaan ze alarm,’ zei Daniël.

‘Wat doen ze dan?’

‘Pfff, in het planboek staat dat jij een wandeling hebt aangevraagd, dus ik denk dat ze jou bellen om te vragen waar ik ben.’

‘Dan zeg ik toch dat we ruzie kregen in de beeldentuin en dat ik jou daar heb achtergelaten. Laat ze maar lekker het terrein afspeuren, daar zijn ze wel even mee zoet.’

Daniël grinnikte. ‘Psychiatrisch patiënt ontsnapt uit kliniek. O, o, dat is niet goed voor de reputatie van Valkenberg.’

‘Precies. Het zal zeker tot vanavond duren voor ze de hulptroepen inschakelen om jou op te sporen. Dat geeft ons voldoende tijd.’

‘Tijd waarvoor?’

Uit haar ooghoeken zag ze zijn glunderende blik. ‘Dat vertel ik later.’ Ze zette de radio aan en hield haar blik strak op de weg gericht. Daniël begreep de hint en vroeg de hele weg niets meer.