‘We hebben beneden een fitnesszaal en een zwembad,’ begon hij aarzelend. ‘Maar het liefst zou ik buiten gaan hardlopen. De velden zien er vooral als de zon schijnt zo uitnodigend uit. Maar ja...’ hij keek haar beteuterd aan, ‘ik mag niet alleen naar buiten.’
‘O, nee?’ Elin greep haar kans met beide handen. ‘Ik denk dat ik daar misschien wel wat aan kan doen. Zal ik dokter Verhoeven vragen of we samen een keer mogen hardlopen, hier op het terrein? Dat zal hij vast goedvinden. Er is toch geen dokter die zijn patiënten niet graag laat sporten?’
Als een klein kind zo blij sprong Daniël op. ‘Ja, doen!’ riep hij. De sprong verraste Elin. Ze had gedacht dat hij zwakker was. De medewerker bij het raam schrok ook op, hij kwam wat dichterbij en maakte met een handgebaar duidelijk dat Daniël moest blijven zitten. Toen nam hij zijn positie bij het raam weer in.
Daniël grinnikte en gaf Elin een knipoog. Zij lachte terug. Dit ging perfect! Hij had niets door, geloofde haar act volledig. Mooi, nu even gas terug, niets forceren. Ze sloeg haar benen over elkaar en nestelde zich in haar fauteuil alsof ze op haar gemak was en zich thuis voelde bij hem. Uit haar ooghoeken zag ze dat Daniël haar observeerde. Hij oogde content.
‘En jij?’ vroeg hij na een tijdje. ‘Wat doe jij tegenwoordig?’
‘Ik ben nog steeds grafisch vormgever en ik speel in een toneelstuk.’
‘Leuk. Welk stuk?’
‘Medusa, die Griekse mythe, weet je wel?’
Hij floot zacht door zijn tanden en keek even omhoog. ‘Poeh, dat is een tijd geleden, hoe ging dat verhaal ook alweer?’
‘Er zijn meerdere versies van,’ begon Elin, ‘maar het komt erop neer dat Medusa een schitterende vrouw is in een land waar de zon nooit schijnt. Ze smeekt heerseres Athena om haar de zon te laten zoeken, maar dat staat deze niet toe. Daarop zegt ze dat Athena haar weigert, omdat anders iedereen kan zien dat Medusa mooier is. Athena is woedend en verandert uit wraak Medusa’s haar in een bos slangen en zorgt ervoor dat iedereen die Medusa aankijkt, versteent. Uiteindelijk wordt Medusa in opdracht van Athena door Perseus onthoofd. Dat is het in het kort. En ik speel Athena.’
Daniël had met open mond geluisterd en knikte nu enthousiast. ‘Echt? Doe eens een stukje.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Doe eens een stukje, laat eens wat horen. Ik ben benieuwd hoe Athena klinkt.’
‘O, heel gewoon hoor,’ zei Elin ongemakkelijk. ‘De regisseur heeft het vertaald naar deze tijd. Het stuk speelt zich af in een skichalet. We zijn met een heel stel op wintersport en in dat chalet gebeurt van alles. Er zit ook veel humor in.’ Ze zag zijn verwachtingsvolle blik. ‘Oké dan,’ zwichtte ze en ze ratelde een paar regels van haar tekst op.
Toen ze stil hield, klapte Daniël een paar keer in zijn handen. ‘Ik zou het graag zien,’ zei hij, ‘maar dat zal wel niet kunnen.’
‘Wie weet. Maar misschien wordt het helemaal niet zo goed. Onze nieuwe regisseur zegt dat ik niet helemaal geloofwaardig ben, dat ik niet overtuigend genoeg overkom.’ Ze zuchtte overdreven en knipperde met haar ogen. ‘Ik repeteer me suf, maar het blijft lastig.’
Daniël hapte meteen toe. ‘Zal ik je helpen? Als we samen je tekst doornemen, kan ik zeggen waar het geloofwaardig is en waar niet.’
Elin deed of ze nadacht. ‘Tja, dat zou misschien wel schelen, maar dan zou ik nog een keer langs moeten komen...’
‘Ja! Kom morgen, kom maar morgen gewoon weer langs.’ Daniël struikelde over zijn woorden van enthousiasme.
Met een zachte kuch vroeg de assistent bij het raam om aandacht. Toen Elin keek, tikte hij op zijn horloge en liep naar de deur. Het was tijd om haar bezoek te beëindigen. Quasi teleurgesteld keek ze naar Daniël. Hij zat nog net niet op zijn knieën, maar zijn hele houding schreeuwde hoe graag hij wilde dat ze terugkwam.
‘Kom je morgen weer, Elin?’
‘Morgen kan ik niet, dan moet ik werken. Maar misschien kan ik woensdag vrij nemen. Dan zou ik op z’n vroegst om twaalf uur hier kunnen zijn. De bus rijdt niet eerder.’
‘Kom je met de bus?’ Daniël klonk verbaasd. ‘Heb je nog steeds geen auto dan? De mijne staat werkeloos bij mijn oom in de garage. Die mag je wel zolang gebruiken.’
‘Serieus?’ Hier had Elin niet op gerekend. ‘Mag ik jouw auto lenen?’
‘Ja natuurlijk. Ga ’m maar halen, dan kun je ook makkelijker hierheen komen.’
Ze knikte en hield even zijn hand vast. ‘Tot over een paar dagen dan.’
‘Tot woensdag, Elin.’
44
De dubbele boterham met abrikozenjam die er al jarenlang bijna iedere ochtend goed in was gegaan, zag er opeens stukken minder aantrekkelijk uit en de beker melk kreeg ze ook maar voor de helft weg. Alsof haar maag al vol was, terwijl de tosti geitenkaas van de vorige avond allang verteerd moest zijn. Totaal geen trek, constateerde ze. Typisch, ze kon altijd eten en vond veel lekker. Maar er was iets veranderd, ze voelde zich anders. Alles leek anders. Niet veel, maar toch genoeg om op te merken. Ze zette haar bord en beker weer op het aanrecht en liep naar het raam. Het ochtendlicht gaf een vreemde paarse gloed aan de mensen op straat. Ze liepen met een kind aan de hand of een hond aan de lijn, net als iedere ochtend, naar school of naar het park. Maar in dat rare paarse schijnsel leek het of ze zich trager voortbewogen, een tandje trager dan gisteren.