Dan vermoordt hij Debbie. Die zin sprak hij niet uit.
Rose schudde haar hoofd. ‘Je kunt er toch niet alleen naartoe gaan?’
‘Julia heeft gezegd dat ik alleen moet komen.’
‘En wij dan? We kunnen hier toch niet gewoon blijven wachten?’
‘Dat hoeft ook niet. Benjamin en jij moeten Steve zoeken. Als hij geloofde wat ik hem verteld heb, dan heeft hij het lijk van Ted Baker inmiddels gevonden. Hij zal weten wat er moet gebeuren.’
Rose wilde hem onderbreken, maar Chris stak zijn hand op. ‘We houden contact via onze mobieltjes. Misschien zijn ze daar inderdaad, misschien is het een valstrik. Ik weet het niet, maar ik ben van plan te doen wat Julia heeft gezegd.’
Zonder een antwoord van Rose of Benjamin af te wachten draaide Chris zich om en liep snel door de gang van Brandons huis. Hij keek niet één keer om.
Toen hij de trap voor het huis af liep, zag hij dat de lucht opklaarde. De hele dag was het niet echt licht geworden, maar nu de donkere wolken boven de vallei wegtrokken en er stukken heldere hemel verschenen, besefte Chris dat het minder laat was dan hij had gedacht. Het schemerde net. Als hij bijgelovig was geweest, had hij dat en de paar sneeuwvlokken die licht door de lucht zweefden als een goed voorteken beschouwd.
Op de besneeuwde straat aarzelde hij. Welke weg zou hij nemen? Als hij door het hek ging, was hij in een paar seconden bij zijn doel en kon hij in één oogopslag zien wat hem in de zwemhal te wachten stond. Maar dan was hij vanuit de verte al zichtbaar.
Had Julia misschien stiekem gebeld? Of wachtte Brandon hem daar op?
Die gedachte zorgde ervoor dat Chris rechts afsloeg. Hij zou de tunnel nemen, ook al was dat een omweg. Hij hoorde dat Rose en Benjamin achter hem liepen, maar sloot zich helemaal voor hen af. Zijn aandacht was gericht op wat hem te wachten stond.
Hij liep naar het trappenhuis, rende de treden af, haastte zich door de gang en boog daarna af naar de kale, ongeveer vijftig meter lange tunnel met de grijze, eenvoudige betonnen muren zonder vluchtmogelijkheden in de vorm van ramen of deuren. Het leek inderdaad een valstrik, maar dat kon hem niet schelen. Julia had hem gebeld. Ze had hem nodig.
Terwijl hij rende, dacht hij aan de camera’s die de tunnel bewaakten en die al zijn bewegingen registreerden. In zijn fantasie waren het ogen die hem volgden. Hij had hier al talloze malen gelopen, maar de tunnel had nog nooit zo lang en donker geleken.
Hij bereikte het sportcentrum, rende daar de trappen op en haastte zich zonder nog om te kijken naar de ingang van het zwembad. Drie stappen scheidden Chris van de metalen deur. Als hij het zich goed herinnerde, hadden ze de deur vanochtend opengelaten. Nu was hij dicht.
Nog maar één stap. Hij haalde diep adem en duwde de deur open.
De duisternis omhulde hem als een zware stof die hij bijna kon voelen en ruiken, en er hing inderdaad een zware geur in de lucht. Het rook niet zoals anders naar chloor, maar – Chris moest zich heel even concentreren om de geur te plaatsen – als in een kerk.
De situatie was heel anders dan Chris had verwacht en leek volkomen irreëel. De hal was niet helemaal donker, zoals hij in eerste instantie had gedacht. Hij keek om zich heen in het schijnsel van het merkwaardige, flakkerende licht en zag dat hij alleen was.
Voordat zijn verstand besefte wat dat betekende, viel zijn blik op het gladde wateroppervlak. Chris wist meteen dat hij het tafereel dat hij voor zich zag nooit zou vergeten. Een onwerkelijke glans veranderde het donkerblauwe water in een gouden vlakte, die door de lichte golfbewegingen glinsterde. En dit lichtspel was niet afkomstig van de lampen op de bodem van het bassin, maar van een ontelbare hoeveelheid lichtjes, die in het midden van het bassin nauwelijks waarneembaar heen en weer schommelden.
Het waren honderden kaarsen, die hun warme licht over het wateroppervlak uitstraalden. Eerst dacht Chris dat het toeval was dat ze niet van elkaar af of naar elkaar toe bewogen, tot hij zag dat het patroon dat de flakkerende vlammetjes vormden inderdaad onveranderd bleef. Hij liep naar de bassinrand en herkende het beeld dat de kaarsen in het midden van het zwembad vormden. Het was een enorm hart, en toen hij dichterbij kwam zag hij nog iets anders binnen de lichtcirkel: een krans van sparrentakken, die was versierd met rode klaprozen, de bloemen die op 11 november op de graven werden gelegd.
Chris voelde zich volkomen verdoofd. Hij had niet gevonden wat hij had verwacht. Julia was hier niet en hij realiseerde zich dat de ondefinieerbare dreiging die hij de hele dag al voelde realiteit was. Hij wist maar één manier om er een eind aan te maken. Chris draaide zich om naar de schakelaars en deed het licht aan. Het felle, koude schijnsel dat de tl-buizen aan het plafond en de muren verspreidden, maakte het tafereel minder luguber.