Home>>read De storm free online

De storm(56)

By:Krystyna Kuhn


De stilte die op zijn woorden volgde was ondraaglijk. Uit de angst die hij daarnet nog had gevoeld, ontwikkelde zich nu met de snelheid van het licht een gevoel waarvoor het begrip woord een afgezaagd cliché was.

Hij ging op het bed zitten en rook Julia’s parfum. Hij ademde diep in en weer uit. Goed, hij moest kalm blijven. Er moest een reden zijn waarom Julia het appartement uit was gegaan. Ze had gezworen dat ze voor niemand open zou doen, behalve voor hem, voor Rose en…

‘Waar is Benjamin?’

‘Hij is haar gaan zoeken.’

‘Waar? Waar is die idioot haar aan het zoeken?’

Chris had vandaag geleerd dat het schoolgebouw een soort offergod was, die mensen gewoon opslokte.

‘Luister, Chris, Benjamin…’

‘Wat een ongelooflijke klootzak! Hij had hier moeten blijven. In plaats daarvan rent hij door deze doolhof om haar te zoeken? Hallo, ze kan overal zijn! En ik wed dat het allemaal Debbies schuld is. Als er iets met Julia gebeurt, maak ik ze af. Debbie en Benjamin. Allebei.’

‘Chris! Luister nou eens naar me!’

Chris wees naar Ike. ‘En ik schiet die rothond dood! Ik schiet hem dood, hoor je! Door hem hebben we ons niet beziggehouden met wat belangrijk is!’

Chris wist dat hij zich moest beheersen. Hij kon zichzelf op dit moment niet eens verdragen. Maar het was nu eenmaal gemakkelijker om die trut van een Debbie of die idioot van een Benjamin de schuld te geven. Het was een sprankje licht, een vonkje hoop in de wanhoop die hij voelde.

Het deed hem goed om te zien dat alle kleur uit Rose’ gezicht trok en dat ze doodsbleek werd, alsof al het bloed uit haar gezicht was gezogen.

‘Ze moeten in het gebouw zijn, Chris,’ zei Rose met trillende stem. ‘Ze kunnen niet ver zijn. Benjamin is naar het bewakerskantoor gegaan…’

‘Nee,’ stootte Chris tussen zijn tanden door uit. ‘Ver kunnen ze niet zijn. Maar wel dood!’

‘Dood?’

Chris zag de ontzetting die hij voelde in Rose’ regelmatige gezicht weerspiegeld. Haar ogen werden enorm groot en haar mond ging open alsof ze wilde schreeuwen.

‘Dood?’ herhaalde Rose. ‘Chris! Weet je wel wat je zegt?’

Hij haalde diep adem, stak zijn hand op en dwong zichzelf tot kalmte.

‘Luister, Rose. Er loopt iemand in school rond die gevaarlijk is. Ted Baker, de bewaker, ligt in de kelder… Iemand heeft hem doodgeschoten, snap je?’

‘Maar dat kan toch niet?!’ Ze schudde haar hoofd.

Chris wist dat Rose niet begreep wat hij haar probeerde te vertellen. Waarschijnlijk kon je het alleen begrijpen als je het zelf had gezien. De beelden doken een voor een in zijn hoofd op: de stank, het bloed aan zijn handen, de glimmend gepoetste schoen die onder het douchegordijn uitstak, de manier waarop hij in de doucheruimte lag.

Hij mocht er gewoon niet aan denken.

Chris stak zijn handen op. ‘Rose, het is echt gebeurd. Benjamin en ik hebben het allebei gezien, en nu moeten we Julia zoeken. Ze weet er niets van, omdat…’

Omdat ik het voor haar verzwegen heb. Soms was het beter om de waarheid te vertellen, hoe gruwelijk die ook was.

‘Maar iedereen is toch weg?’ riep Rose. ‘Behalve wij is er niemand…’ Ze fronste haar voorhoofd. ‘Mason! Die bewaker is er ook. Denk je…’

‘Ik weet het niet,’ onderbrak Chris haar. ‘Maar behalve Steve Mason is er nog iemand in het gebouw… Brandon.’

‘Brandon? Weet je dat zeker, Chris?’

‘Ja, ik ben net in zijn huis geweest. Hij is niet weggegaan, en weet je wat ik daar heb gevonden, Rose? Oude, stoffige Super 8-films, van het soort dat we vandaag gezien hebben.’

‘Je gelooft toch niet dat Brandon die bewaker vermoord heeft? Wat voor reden zou hij daarvoor hebben? En waarom zou hij Julia of Debbie iets aandoen? Het is absurd om dat zelfs maar te denken, Chris!’

‘Zegt hij dat niet altijd, onze superprofessor? Niets is te absurd om te denken. Misschien is dan ook niets te absurd om te doen, Rose.’

‘Dan moeten we de politie waarschuwen, Chris! Zij…’

‘Ben je vergeten dat de weg afgesloten is? Het kan nog uren duren voordat…’

Op dat moment schudde het gebouw door een enorme, explosieachtige klap. Ze staarden elkaar aan. De storm- produceerde inmiddels een kabaal waarbij Rose haar oren dichthield, en ze schreeuwde iets tegen Chris wat hij niet verstond. Hij schudde zijn hoofd.

Ze herhaalde het en deze keer verstond hij haar: ‘De beeldschermen. Benjamin zoekt haar via het bewakingssysteem.’



De storm- had zijn hoogtepunt bereikt. Dat was Chris duidelijk toen ze in de ontvangsthal kwamen. Hij zag een toonbeeld van verwoesting voor zich. De wind had een van de hoge dennenbomen die op het plein stonden ontworteld en wat zij die ochtend zonder succes hadden geprobeerd, was de boom gelukt: hij was op de glazen pui gevallen en de kruin stak zo ver de hal in dat hij bijna tot de open haard kwam. De vloer was bezaaid met scherven en glassplinters, en Chris bedacht dat De storm- nu zijn zin had. Hij was tot in het gebouw binnengedrongen. De sneeuw waaide de hal in. Tijdschriften werden door de lucht geslingerd en stoelen vielen om.