Chris hoorde Ike janken. Hij keek in de doffe ogen die alle glans hadden verloren en zag de hond moeizaam ademhalen en zijn laatste krachten verzamelen. Ted was dood en Julia… Julia was in het appartement. Hij had gehoord dat ze de deur achter hem op slot had gedaan. Ze had gezworen dat ze voor niemand open zou doen en hij wist dat ze niet wilde dat Ike stierf. Alleen al vanwege Robert.
‘Goed,’ zei hij. ‘We brengen hem naar boven.’
Benjamin bukte zich en schoof zijn armen onder het lijf van de hond. Binnen de kortste keren zat zijn trui onder het bloed, maar daar lette hij niet op. ‘Jij neemt zijn kop, Chris.’
Chris bukte zich en pakte Ikes hals vast.
‘Tillen,’ commandeerde Benjamin.
Ze tilden Ike voorzichtig op. Het dier was zwaarder dan ze hadden verwacht. Ze hadden pas tien stappen gedaan toen Benjamin zei: ‘Stop. Ik kan niet meer.’
Voorzichtig legden ze de hond op de vloer. Ike had zijn ogen dicht en zijn ademhaling was oppervlakkig. Drie verdiepingen. Ze moesten hem drie verdiepingen omhoogdragen.
Nee, schoot het door Chris’ hoofd. We kunnen ook met de lift, maar dan moest hij…
‘Probeer zijn poot af te binden, ik ben zo terug!’ riep hij naar Benjamin. Meteen daarna draaide hij zich om en rende terug naar het verblijf van de bewakers.
In de wasruimte was niets veranderd. Chris vermeed het om naar de dode bewaker te kijken. Met samengeknepen ogen boog hij zich over de man heen, haalde diep adem en begon zijn uniform te doorzoeken. Hij dacht dat hij zich kon herinneren dat de bewaker ’s ochtends een sleutelbos in zijn hand had gehad. En als de dader die niet van hem afgepakt had, moest hij hem nog bij zich hebben.
Professor Brandon had in een van zijn eerste colleges verteld dat filosofie ‘liefde voor wijsheid’ betekende. Chris’ vader had daarentegen altijd verteld dat filosofie de hoogst mogelijke vorm van menselijk denken was. De Ferrari onder de wetenschappen, als het ware. En alleen wie in staat was om zich op een bepaald punt te concentreren, was ook in staat om door te dringen tot de essentiële begrippen zoals leven, dood en waarheid.
Concentratie was belangrijk. Beheers je dus, en concentreer je. Dat zijn vader dat aan het eind niet had gekund, betekende niet dat het inzicht verkeerd was.
De bewaker lag met zijn rug tegen de muur en zijn kin op zijn borstkas. Chris tastte de zakken van het uniformjasje af. Hij voelde alleen een portefeuille, maar de bewakers hadden hier hun kleedruimte, dus moesten ze de sleutel van het slot in de lift hebben.
Niets. Chris boog zich nog verder naar voren en voelde met zijn hand onder de jas. De bewaker droeg een holster, die leeg was. Hij voelde verder tot hij de riem vond.
Hoe lang zou de man al dood zijn? Hij vermoedde dat het een paar uur was. Zijn lichaam straalde geen warmte meer uit.
Oké, concentreer je, Chris. Je kunt het.
Hij moest het uniformjasje openen om bij de broekzak te komen. Zijn vingers trilden terwijl hij de onderste twee knopen losmaakte, maar toen zag hij de sleutelbos. Hij deed zijn ogen even dicht om een nieuwe golf van misselijkheid te onderdrukken. Daarna stak hij zijn hand in de zak en haalde de sleutels er met een ruk uit.
Het waren vier sleutels, waarvan een in het slot van de lift zou kunnen passen. Chris wilde al opstaan, toen hij nog iets bedacht. Hij haalde de portefeuille uit het uniformjasje, sloeg hem open en zag een creditcard op naam van Ted Baker en een Canadees paspoort. Geboortedatum: 04-03-1959. Geboorteplaats: Fields, Canada.
Ted Baker was dus afkomstig uit Fields, zoals bijna alle bewakers die hier werkten. Alleen Steve Mason kwam niet uit de omgeving. Wat deed een bewaker uit het zuiden van de Verenigde Staten in de Canadese wildernis?
Chris stopte de portefeuille terug.
En hoe zat het met zijn mobiel? Steve had Ted meerdere keren gebeld. Zogenaamd, schoot het door zijn hoofd. Hij kon natuurlijk net zo goed gedaan hebben alsof.
Teds mobiel zat in een leren etui dat aan de riem hing. Hij wilde hem al pakken toen hij plotseling inhield. Ze zouden hem vragen stellen. Op een gegeven moment zou de politie hem vragen wat hij exact op dit moment had gedaan. Ze zouden niet rusten, zouden hem verhoren en dan… vingerafdrukken. Ze hoefden niet te weten dat hij de zakken van de bewaker had doorzocht. Nee, hij mocht geen enkel risico nemen. Hij sprong op, liep naar de handdoekhouder en haalde er een paar papieren handdoeken uit, waarmee hij de portefeuille en het paspoort afveegde. Daarna viste hij de mobiel uit het leren etui en zocht in het logboek naar recente oproepen.
Ted had nog niet zo lang geleden diverse telefoontjes gehad. Er stonden geen namen, maar nummers vermeld. Een aantal telefoontjes was afkomstig van een onbekende beller. Was dat Steve geweest? Hij wist het niet.
Langzamerhand brak het zweet hem uit. Met elke minuut in deze kelder werd het gevoel sterker dat er plotseling iemand achter hem kon staan. Iemand die erop wachtte een ooggetuige het zwijgen op te leggen.