‘Wat voor films?’ vroeg Chris.
‘Waarschijnlijk porno, in kleur en met dolby surround.’ Hij draaide het doosje in zijn handen. ‘Wacht eens!’
Hij verdween weer in de projectorruimte.
‘O nee!’ kreunde Rose. ‘Nu laat hij ons de een of andere ranzige privé-dvd zien.’
Op dat moment ging het licht uit. Chris rook Julia’s douchegel en shampoo. Het maakte niet uit hoe koud het hier was, Chris kreeg het er warm van. Hij sloeg zijn arm om haar heen en ze liet haar hoofd op zijn schouder zakken.
Er klonk geknetter en fel licht scheen op het witte doek. In eerste instantie hoorden ze alleen geroezemoes van stemmen; daarna verscheen het eerste beeld heel onverwacht op het scherm, alsof de dvd midden in de film begon. Ze zagen hoge muren en een uitgestrekt gazon. De film was in zwart-wit en het beeld stoorde telkens. Het moest een oeroude film zijn.
‘Zet die troep uit, Ben!’ riep Chris over zijn schouder. ‘We willen een goede film zien.’
Benjamin reageerde niet en Chris zag een groep jongeren met rugzakken op hun rug die vrolijk zwaaiden.
‘Wat is dat voor film?’ hoorde hij Julia geïrriteerd vragen.
‘Het lijkt in elk geval niet op porno,’ antwoordde Chris. Verbaasd staarde hij naar het filmdoek. Iets aan de beelden kwam hem ontzettend bekend voor. De herinnering aan het weekend van drie maanden geleden kwam in hem op.
‘Hé,’ klonk een stem. ‘Gaan jullie eens netjes bij elkaar staan. Nee, Paul, jij moet naar achteren, anders is onze schoonheid niet zichtbaar.’
Gelach. Een jongen met lang haar liep om de groep heen, ging achter een meisje met blond haar staan en stak zijn duim op naar de camera.
Opnieuw klonk de stem op de achtergrond: ‘Ja, zo is het goed. En nu lachen. We weten tenslotte niet of jullie dat nog kunnen als jullie terugkomen.’
Er verscheen een nieuw beeld, met een gebouw op de achtergrond. Op het eerste gezicht leek het een hotel met een hoofdgebouw en twee zijvleugels, maar die indruk was misleidend. Het was geen hotel, het was…
De twee zijvleugels met alle balkons, dakramen en schoorstenen leken sprekend op Grace College. Alleen het middengedeelte zag er heel anders uit. De glazen gevel ontbrak; in plaats daarvan was het hart van het gebouw opgebouwd uit het donkergrijze natuursteen dat overal in de vallei te vinden was. Een enorme stenen portiek verhief zich achter een halfrond plein met in het midden een imposante esdoorn.
Zo zag Grace er vroeger dus uit, schoot het door Chris’ hoofd.
De camera zwaaide verder. Het achterste deel van de campus bestond blijkbaar nog niet; in plaats daarvan stonden er aan weerszijden van de weg naar Fields twee rijen gebouwen die aan oude militaire barakken deden denken. En op de plek waar tegenwoordig het parkeerterrein was, stond een jongen. Een meisje hield hem een microfoon voor.
‘Oké, Mark,’ klonk de stem van degene die de camera vasthield. ‘Leg nu maar uit wat jullie van plan zijn.’
De jongen die met Mark werd aangesproken lachte, draaide zich om en wees naar de berg achter hem, die onmiskenbaar de Ghost was. ‘Het is een expeditie. Een soort zoektocht…’
‘En waar gaan jullie daar boven naar op zoek?’
‘Dat is moeilijk uit te leggen, maar ik zou zeggen… naar onszelf.’
Hij lachte en sloeg zijn arm om een meisje heen.
Het was zo stil in de zaal dat je een speld kon horen vallen. Chris had liever gehad dat zijn vrienden anders hadden gereageerd. Het was de normaalste zaak van de wereld dat iemand nu zou roepen: ‘Hé, dat is een film over de vallei!’ Of: ‘Jezus, zijn dat de acht studenten die verdwenen zijn?’
In plaats daarvan gaf Julia een gil. ‘Wist je dat, Benjamin?’ In haar stem klonk pure paniek door.
‘Wat?’ vroeg Benjamin in plaats van antwoord te geven.
‘Geef het maar toe! Je kent de film.’
‘Natuurlijk ken ik hem niet.’ In Bens stem klonk naast nieuwsgierigheid iets wat Chris maar zelden van zijn vriend hoorde. Hij klonk geïrriteerd, en daarmee verdween zijn verdenking dat Benjamin de film ergens had opgeduikeld.
Nu filmde de camera het spiegelgladde meer, de donkere bomen en de Ghost. De opnames waren oud en Chris was geschokt dat er zo weinig veranderd was.
De camera zwenkte opnieuw naar de groep, die zich omdraaide en vertrok zonder nog een keer om te kijken.
Het beeld veranderde en toonde een open plek in een bos. Het was aardedonker, op een witte lichtstraal van een zaklantaarn na. Het regende en er klonk zacht gelach op de achtergrond. Twee gestalten verschenen in beeld en zwaaiden naar de camera.
De film was niet professioneel en deed Chris denken aan een van de Super 8-films die zijn moeder hem van haar jeugd had laten zien. De oervorm van amateurvideo’s.