De storm(32)
‘Vind je het niet griezelig dat we helemaal alleen zijn in dit enorme gebouw?’ fluisterde Julia.
Hij begroef zijn mond in haar haar. ‘Mm-mm,’ mompelde hij. ‘Ik zou er niets op tegen hebben om helemaal alleen te zijn. Met jou.’
‘Denk je dat Robert veilig aangekomen is?’ Julia draaide zich naar hem om en duwde hem tegelijkertijd een stukje van zich af.
Chris probeerde een zucht te onderdrukken. Hij wachtte er al de hele tijd op dat het gesprek op Robert kwam. De nauwe band tussen hen was in Chris’ ogen niet normaal. Hoe moest hij een relatie met Julia opbouwen als ze haar broer de hele tijd voortrok? ‘Slecht nieuws verspreidt zich snel,’ antwoordde Chris.
‘Maar de auto van Grace die dat ongeluk heeft gehad kan toch van David geweest zijn?’
‘Daarvoor zijn ze te vroeg vertrokken,’ antwoordde Chris een beetje geïrriteerd. ‘Bovendien rijdt die mazzelaar van een David in een Landrover, met vierwielaandrijving en allerlei terreinfuncties. Hij heeft vast geen problemen gehad.’ Hij lachte verbitterd. ‘Het is natuurlijk logisch dat onze mister Perfect de perfecte auto heeft.’
Julia leek niet overtuigd.
‘Hoor eens, Davids auto is donker, dat weet ik heel zeker. De auto van het ongeluk is licht; ik geloof dat het een Lincoln was. Geen reden om je zorgen te maken, oké?’
Er kwam een herinnering in hem op. Hij had vanochtend een lichte Lincoln op het parkeerterrein zien staan. Was dat Forsters auto niet geweest?
‘Ik weet van wie de auto is,’ flapte hij eruit, en daarna vertelde hij Julia wat hij had bedacht.
‘Die arme Forsters,’ zei ze, maar ze leek toch opgelucht en glimlachte naar Chris, die daardoor onmiddellijk zijn irritatie en slechte humeur vergat.
‘Gaan we nog films kijken?’ Benjamin stond plotseling naast hen.
‘We komen eraan,’ zei Julia.
Chris zuchtte en pakte Julia’s hand, en terwijl ze door de hal liepen en het vuur door een windstoot in de schoorsteen fel opvlamde, bedacht hij één moment dat die verdomDe storm- hem niet zomaar dwarsboomde. Nee, dat was expres.
De kelder van het schoolgebouw was een labyrint van gangen, aftakkingen en deuren. Normaal gesproken moest je je hier beneden een weg banen door een enorme hoeveelheid studenten die op weg waren naar de laboratoria of de mediatheek of via de tunnel naar het nieuwe deel van de campus wilden.
Nadat Chris alle beeldschermen in het bewakerskantoor had gezien, zocht hij nu werktuiglijk naar de camera’s. Het verbaasde hem dat hij ze niet eerder had gezien, want ze waren opvallend in de hoeken boven de deuren gemonteerd. Hij vond het een rotidee dat ze voortdurend werden geobserveerd.
De verlichting in de kelder was slecht en de door het klimaatsysteem aangevoerde lucht was heel droog, waardoor deze verdiepingen de gezellige sfeer van een grafkelder hadden. Maar in elk geval hoorden ze het gieren van De storm- hier niet.
Benjamin was met een aantal andere studenten verantwoordelijk voor het maandelijkse bioscoopprogramma en hij had een sleutel van de zaal. Bovendien bezat hij een omvangrijke dvd-collectie. Toen hij de sleutel eindelijk in zijn zak had gevonden en de deur van het slot had gedraaid, duurde het nog een tijd voordat hij de lichtschakelaar vond.
‘Schiet eens op, Ben,’ riep Rose zenuwachtig. ‘Ik kan geen hand voor ogen zien.’
‘Dat is toch juist leuk? Dan kunnen jullie meteen beginnen met griezelen.’
Het volgende moment verlichtte fel tl-licht de zaal. De bioscoopzaal was een van de pluspunten van Grace. Chris had nog nooit op zulke comfortabele bioscoopstoelen gezeten, die bovendien van rood pluche waren. En het witte doek was enorm.
Ben rende vrolijk de treden op.
‘Ik heb een paar knallers van films voor jullie,’ riep hij, waarna hij in de kleine ruimte verdween waar de projector stond. Ben had hun uitgelegd dat Grace overal op was voorbereid: op de projector konden zowel digitale als analoge films worden vertoond en er was een beamer voor dvd’s en powerpointpresentaties.
Chris ging in een van de middelste rijen op een stoel zitten. Zijn voeten stootten tegen een leeg bierflesje, dat wegrolde. Hij trok Julia tegen zich aan, die haar armen rillend over elkaar had geslagen. ‘Hemel, wat is het hier koud. Ik was er net een beetje van bijgekomen dat ik daarstraks zowat doodgevroren ben.’
‘Wil je mijn trui?’
Ze knikte dankbaar. Chris trok zijn sweatshirt over zijn hoofd en gaf dat aan haar.
Ze zaten een tijd zwijgend te wachten tot Rose, die op de rij achter Chris en Julia was gaan zitten, riep: ‘Komt er nog wat van, Benjamin? We wachten.’
‘Ik geloof dat ik weet wat de bewakers aan het doen waren toen wij het buiten bestierven van de kou,’ riep Benjamin. Hij stond helemaal boven in de zaal en hield een leeg dvd-doosje omhoog. ‘Ze hebben films gekeken.’