Hij keek naar beneden en zag dat hij bijna aan het eind van de koker was. Ben stond een meter of drie onder hem. Hij was al in de kleedruimte gesprongen en hield zijn camera op hem gericht. ‘Welkom thuis, en hartelijk bedankt voor het liveverslag.’
Daar gaat je theorie, pap, dacht Chris schamper. Het kan zijn dat iedereen hier met een geheim naartoe komt, en misschien klopt het dat de vallei deze geheimen voor altijd bewaart, maar één ding is duidelijk: zo werkt het niet als Benjamin in de buurt is.
10
De scherpe lucht van schoonmaakmiddelen die in de kleedruimte hing, sloeg Chris tegemoet. Het was donker, een duisternis die werd veroorzaakt doordat het vierkante betonnen blok dat de zwemhal en het sportcentrum met elkaar verbond geen ramen had. Dit deel werd alleen verlicht door middel van de lichtkokers, waarop de afgelopen uren een dikke laag sneeuw was gevallen. Het kostte even tijd voordat ze een lichtschakelaar hadden gevonden, maar toen brandde de tl-verlichting fel.
Chris zag dat Benjamin zijn schoenen en sokken uittrok.
‘Je mag het gerust zeggen,’ zei hij. ‘Ik ben een genie, en op een dag zul je dankbaar zijn dat je me hebt leren kennen. Zonder mij waren we hier nu niet.’
Chris was inderdaad dankbaar. Vanochtend had hij nog erg graag weg gewild, maar op dit moment was hij heel opgelucht omdat hij in het gebouw was. En hoewel hier niet bepaald een kamertemperatuur heerste, werd hij zich er nu pas goed van bewust hoe ijskoud het buiten was en dat Julia nog steeds in De storm- op hen stond te wachten.
Diep in zijn hart doofde de hoop dat hij de nachtmerrie die deze ochtend was begonnen achter zich kon laten en dat hij vanavond samen met Julia in een hotelkamer in bed zou liggen.
‘Wat ben je aan het doen?’ vroeg hij aan Benjamin, die zijn broek uittrok. ‘We moeten de meisjes binnenlaten.’
‘Ik trek andere kleren aan, wat anders? Er blijft hier altijd kleren hangen die vergeten is. Die is in elk geval droog.’
‘Kan het je niet schelen wie die gedragen heeft?’ Chris schudde zijn hoofd.
‘Ik krijg liever luizen dan longontsteking.’ Benjamin stapte onverstoorbaar in een spijkerbroek, trok een oud T-shirt aan dat hij in een van de kasten had gevonden, knoopte zijn veters vast en stond op. ‘Tja, we zijn binnen, maar hoe komen we hier weer uit? Stel dat de deur op slot zit?’
Chris keek somber. ‘Weet je wie ik in de zwemhal heb gezien? Die stomme bewaker, Steve. Of misschien moet ik hem Mister Blind and Deaf noemen. Ik heb geschreeuwd en geklopt en nog zag hij me niet. Ik kan je wel vertellen dat ik hem in elkaar stamp als ik hem tegenkom. Het werkte me vanochtend al op de zenuwen toen hij Julia probeerde te versieren.’
Ben dacht na. ‘Je krijgt je wraak nog wel, kerel. We gaan door de tunnel naar het hoofdgebouw en als er niemand in het kantoor van de bewaking is, heb ik er geen moeite mee om daar een sleutel te pakken.’
‘Goed, laten we dan gaan.’
Deze keer nam Chris de leiding. Ze liepen door de doucheruimte, die de kleedruimtes van het zwemgedeelte scheidde. Hij had verwacht dat de zwemhal verwarmd zou zijn, maar ook hier was de verwarming blijkbaar uitgezet.
Chris durfde nauwelijks naar boven te kijken. Het idee dat hij een paar minuten geleden nog op het dak had gelegen en naar beneden had gekeken, zorgde ervoor dat zijn hartslag versnelde. Bovendien had hij nog steeds hoofdpijn van zijn val.
Chris zag sparrennaalden op de betegelde vloer liggen. Die bewaker had niet eens de moeite genomen om zijn schoenen uit te trekken. Maar wat maakte dat eigenlijk uit? Hij rende bijna toen ze het zwembad eenmaal achter zich hadden gelaten. In de hal namen ze de trap naar de kelderverdieping en de tunnel die het sportcentrum en het hoofdgebouw ondergronds met elkaar verbond. De stroom leek in dit deel uitgeschakeld te zijn, maar de noodverlichting werkte gelukkig.
Ze zeiden geen woord tegen elkaar en Chris wilde dat hij net als Benjamin droge kleding had aangetrokken. Even later passeerden ze de bioscoop en de mediatheek, waarna ze zich naar de liften haastten, waar Ben zijn wijsvinger uitstak naar de knop met de pijl naar boven.
Chris wist weliswaar dat het veel gemakkelijker was om met de lift te gaan dan met de trap, maar hij had er geen goed gevoel bij. Hij wilde net zeggen dat ze misschien beter de trap konden nemen, toen de deuren opengingen. ‘Heb je al gedrukt?’ vroeg hij geïrriteerd.
‘Nee.’ Plotseling verscheen er een brede glimlach op het gezicht van Benjamin. ‘Jezus, Chris, ik heb blijkbaar magische krachten!’
Ze liepen de cabine in en de schuifdeuren gingen dicht. Een tijdlang gebeurde er niets; daarna ging er een schok door de cabine en kwam de lift in beweging. Chris staarde naar het bedieningspaneel, maar er veranderde niets. Knop K2 voor de tweede kelderverdieping was nog steeds verlicht. Ineens ging hij uit. Chris probeerde een groeiend gevoel van onbehagen te verdringen.