Home>>read De ogenverzamelaar free online

De ogenverzamelaar(83)

By:Sebastian Fitzek


‘Soms ’s nachts, als ik slaap, droom ik dat ik in een put val. Ik val steeds dieper, mijn val in het donker houdt helemaal niet meer op. Tegelijkertijd wordt het steeds donkerder om me heen. Ik steek mijn handen uit om de zijkanten van de put aan te raken, maar die zijn er niet meer. Ze lossen op, net als mijn laatste herinneringen aan de wereld voor het ongeluk.’

Een knappende houtspaan in de kachel doorbrak het volgende zwijgen.

‘Ze verdwijnen, begrijp je? Alles weg. Mijn herinneringen aan licht, kleuren, vormen, gezichten, voorwerpen. Hoe dieper ik val, des te meer ze verbleken. En weet je wat het ergste is?’

Dat het niet ophoudt zodra je wakker wordt.

‘Ik schreeuw mezelf wakker en het vallen houdt op,’ zei ze en ze klonk opeens eindeloos uitgeput. ‘Maar alleen het vallen. Al het andere is er nog. Ik ben nog steeds in deze toestand gevangen. In dat zwarte gat, dit niets. En dan zit ik te trillen in bed, vervloek de dag waarop ik een zandkasteel wilde maken en vraag me af of ik nog wel besta.’

Ze draaide haar hoofd naar me toe, alsof ze me aan wilde kijken. ‘Bestaat de wereld daarbuiten eigenlijk wel?’

Ik wist niet wat ik daarop moest antwoorden. En haar volgende vraag bracht me helemaal uit mijn evenwicht.

‘Besta ík wel?’

Ze pakte de zoom van haar blouse en verfrommelde die als een stuk papier. ‘Besta ik, Alex?’

Ik aarzelde, maar toen greep ik naar haar hand en maakte voorzichtig de verstrengelde vingers los.

‘Jazeker besta je.’

‘Bewijs het me. Toon het me, alsjeblieft, zodat ik het kan geloven.’

Ze tastte naar mijn gezicht. Streelde zacht mijn kin, beroerde mijn lippen en liet haar vingers even op mijn gesloten ogen liggen.

Ik beleefde een van die zeldzame momenten in het leven waarop de herinneringen verstommen. Ik dacht niet meer aan de baby op de brug, niet aan mijn mislukte huwelijk, zelfs het gezicht van Charlie, wier kinderen ik uit de klauwen van de ogenverzamelaar wilde redden, verdween van mijn innerlijke oog. In plaats daarvan verspreidde zich een gevoel in me dat ik bijna was vergeten.

Voor het laatst had ik het gevoeld toen ik Nicci voor de eerste keer zag. Niet met mijn ogen en ook niet met mijn hersenen. Hier vergiste Alina zich als ze dacht dat je de werkelijk belangrijke dingen daarmee zou zien. Als je zo dicht bij een ander wilt zijn dat je het liefst van lichaam zou ruilen, staat het verstand stil en wordt de ziel het enige nog functionerende zintuig.

‘Toon het me,’ herhaalde ze nog een keer eisend. ‘Laat me zien dat ik er nog ben.’

Toen perste ze haar lippen op mijn mond, en ik was verbaasd te merken hoe vurig ik dat eigenlijk had gewenst.





26




(NOG 2 UUR EN 47 MINUTEN TOT DE AFLOOP VAN HET ULTIMATUM)





FRANK LAHMANN (STAGIAIR)


‘COHALLUCINATIES,’ ZEI EEN KNORRIGE STEM. HIJ KWAM UIT DE luidspreker van een telefooninstallatie die voor hen op de bruin gelamineerde tafel van de verhoorkamer stond. Professor Hohlfort nam vanuit zijn villa in Dahlem aan het gesprek deel. ‘Ik gok op een geïnduceerde paranoïde stoornis.’

‘Alina bestaat,’ protesteerde Frank. Hij keek Stoya aan. ‘Ik heb haar immers zelf gezien!’

Eerst kraakte het, toen klonk er een luid atmosferisch gesis voordat de profiler weer via de luidspreker tot hen doordrong. ‘Ik neem aan dat u al maandenlang intensief met de gezochte samenwerkt, meneer Lahmann?’

‘Ja.’

‘U staat onder stress, slaapt meestal minder dan vier uur per etmaal, en dat al wekenlang?’

Deze keer knikte Frank alleen nog maar ter bevestiging.

‘Wel, onder zulke druk is herhaaldelijk het verschijnsel waargenomen dat een geestelijk gezond iemand de hallucinaties van de partner heeft overgenomen. Meestal gebeurt dat bij personen die in een uitgesproken dominante verhouding tot elkaar staan, bijvoorbeeld bij echtparen waarvan de een dominant is. Maar het is ook denkbaar dat er sprake is van een beroepsmatige afhankelijkheid, zoals tussen een stagiair en zijn mentor.’

‘Wilt u mij soms zeggen dat ik een beetje geschift ben?’

‘Nee, meneer Lahmann. U bent alleen maar de geïnduceerde persoon die de hallucinatie van zijn referentiepersoon heeft overgenomen. Dat is wel buitengewoon, maar zeer denkbaar als je de bijzondere omstandigheden in aanmerking neemt die u de afgelopen weken samen moest doorstaan. In elk geval was u bijna onafgebroken met een van de wreedste geweldsmisdrijven van de laatste decennia geconfronteerd.’

Frank staarde met open mond naar de telefooninstallatie. Meende die oude knakker dat nou serieus?

‘Ik ben niet gek. En mijn baas is dat ook niet.’

‘Nou ja, in zijn ziektedossier staat iets anders, of niet?’ Stoya bevestigde Hohlforts woorden met een spijtig schouderophalen. ‘Zorbach en ik waren collega’s, en als je jarenlang zo nauw met iemand hebt samengewerkt, blijft er nauwelijks iets verborgen. Het is een openbaar geheim dat Zorbach sinds die kwestie met de Undine-baby in psychiatrische behandeling is. Hij is niet de eerste en zeker niet de laatste ex-politieman wiens naam in dr. Roths agenda staat.’