Home>>read De ogenverzamelaar free online

De ogenverzamelaar(80)

By:Sebastian Fitzek


Toen Scholle met lege handen en totaal gebroken terugkwam, zwoer hij bij zichzelf het nooit meer zover te laten komen. Nooit meer zou hij ook maar één minuut aarzelen en nadenken of hij zich aan de voorschriften moest houden, als zijn onderbuikgevoel hem iets anders ingaf.

‘En nu voor de laatste keer. Waar houdt Alexander Zorbach zich schuil?’ vroeg Stoya.

‘Zelfs als u nu net als uw collega een potlood tevoorschijn haalt...’ Frank haalde zijn schouders op. ‘Ik kan het u niet vertellen.’

‘Echt niet?’ vroeg Stoya. ‘En hierover?’ Hij sloeg een bruine kartonnen ordner open en haalde er een paar vergrotingen uit, die hij voor Frank op de tafel uitspreidde. ‘Hierover kunt u ons waarschijnlijk ook niets vertellen?’

De jongeman sloot zijn ogen.

‘Katharina Vanghal, verpleegster, zevenenvijftig jaar en weduwe,’ becommentarieerde Stoya de foto’s van de plaats delict die rechtstreeks uit de hel leken te stammen. ‘Buren beschrijven haar als extreem teruggetrokken. Geen vrienden, geen mannen, niet eens huisdieren. Als je van haar alom bekende tic afziet om het hele huis rond kerst in een lichtshow te veranderen, dan leefde ze tot nu toe een geheel onopvallend, saai leven.’ Hij wachtte even. ‘Tot de ogenverzamelaar besloot haar kelder in een vacuümkist te veranderen en haar daar de laatste dagen van haar leven te martelen.’

‘Gruwelijk.’ Frank draaide zich om.

‘Ja, dat is het inderdaad. Gruwelijk. De maniak heeft haar hele lichaam in plasticfolie gewikkeld. Wegens de druk van het verband en omdat ze zich niet kon verroeren, is ze daaronder letterlijk levend en al weggerot. En om haar niet te vroeg te laten sterven, heeft de ogenverzamelaar haar kalmerende middelen gegeven, op een koelmatras gelegd en met behulp van kunstmatige beademing in een permanente zweeftoestand tussen leven en dood gehouden. Blijkbaar is de ogenverzamelaar niet alleen medisch goed onderlegd, maar ook een handige techneut. In elk geval vonden we een stroomgenerator in de tuin, speciaal voor de folterkelder geïnstalleerd.’

Stoya hield twee vingers in de lucht en vormde onbedoeld het victorieteken. ‘Een generator voor twee pompen, waarmee hij de lucht uit de kelder kon zuigen!’

‘U weet dat Zorbach twee linkerhanden heeft,’ antwoordde Frank. Hij zag er moe uit en zijn lippen waren gesprongen. Stoya besloot hem nog een beetje meer onder druk te zetten voor hij hem een glas water aanbood.

‘Maar hij heeft een motief.’

‘Wat dan?’

Stoya knikte losjes, alsof hij een opmerking over het weer had gemaakt. ‘Katharina Vanghal werkte tot twee jaar geleden in het Park-sanatorium, dus waar Zorbachs moeder tegenwoordig ligt. Ze was daar verpleegster, tot ze op staande voet werd ontslagen. In haar dossier staat dat enkele van haar patiënten aan decubitus IV zouden hebben geleden. Zweren tot op de botten, omdat haar bedlegerige patiënten niet genoeg beweging hadden gekregen.’

‘Dat gelooft u toch zeker zelf niet?’ Frank lachte toonloos. ‘Mijn baas die zich wreekt op de ex-verpleegster van zijn moeder?’

‘Nee. Eerlijk gezegd wíl ik dat ook niet geloven. Maar waarom vinden we zijn vingerafdrukken overal in deze kelder als hij met de zaak niets te maken heeft?’

De stagiair legde zuchtend zijn hoofd in zijn nek en staarde naar het plafond. ‘Hemel, hoe vaak moet ik het je nu nog zeggen? Het was die blinde vrouw. Zij heeft hem erheen gebracht.’

‘Shit.’

Stoya sloeg met zijn vlakke hand op de tafel. ‘Ik ben die vage onzin spuugzat. Ik wil nu eindelijk wel eens weten wat –’

‘Pardon?’

De hoofdrechercheur draaide zich met een ruk om. Hij had zo hard staan schreeuwen dat hij de geüniformeerde politieagente niet had opgemerkt, die had aangeklopt.

‘Wat is er?’

Ze gaf hem een dossier.

‘Wat is dat?’

‘Het proces-verbaal dat we moeten controleren.’

‘En?’

De bovenlip van de verlegen blondine trilde van de zenuwen, maar haar stem klonk vast. ‘Hij is van een groene VW Passat, bouwjaar ’97.’ Toen noemde ze de houder.

In Stoya’s oren begon het te dreunen en zijn mond werd droog. Nu was hij het die dringend iets te drinken moest krijgen. ‘Zegt u dat nog eens.’

‘Het kenteken staat op naam van ene Katharina Vanghal.’

Dat kan niet.

Stoya keek naar Frank, die er op dit moment net zo niet-begrijpend bij zat als hij.

Dat is onmogelijk.

De auto van de gefolterde verpleegster had de vorige middag inderdaad op de parkeerplaats voor gehandicapten gestaan, zoals Zorbach de hele tijd had beweerd.

‘Ziet u wel!’ zei Frank triomfantelijk toen de agente de deur achter zich had gesloten. ‘De ogenverzamelaar was gisteren bij de blinde fysiotherapeute, zoals ik u vertelde. Hij werd op video opgenomen toen hij het huurhuis verliet. Een stukje informatie dat u veel te lang hebt genegeerd. Geen idee hoe de blinde dat allemaal weet, maar ik denk dat u eindelijk eens moet beginnen naar haar te luisteren.’