Home>>read De ogenverzamelaar free online

De ogenverzamelaar(53)

By:Sebastian Fitzek


Instinctief wilde ik mijn armen om haar heen slaan, maar Alina week een pas achteruit.

‘Blijf van me af,’ fluisterde ze zacht en ze hief afwerend beide handen boven haar hoofd.

‘Wat is er dan?’

‘Hij was hier.’

‘Wie?’

‘Nou, wie denk je?’ schreeuwde ze tegen me en ik was bijna blij dat ze tot een dergelijke uitval in staat was. Heftige woede was altijd nog beter dan duistere angst. ‘Die rotkerel had het mes bij zich. Het mes waarmee hij...’ Ze sprak niet verder, en dat was ook niet nodig.

Ik liet mijn blik over haar naakte lichaam glijden om te controleren of de ogenverzamelaar haar ergens had verwond, maar ik zag alleen het iets te magere, maar toch vrouwelijk gevormde lichaam dat ik onder andere omstandigheden zeker aantrekkelijk had gevonden. Nee – dat ik zelfs onder deze omstandigheden aantrekkelijk vond. Een gedachte die ik meteen weer verdrong.

‘Waar is hij?’ vroeg ik en ik wilde de gang in om de kamers te controleren. Buiten bleef eindelijk de verdomde alarminstallatie stil. ‘Bespaar je de moeite,’ zei Alina achter me. ‘Hij is weg.’ Ze sloeg haar armen voor haar borsten over elkaar, waarbij ze met één hand haar merkwaardige tatoeage aan de hals bedekte, die er in het halfdonker van de gang uitzag als een grote moedervlek.

‘Hoe kun je dat weten?’

‘Omdat TomTom niet meer reageert.’ Ik keek de gang door tot een punt waar ik de badkamer vermoedde, waarin luid water kletterde. De hond lag daar in een sfinxachtige houding voor en klopte ter begroeting met zijn staart op het parket.

‘Hij ruikt geen gevaar meer. Bovendien staat de balkondeur open. Ik denk dat die kerel over de brandladder weer naar beneden is gegaan.’

Ik naderde de badkamerdeur, waardoorheen flarden hete waterdamp naar de gang kwamen en keek in de mist.

Niets.

Afgezien van een bijna overlopende emaillen badkuip was er niets bijzonders te zien.

Ik draaide de kraan dicht en verbrandde mijn hand bij de poging de stop eruit te trekken. Bij het weglopen zag ik make-upspullen voor de felverlichte spiegelkast staan, maar nu was het niet de tijd om me daarover te verbazen.

‘Wat wilde hij?’ vroeg ik.

‘Ons overhalen op te houden.’

Ze gaf me een korte samenvatting van wat haar een paar minuten eerder nog zo hevig had geschokt. ‘Hij zei “niet verder spelen”, en daarmee kan hij alleen zijn zieke verstopspelletje hebben bedoeld.’

Ze onderbrak zichzelf: ‘En jij? Waarom ben jij teruggekomen?’

‘Ik heb je tv nodig.’

Ze draaide haar rechteroor naar me toe. Een gebaar waarmee ze me van haar volle aandacht verzekerde. ‘Waarom?’

Ik vertelde haar over de camera in de kunstgalerie. ‘Die filmt iedereen die uit je voordeur komt,’ besloot ik mijn verklaring.

‘En?’

‘En hij is met een harde schijf verbonden.’ Ik wees zinloos naar het eind van de gang, waar ik het ding, dat in zijn kast zat, op een dressoir had gezet.

‘Zo’n apparaat slaat tot honderdtweeënzeventig minuten beeldmateriaal op, vermoedelijk langer.’

‘Verdorie, je wilt toch niet zeggen dat jíj zojuist beneden het alarm hebt aangezet?’

‘Waar een straatsteen niet allemaal goed voor is.’ Ik probeerde een glimlach in mijn stem te leggen. ‘Kom nou maar, het is alleen nog een kwestie van minuten tot de politie één en één bij elkaar optelt en hier voor de deur staat.’

Ze schudde haar hoofd, haalde diep adem en nog iets van haar gespannenheid leek van haar af te vallen.

‘Ik lijk wel gek,’ zei ze, maar ze kwam toch in beweging.

Ik volgde haar, nadat ik me naar het dressoir had teruggehaast en de zware kast had gepakt. De snijwond die ik bij het ingooien van de etalageruit had opgelopen bloedde niet meer.

Onze weg door de onverwacht lichte woning bracht me langs een balustrade in een woonkamer met aangesloten open keuken. Pas nu zag ik dat het appartement twee verdiepingen had.

Met snelle, vaste passen ontweek Alina een naar beneden lopende wenteltrap en opende een deur, die van de woonkamer naar de tuinkant leidde.

TomTom was achter ons aan gekomen, maar bleef in de woonkamer naast de bank liggen.

‘Wil je niet iets aantrekken?’ vroeg ik haar toen we in de kamer stonden die gemakkelijk als woonkamer te herkennen was. Ook hier verbaasde ik me over de vele spiegels, er hing er zelfs een aan het plafond.

‘Hoezo?’ reageerde ze en ze liep met rustige passen naar de grote staande tv tegenover haar bed. ‘Je bent bloot,’ zei ik en ik dacht stiekem: en ik ben ook niet van steen.

‘Mijn verwarming doet het,’ zei ze laconiek.

Ze bukte om de kabel van haar dvd-speler los te maken en ik wist even niet waar ik moest kijken om geen voyeur te lijken. Normaal gesproken hield ik niet van piercings of van tatoeages, en kale schedels, zelfs als er een doolhofpatroon in geschoren was, stonden ook niet hoog boven aan mijn lijstje van favorieten.