Home>>read De Vuurdoop free online

De Vuurdoop(63)

By:Alexander Soderberg


Ze aten in stilte, de zee ruiste achter de open ramen, de zoele zeewind ving de witte linnen gordijnen en liet ze heen en weer bewegen.

De hond Piño kwam naar binnen gerend en begon om eten te schooien. Adalberto negeerde het gebedel van de hond, die even later bij zijn voeten ging liggen.

‘Ik heb hem jaren geleden eens iets gegeven tijdens het eten. Hij wil nog steeds niet begrijpen dat dat niet weer gaat gebeuren.’

Hij keek naar Piño.

‘Maar toch zijn we vrienden, jij en ik, nietwaar?’

Sonya zag blijdschap op Adalberto’s gezicht toen hij naar Piño keek. Daarna verflauwde de glimlach, alsof hij zich opeens realiseerde hoe droevig het was dat de hond maar een hond was.

***





11


Gunilla keek Anders vragend aan.

‘Zeg dat nog eens.’

‘Nadat Hector de deur had opengehouden voor die verpleegster, gingen er twee mannen het restaurant binnen. Hector is niet meer naar buiten gekomen, maar die verpleegster wel. Lars is haar gevolgd.’

‘En die mannen?’

Anders haalde zijn schouders op.

‘Weg, verdwenen. Ik ben een halfuur later het restaurant binnengegaan. Nergens een mens te zien. Er is een achterdeur naar een binnenplaats, daar moeten ze door naar buiten zijn gegaan. En vanuit de binnenplaats door een ander pand naar de andere kant van het blok.’

‘En daarna?’

Anders schudde zijn hoofd.

‘Niks. Ik ben naar huis gegaan.’

Ze zaten op een bankje in Humlegården. De meeste mensen om hen heen leken van de zomerwarmte te genieten. Anders Ask was de enige in het park met een jas aan.

‘Dus Sophie en Hector kwamen bij het restaurant aan, gingen naar binnen en twee mannen kwamen na hen. Hoe lang duurde het voordat Sophie naar buiten kwam, zei je?’

‘Een halfuur, ongeveer.’

‘Ongeveer?’

‘Ik heb precieze tijdstippen, maar nu niet bij me.’

Gunilla dacht na.

‘En Lars is haar gevolgd?’

Anders knikte.

Gunilla pakte haar mobiel en toetste een nummer in.

‘Lars, stoor ik? Kun je meteen naar Humlegården komen? Je bent geweldig,’ zei ze en ze hing op.

Anders glimlachte om haar vriendelijke toon, die Lars geen ruimte had gelaten voor een antwoord of een protest. Dat zag ze.

‘Hij komt eraan,’ zei ze.

‘Ik weet het.’

Daarna zaten ze gewoon te zitten, als twee robots in stand-by stand, roerloos uitkijkend over het park. Anders kwam als eerste in beweging. Hij stopte zijn hand in zijn jaszak, haalde er een verfrommeld zakje drop uit en hield haar dat voor. Ze kwam ook weer tot leven, misschien door het ritselende geluid, en pakte er zonder dankjewel te zeggen twee dropjes uit, kauwde en verzonk in gedachten. Eén gedachte sprong eruit. Ze zweefde terug naar het heden, pakte haar mobieltje en zocht het nummer van Eva Castroneves op. Ze hield het toestelletje tegen haar oor.

‘Eva, kun je een datumcheck voor me doen?’

Gunilla wachtte.

‘Afgelopen zaterdag. Dat was de vijfde, geloof ik.’

Gunilla wierp een blik op Anders, die het met een hoofdknik bevestigde.

‘Check het hele etmaal, maar vooral de avond en de nacht van zaterdag op zondag. In de eerste plaats Vasastan, maar kijk ook iets verder. Alles wat van belang zou kunnen zijn. Dankjewel.’

Gunilla hing op. Anders keek haar aan en Gunilla haalde haar schouders op.

‘Waar moet ik anders beginnen?’

Hij gaf geen antwoord.

Lars kwam vanaf de kant van het Stureplan aanlopen over het grindpad. Ze keek naar hem. Hij liep stram, alsof hij last had van zijn rug. Dat had hij waarschijnlijk ook; mensen die onder schuld gebukt gingen, ontwikkelden vaak onbewust pijn in hun onderrug.

Hij kwam naar hen toe, met iets onzekers en vijandigs in zijn houding.

‘Dag.’

Gunilla keek hem aan.

‘Ben je naar de kapper geweest?’

Lars ging onwillekeurig met zijn hand door zijn haar.

‘Er is niet zo veel af,’ mompelde hij.

‘Fijn dat je zo snel kon komen.’

Lars wachtte en stak zijn ene hand in de zak van zijn spijkerbroek.

‘Als ik me goed herinner, stond er in je rapport dat Sophie afgelopen zaterdagavond na haar bezoek aan Trasten naar huis was gereden. Anders hier zegt dat hij je bij Trasten heeft gezien, en dat je Sophie bent gevolgd toen ze het restaurant verliet?’

‘Dat klopt. Ze ging rond elf uur van huis en reed naar het restaurant. Dat verliet ze rond middernacht, meen ik. Ik ben haar tot aan Norrtull gevolgd, daar ben ik afgeslagen en naar huis gereden. Ik heb haar laten gaan, omdat ik ervan uitging dat ze op weg was naar huis.’

Gunilla en Anders keken hem aan, schijnbaar op zoek naar kleine aanwijzingen dat hij loog. Lars krabde in zijn nek.

‘Is er iets gebeurd?’ vroeg hij.

‘Ik weet het niet, Anders heeft je gezien,’ zei Gunilla.