Home>>read De Stilte Van De Hel free online

De Stilte Van De Hel(144)

By:Cody McFayden


Ze doet haar ogen dicht en is een tijdlang stil. Ik krijg de indruk dat ze dit beschouwt als het moment waarop ze de verkeerde weg insloeg en zich voorgoed aan de duisternis overleverde.

‘Vier dagen later gingen we er stiekem vandoor. Ik had geen afscheid genomen van mijn ouders. Ik had mijn schamele bezittingen ingepakt en kneep er midden in de nacht tussenuit. Ik heb hen geen van beiden ooit teruggezien.

Het was een opwindende tijd. Ik voelde me vrij. Alsof het leven eindelijk verliep zoals ik wilde. Ik had een knappe man die met me wilde trouwen, ik was aan een uitzichtloos bestaan ontsnapt, ik was jong en keek vol vertrouwen uit naar de toekomst.’ Haar stem klinkt monotoon. ‘Het duurde vijf dagen voordat we in Californië aankwamen. Twee dagen later trouwden we. Tijdens onze huwelijksnacht kwam ik erachter dat de toekomst die voor me lag een plek in de hel was.’

Haar gezicht is uitdrukkingsloos. ‘Het was het tegenovergestelde van Halloween. In plaats van een man met het masker van een monster was Keith een monster met het masker van een man.’ Ze huivert. ‘Ik was nog maagd toen ik met hem trouwde. Hij gedroeg zich poeslief tot aan het moment dat hij me over de drempel van een goedkope motelkamer droeg. Toen de deur eenmaal dicht was, zette hij het masker af.

Ik zal die glimlach nooit vergeten. Het was de glimlach die Hitler mogelijk heeft gehad wanneer hij aan de Joden dacht die in een van zijn verschrikkelijke kampen om het leven kwamen. Keith glimlachte en mepte me in mijn gezicht. Keihard. Ik tolde om mijn as en het bloed spoot uit mijn neus. Ik viel met mijn gezicht op het bed. Ik zag sterretjes en probeerde mezelf wijs te maken dat ik droomde.’ Ze knijpt somber haar lippen op elkaar. ‘Alleen was het geen droom. Een nachtmerrie misschien. “Ik wil even een paar dingen duidelijk maken,” zei hij, terwijl hij de kleren van mijn lijf rukte. “Je bent mijn bezit. Een broedmachine. Meer niet.” Maar het was niet zozeer zijn gedrag als wel zijn stem die me bang maakte. Heel kalm en vlak en... normaal. Het paste niet bij wat hij aan het doen was, helemaal niet. Hij duwde me op mijn knieën en... wat hij toen deed, kun je geen gewone seks noemen. Nee. Het maakt niet uit dat we man en vrouw waren. Hij verkrachtte me. Hij had een doek voor mijn mond gebonden die mijn geschreeuw moest dempen toen hij me verkrachtte.

Hij praatte de hele tijd met die kalme stem van hem. “We blijven een paar dagen hier totdat je je plaats kent, broedmachine. Je zult leren zonder te aarzelen en zonder vragen te stellen te doen wat ik je zeg. De straf voor ongehoorzaamheid, hoe onbeduidend ook, zal pijnlijker zijn dan je kunt verdragen.”’

Ze zwijgt heel lang. We wachten rustig af, respecteren haar stilte. Ik heb niet echt haast. Het lijdt nu geen enkele twijfel meer dat ze ons uiteindelijk zal vertellen wat we willen weten.

Wanneer ze verder gaat, klinkt haar stem heel zacht, fluisterend.

‘Het duurde drie dagen voordat hij me klein had gekregen. Hij sneed me met een mes. Bewerkte me met brandende sigaretten. Sloeg me. Aan het eind ervan was ik bereid alles te doen wat hij zei, hoe walgelijk of vernederend het ook was.’ Om haar mond ligt een verbitterde trek vol zelfverachting. ‘Toen kwam de laatste leugen boven tafel. Hij nam me van dat motel mee naar dit huis.’ Ze knikt. ‘Inderdaad. Hij had dit huis al die tijd al gehad. Hij woonde helemaal niet in Texas. Hij was er slechts op jacht geweest. Op jacht naar iemand die zijn kind zou baren.’

‘Peter,’ zeg ik. Geen vraag, maar een constatering.

‘Ja,’ zegt ze. ‘Dat allerliefste knulletje van me.’ Ze geeft ‘allerliefste’ een sardonische klank mee. ‘Keith bond me ’s nachts vast om te voorkomen dat ik zou weglopen. Hij sloeg me, gebruikte me. Dwong me dingen te doen. Toen raakte ik zwanger. Dat was de enige vredige periode die ik heb gekend. Tijdens mijn zwangerschap raakte hij me met geen vinger aan. Ik was belangrijk voor hem, ik droeg zijn kind.’ Ze wrijft met een hand over haar voorhoofd. ‘In het begin was ik God zo dankbaar dat het geen dochter was. Die zou hij direct na de geboorte hebben gedood. Inmiddels weet ik dat een zoon net zo erg was, op een geheel andere manier.’

Ze neemt even de tijd om zich te vermannen en gaat dan door. ‘De bevalling vond uiteraard thuis plaats. Hij haalde het kind zelf. Gaf me een lap om mezelf mee schoon te maken, terwijl hij bewonderend tegen de kleine Peter kirde. Zodra ik mezelf een beetje had gefatsoeneerd en even had geslapen, gaf hij Peter aan me terug. Toen gaf hij me ook zijn ultimatum.’ Ze wrijft zonder het te beseffen nerveus in haar handen. ‘Hij zei dat de keus aan mij was. Hij kon me nu vermoorden en Peter zelf grootbrengen, of ik kon blijven en Peter samen met hem grootbrengen. Als ik bleef, zo zei hij, zou hij me nooit meer slaan. Dan zou hij zelfs in een ander bed slapen. Maar als ik wilde blijven en vervolgens wegliep... hij zei dat hij me wel zou weten te vinden en dat het dan weken zou duren voordat ik dood was.’ Haar handen klemmen elkaar in een dodelijke greep vast. ‘Ik geloofde hem. Ik had ja moeten zeggen en Peter en mezelf ter plekke van het leven moeten beroven. Maar ik had toen nog hoop. Ik dacht nog steeds dat alles anders zou worden.’ Haar ogen, haar gezicht, haar mond, een en al verbittering.