Home>>read De Stilte Van De Hel free online

De Stilte Van De Hel(136)

By:Cody McFayden


‘Hebbes,’ zegt Barry.

Alan is nog niet klaar. ‘Zeker weten? Ze heeft ons namelijk verteld dat het net was of een van jullie een golfbal door een tuinslang probeerde te zuigen. Een vrij gedetailleerde beschrijving. Details die een meisje van haar leeftijd normaal gesproken niet paraat heeft.’

‘Ze liegt! Ze weet natuurlijk wat pijpen is omdat haar moeder een hoer was! We hebben elkaar nooit met een vinger aange...’

Hij zwijgt, beseft wat er zojuist is gebeurd. Wat hij heeft gezegd.

‘Je was er dus inderdaad bij,’ constateert Alan.

Streets gezicht loopt rood aan. Tranen stromen over zijn wangen. Volgens mij heeft hij het niet eens door. ‘Fuck! Ja – ik was erbij! Ik heb geholpen die slet te vermoorden! Nou en? Jullie krijgen hem toch nooit te pakken. Hij ontsnapt, let maar op. Hij is veel te slim voor jullie!’

‘De bekentenis van een van hen is binnen,’ zeg ik.

Barry knikt. ‘Hij heeft zichzelf zojuist een enkele reis richting gaskamer verschaft.’

Alans bovenlichaam richt zich een stukje op, een heel klein stukje maar. Zijn knie blijft waar hij is, dreigend. Street stort voor onze ogen volledig in.

‘Weet je, Robert, collega’s van me zijn op dit moment al onderweg naar jouw flat. En Robert, ik durf te wedden dat daar iets ligt wat ons zal helpen erachter te komen wie hij is. Is het niet zo, Robert?’

Streets ogen schieten naar rechts. Herinnering. Dan: ‘Nee! Er is helemaal niets! Rot toch op! En hou op met steeds maar weer mijn naam te noemen!’

‘Zag je dat?’ mompelt Barry opgetogen.

Ik heb het gezien en er trekt een huivering door mijn lichaam.

Toen hij nee zei, had hij zijn ogen omlaag gericht. Omlaag en naar links.

Hij loog.

Er was iets in zijn appartement wat we niet mochten vinden.





50

We staan in Streets appartement. Barry en ik hebben toegekeken hoe Alan Streets verzet afbrak, subtiel, centimeter voor centimeter. Hij had hem niet zover gekregen dat hij de ware identiteit van Jack jr. prijsgaf, maar verder had hij alle informatie losgekregen. Hoe Jack contact met hem had gezocht, hoe ze hun slachtoffers hadden uitgekozen, en vele andere feiten. Hij had een bekentenis ondertekend en toen Alan eindelijk de verhoorkamer verliet, had hij slechts een bezweet, gebroken, jammerend hoopje ellende achtergelaten. Alan had hem volledig gebroken.

De draak brult goedkeurend.

Mijn mobieltje gaat. ‘Barrett.’

‘Met Gene, Smoky. Ik dacht dat je wel zou willen weten dat Streets dna overeenkomt met het dna dat onder Charlotte Ross’ vingernagel is aangetroffen.’

‘Dank je, Gene. Dat is goed nieuws.’

Hij zwijgt even. ‘Hoe gaat het met Callie?’

‘Ik denk dat ze het wel redt. We zullen moeten afwachten.’

Hij zucht. ‘Ik zal je niet langer ophouden.’

‘Tot gauw.’

‘Het is hier wel heel erg schoon,’ merkt Alan op.

Ik kijk om me heen. Hij heeft gelijk. Streets flat is niet gewoon schoon – het is er smetteloos schoon. Het schoon van een dwangmatige schoonmaker. Ook ontbreekt elk spoor van zijn persoonlijkheid. Er hangen geen foto’s aan de muren, niet van Street of zijn familie of vrienden. Geen schilderijen of posters. De bank is puur functioneel. De salontafel is puur functioneel. De televisie is klein.

‘Spartaans,’ mompel ik.

We lopen naar de slaapkamer. Net als de woonkamer is ook deze brandschoon. De lakens zitten strak om het bed gevouwen, de hoeken messcherp als die van een soldatenbed. Op een bureautje tegen een muur staat een computer.

Dan valt mijn oog ergens op. Het enige wat hier niet thuishoort, wat hier niet past. Een klein medaillon, keurig netjes naast een studieboek neergevlijd. Ik buig me voorover om het beter te kunnen bekijken. Het is een gouden damesmedaillon aan een gouden kettinkje. Ik pak het op en maak het open. Er zit een fotootje in van een aantrekkelijke, oudere vrouw. Iemands moeder, vermoed ik.

‘Knap,’ merkt Alan op.

Ik knik. Leg het medaillon neer, sla het studieboek open. Het is een universitair studieboek. Engelse grammatica. Aan de binnenkant staat een inscriptie: Dit boek is het eigendom van Renee Parker. Het ziet er misschien niet bijzonder uit, maar het bezit magische krachten – haha! – Het is mijn vliegende tapijt. Afblijven dus, sukkels! Ondertekend en gedateerd.

‘Hoe lang geleden is dat? Zo’n jaar of 25?’

Ik knik. Mijn hart gaat sneller kloppen. Dit is het. Dit is de sleutel.

Dit zal ons zijn ware gezicht onthullen.

Ik raak voorzichtig het boek aan en streel met mijn vingers over de inscriptie.

Misschien zal straks blijken dat het inderdaad magische krachten bezit.





51

Ik sta naar Alan te luisteren. Hij is opgetogen. Ik heb het gevoel dat alles steeds sneller beweegt, verhitte moleculen die langzaam maar onvermijdelijk het kookpunt naderen.