‘Doe dat dan ook.’ Falco kneep zijn ogen tot spleetjes. ‘Anders doe ik het.’
‘U bent erg arrogant, Mr. Orsini. Misschien dat sommige klanten daarvan onder de indruk zijn, maar ik niet.’
‘Ik heb geen klanten,’ reageerde hij even kil. ‘En ik ben hier niet degene die arrogant is, schat.’
‘Ik heb een naam, en ik heet niet schat. En ik ga u niet uitleggen hoe ik in elkaar zit.’
Eerder had hij gedacht dat ze arrogant en vastberaden was, maar haar toon, haar houding en de blik op haar prachtige gezicht straalden pure vijandigheid uit.
‘Als ik al ergens heen wil, rijd ik er zelf wel heen.’
‘Ook goed. Dan rijd ik wel achter je aan.’
‘Spreek ik Chinees, Mr. Orsini? Ik blijf hier.’
Daar kwam mooi niets van in, dacht Falco grimmig. Het was te donker om de bossen te verkennen. Iemand stalkte haar. Hij zou nog wel uitvinden waarom ze dat maar niet wilde toegeven, maar ze hadden nu al veel te lang staan dralen.
‘Wanneer dringt het tot u door dat u kunt gaan?’
Nu was het genoeg, dacht Falco, en met een zwaai slingerde hij haar over zijn schouder. Wat was deze feeks toch zelfzuchtig, irritant en eigenwijs. Dat betekende echter nog niet dat hij haar hier zou achterlaten.
Ze vocht, gilde en schopte, maar het haalde niets uit. Onverstoorbaar liep hij met haar het huis uit in de richting van zijn auto. Het pad werd nu verlicht door de maan, en zijn donkere auto stond in het maanlicht te glimmen.
‘Hufter,’ brieste Elle. ‘Jij waardeloze –’
‘Doe ons allebei een plezier en hou je mond,’ onderbrak Falco haar tirade. Hij liep naar de passagierskant, rukte het portier open en liet haar op de zwartleren stoel vallen. Meteen probeerde ze uit te stappen, maar hij zette zijn hand op haar borst en duwde haar terug. ‘Blijf zitten,’ waarschuwde hij haar, ‘anders bind ik je vast en leg ik je in de kofferbak.’
Woedend keek ze naar hem op. ‘Jij smeerlap! Wie zegt dat jij dat… dat ding niet op mijn muur gespijkerd hebt?’ Ze wist dat het niet zo was gegaan, maar de blik op zijn knappe arrogante gezicht gaf haar voldoening.
‘Natuurlijk,’ reageerde hij vol sarcasme. ‘Ik heb uitgevogeld waar je heen ging, zorgde ervoor dat ik er eerst was, heb de kat opgehangen, ben weer weggereden en heb toen gewacht tot jij kwam.’ Zijn mond was een strakke streep. ‘Wat ben ik een slimme gozer zeg!’
‘Je hebt het recht niet om me te… te ontvoeren.’
Hij lachte schamper. ‘Ga je dat aan de politie vertellen? Wat heb jij een geluk. Dat zal niet vaak gebeuren, dat je twee keer op een dag reden hebt om de politie te bellen.’ Zijn lach stierf weg, en hij bracht zijn gezicht tot vlak voor het hare. ‘Toe maar. Gebruik je mobiele telefoon. Bel de politie en vertel ze maar wat voor boodschap je in je huis hebt aangetroffen –’
‘Boodschap?’ vroeg ze, weer te snel.
‘We weten allebei dat het een boodschap aan jou was. En ik mag dan de bedoeling ervan niet snappen, maar ik heb het gevoel dat jij het dondersgoed weet.’
Koppig hief ze haar hoofd. ‘Dat is belachelijk.’
‘Goed, bel ze dan. Vertel ze maar wat je hebt gevonden, en dat ik je hier in Verweggistan uit je huis heb gesleept om je knappe wezentje te redden. Vertel ze maar dat jij dat als ontvoering ziet, dan hebben die agenten ook nog iets om over te lachen.’ Zijn woorden hadden het gewenste effect, zag hij. Haar vechtlust nam af.
‘Schoft,’ siste ze.
‘Was ik dat maar,’ reageerde Falco.
‘Ik haat je!’
‘Ach, hoe hartverscheurend.’
‘Jij hebt geen hart, Orsini.’
‘Dat heb ik eerder gehoord.’
‘Dat verbaast me niets.’ Haar mond trilde.
Meteen kwam de herinnering aan haar zachte zoete lippen terug. Ze had hem niet de kans gegeven ervan te genieten. Nu ze hem toch zo haatte, kon hij het zich wel veroorloven voorover te leunen, zijn mond op haar lippen te drukken en zijn handen in haar haren te laten glijden toen ze zich probeerde af te wenden…
Op dat moment hoorde hij haar adem stokken, en hij wist dat het vuur dat in hem brandde, haar ook bezighield. ‘Elle,’ mompelde hij, en ze deed haar lippen uiteen. De wereld om hen heen bestond niet meer. Hij kon nu bezit van haar nemen, wist hij, en hij wist ook dat het een geheel nieuwe ervaring voor hem zou zijn. Alle andere vrouwen vielen in het niet bij haar…
Het enige wat hij hoefde te doen, was haar uit de auto tillen, terug dragen naar het huisje en haar daar uitkleden. Daar zou hij haar naakte huid onder zijn handen en lippen voelen, en hij zou haar keer op keer beminnen tot die koude arrogantie van haar verdwenen was…
De roep van een uil bracht hem terug naar de realiteit, en hij trok zich terug.