Mistral en Kate liepen samen rond de mas, probeerden naar binnen te kijken, maar onderaan de muren stonden gemene braamstruiken en de ranken van de kamperfoelie reikten nog tot boven Mistrals hoofd.
Op een zeker punt vormde de muur de basis voor een grote, ronde toren met twee ramen zonder luiken, hoog boven hen. Maar degene die de mas had verlaten, had zich ervan overtuigd dat indringers geen enkele kans kregen, want er was nergens een doorkomen aan.
Bij hun rondgang ontdekten ze vijf schuine daken van verschillende hoogten en de bovenkanten van enkele vensters. De door een muur omringde mas was het middelpunt van een aantal wigvormige gevormde velden die tezamen een wiel vormden. Ze werden door cipressen en suikerriet van elkaar gescheiden die tevens als beschutting tegen de wind dienst deden. Eén deel van het wiel was een olijvenboomgaard; daarnaast lag een stuk onbewerkte rode aarde. Daarna kwam een wijngaard zwaar van de niet geplukte druiven; dan een abrikozenboomgaard vol met rottende vruchten; daarnaast nog een wijngaard en meer stukken onbewerkt land waar de aarde zo aan elkaar vastgeklonterd zat alsof er nog nooit een ploeg overheen gegaan was.
'Ongelooflijk!' barstte Mistral los. 'En dat hier in een land waar elke millimeter goede grond gebruikt wordt; wat een zonde! Kijk eens naar die druiven, en die olijven! Om Van de abrikozen niet te spreken! Die zijn daar rijp geworden en nu komt er niemand om ze te plukken. Het is gewoon schande!'
'Het zal wel te koop zijn,' begon Kate.
'Ik heb nergens een bordje gezien. Het enige dat ik zag was de naam op de brievenbus. La Tourrello, Provençaals, en ik geloof dat het toren of torentje betekent,' zei hij boos. 'Het vormt waarschijnlijk een onderdeel van een erfenis en de erfgenamen vechten er nog om; dat gebeurt zo vaak. Als ze het niet eens worden over de verdeling van het land, wordt het verkocht.'
'Zullen we het eens proberen uit te vinden? Ze weten het in Félice vast wel,' stelde Kate voor. 'Als het te koop is zouden we altijd kunnen vragen of we het eens mogen zien.'
'Nee, liever niet. Ik wil er niet in.' Mistral klonk somber.
'Jij niet? Je bent in elke mas van Maubec tot Bonnieux geweest. Waarom niet in deze?'
'Dat kan ik niet verklaren. Het is alleen maar een gevoel.' Hij wilde zichzelf beschermen. Intuïtie zei hem dat hij nooit het beeld van die veilig afgesloten, waardevolle en ommuurde bezitting zou vergeten. Al had hij dan alleen maar het silhouet van die schuine daken daarbinnen gezien, de simpele geometrie ervan was zo juist dat hij er tot in zijn hart door geroerd was. De mas op de heuvel vormde een volmaakt geheel met de natuur en hij wilde er liever niets meer dan de buitenkant van zien, want hij stond leeg en was dus beschikbaar.
Mistral had nooit een huis bezeten en de drang een eigen huis te hebben die de meeste mensen voelen, had hem nooit geraakt. Hij had zich ermee tevreden gesteld naar de boerderijen van de Provence te kijken en zonder meer aangenomen dat zij de enige aanvaardbare bebouwing waren die in dit wonderbaarlijke landschap paste. Het was een esthetische vreugde, niet door bezitsdrang bedorven. Maar één stap naar binnen in die mas zou alles voor altijd voor hem veranderen.
'Goed,' zei Kate die zijn wens respecteerde. Zij en Mistral waren beiden volkomen gelijk in de beperking van dingen die ze niet wilden kennen.
In de daarop volgende week gingen ze nog vier keer naar de verlaten mas en ze herhaalde haar voorstel nooit, al was ze in hoge mate geïrriteerd door zijn liefde voor deze plek. Hij is gewoon verliefd op die oude boerderij, dacht ze jaloers; hij maakt die stenen het hof alsof het een vrouw is, loopt als een verliefde puber langs de muren. Met dat café, de boules en zijn verliefdheid op die boerderij vult hij de hele dag zonder iets behoorlijks te doen. Wanneer zou hij weer eens gaan schilderen?
Een paar dagen later, in het café in Félice, stelde Josèphe Bernard Mistral een vraag.
'Je zegt dat je een schilder bent, hè, Julien? Die hebben we hier al jaren zien komen en gaan; hier in de buurt zwerft altijd wel een schilder rond. Maar ik heb er nog nooit een meegemaakt die iets anders deed dan het landschap schilderen. Ik vind dat een echte schilder een schilderij van een ander mens moet kunnen maken dat precies op die persoon lijkt. Wat vind jij daarvan?'
'Niet alle schilders maken portretten, Josèphe, en niet alle portretten lijken op degene die ervoor poseert, of zoals degene die ervoor poseert denkt dat hij eruitziet. En dat is altijd iets heel anders.'
'Ik dacht wel dat je met zo'n onzin voor de dag zou komen,' antwoordde Josèphe duidelijk teleurgesteld. 'Jij zoudt me dus niet kunnen schilderen zoals ik er in de spiegel uitzie? Dat bedoel je toch?'
'Misschien wel, misschien niet, maar ik kan iets doen waar je om zult moeten lachen, kerel.' Mistral pakte een potlood van de bar en tekende snel een paar lijnen op de achterkant van een lottoformulier dat daar lag. 'Wat denk je hiervan?' Hij schoof Bernard het papier toe. Met een paar lijnen, in minder dan een minuut had hij door de belangrijkste uiterlijke kenmerken van Josèphe Bernard te gebruiken een goed lijkende karikatuur van hem getekend. Al sinds hij een tiener was had hij een gave voor dit soort tekeningen gehad, maar zich er nooit druk om gemaakt.