Home>>read Dagboek van een beschermengel free online

Dagboek van een beschermengel(78)

By:Carolyn Cooke


‘Laat me met rust,’ zei hij, en hij zette de pas erin. ‘Ik wist wel dat je stond te liegen. Wat wil je nou weer van me? Ga je me kidnappen, alleen om papa te pesten? Je wilt me zeker tegen hem opstoken, hè? Nou, dat lukt je toch niet.’

Hij bleef doorlopen. Elk woord voelde aan als een stomp in mijn maag. Ik bleef geschokt staan, kwam weer tot bezinning en holde hem achterna.

‘Theo, luister nou even.’

Hij bleef hijgend staan, maar weigerde me aan te kijken.

‘Stel dat ik tegen je zeg dat we kunnen doen wat we willen. Stel dat je mag kiezen, dat er een wens uitkomt, iets wat je altijd hebt gewild. Wat wil je het allerliefste van de hele wereld?’

Hij keek me vanuit zijn ooghoeken aan om te zien of ik het meende en dacht na.

‘Ik wil wel honderd dollar.’

Ik knikte. ‘Krijg je van me. Wat nog meer?’

‘Een Nintendo. Met tien spelletjes.’

‘Oké. Wat nog meer?’

‘Ik wil een Luke Skywalker-pak, met een cape en laarzen en alles, ook het zwaard.’

‘Goede keus. Wat nog meer?’

Hij dacht diep na. Ik probeerde hem een handje de goede kant op te helpen.

‘Is er iets wat je zou willen doen, samen met mij? Naar de dierentuin? Een hapje eten en dan naar de bios? Roep maar iets, ik trakteer.’

Hij haalde zijn schouders op. ‘Niks.’ En hij begon weer te lopen. Ik stond hem verloren na te kijken, tot ik bedacht dat James bij hem moest zijn. ‘James,’ fluisterde ik. ‘Help me, alsjeblieft.’

Een stem. ‘Hij wil met jou en Toby kaarten.’

Kaarten? Was dat alles? En ineens kwam er een herinnering naar boven van ons drietjes. Het was in de tijd dat we het weer goed wilden maken. Theo was hooguit zes. Toby wilde Theo met behulp van een pak kaarten de tafel van twee leren, maar voordat we het wisten, zaten we op de grond om hem de basisregels van pokeren uit te leggen en hadden we de grootste lol toen hij binnen een uur de vloer met ons aanveegde.

Het was maar één avond, één keertje. En toch wilde dit joch ineens liever een potje kaarten dan een reisje naar Disneyland of Sea World. Reken maar.

‘Een potje kaarten, misschien?’ riep ik hem na. Hij bleef staan. Ik liep snel naar hem toe. ‘Je weet wel, net als vroeger, met z’n drietjes, jij en papa en ik.’

‘Jij en papa,’ zei hij met grote ogen. ‘Je haat papa.’

Ik deinsde achteruit. Je moest eens weten, dacht ik. ‘Ik haat hem niet,’ was het beste wat ik kon verzinnen. ‘Ik hou van hem.’

Hij zag aan mijn ogen dat ik het meende. ‘Echt niet.’ Toen ik het nogmaals zei, geloofde hij me wel. Dat bracht hem aardig van zijn stuk, denk ik. De mogelijkheden tuimelden als knikkers door zijn hoofd en staken diep in zijn hart een kaarsje aan.

‘Al dat andere hoef ik niet,’ zei hij. ‘Ik wil alleen kaarten.’

Poe! dacht ik. Ik had ook niet geweten waar ik honderd dollar vandaan had moeten halen.



Eenmaal thuis belde ik Toby. Toen ik mijn jas ophing, zag ik Nan staan, als een glanzende nevel bij de trap, en ik slaakte een diepe zucht van verlichting. Zij dekte me. Intussen had ik andere zorgen aan mijn hoofd. Ik had niet gepland om Toby te zien tijdens dit reisje. Het draaide allemaal om Theo, hoe ik hem kon veranderen, wat ik kon zeggen of doen om de wonden te genezen die ik hem in zijn jonge leventje had toegebracht.

Ik had het natuurlijk kunnen weten. Een rotsblok breekt soms pas eeuwen na de klap.

Ik belde naar Toby’s flat. Ik wist dat hij thuis zat te werken aan een redactioneel artikel over zijn nieuwe boek. Hij hoorde de klank van mijn stem en vroeg meteen: ‘Wat is er aan de hand?’ Zijn stem klonk koeltjes en achterdochtig.

‘Eh, niks, alles is prima. Theo en ik vroegen ons af of je vanavond hier wilt komen voor een spelletje poker.’

Stilte. ‘Wat is dit nou weer voor geintje?’

Ik knipperde met mijn ogen. Theo keek grijnzend toe, wat ik bemoedigend vond, en maakte eetgebaren terwijl ik met de hoorn tegen mijn oor gedrukt stond. ‘En eh… ik geloof dat Theo wil dat we iets te eten halen.’ Theo maakte een kungfubeweging. ‘De Chinese variant.’

‘Margot.’ Toby’s stem, streng en ongeduldig. ‘Ik dacht dat we hadden afgesproken dat je een maand naar een kliniek zou gaan om af te kicken. Of niet soms? Ga je je nou weer niet aan je belofte houden?’

De woede in zijn stem bracht me van mijn stuk. Ik aarzelde. Gaia, dacht ik. Alsjeblieft, zorg dat hij me een kans geeft. Nog één kans. Voor de allerlaatste keer.

‘Toby,’ zei ik zachtjes. ‘Het spijt me zo.’

Ik zag Theo’s gezicht oplichten, of nee, smélten van opgetogen blijdschap. En luisterend naar Toby’s ademhaling aan de andere kant van de lijn, vroeg ik me af wat hij ervan zou denken – is ze high? Zwanger? Terminaal ziek? – voordat het bij hem opkwam dat ik het oprecht meende.