Dat was het geval. ‘O. Ja, dat is zo. Dan zal ik haar maar afvinken, hè.’
Tilly knikte. Meneer Kinnaird merkte niets van het opgewonden gefluister om hem heen.
Margot kon niet slapen, ondanks de verleidelijke warmte in de ketelkast. Het onregelmatige gereutel en plotselinge getik van de leidingen maakten haar misselijk van angst dat haar plannetje was uitgekomen; ze konden elk moment de kast openrukken om haar mee te slepen. Ik liet haar geen seconde alleen, wikkelde haar in mijn gewaad toen ze begon te rillen van de kou en de angst en verzekerde haar dat we het zouden redden. Het visioen van het gezin in het dorp werd zo helder, dat Margot hun gezichten kon onderscheiden. Ze verlangde zielsveel naar hen. Ze zou op hun deur bonzen en hun smeken om haar binnen te laten. Ik breng jullie elke dag ontbijt op bed. Ik doe het hele huishouden. Red me alsjeblieft uit het St. Antonius. Geef me een thuis.
Om vijf uur in de ochtend werd de stilte doorbroken door het geluid van knerpend grind. Het was nog donker, maar de eerste zonnestralen gluurden over de horizon. De sputterende motor van de bestelwagen. Hughs valse geneurie. Nu, zei ik tegen Margot. Ze pakte haar tas, opende behoedzaam de deur en liep op haar tenen de bijtende ochtendlucht in.
Vanaf de zijdeur zag ze hem in de weer aan de voorkant van het tehuis, waar hij klossend op zijn zware werkschoenen tussen de wagen en de voordeur heen en weer liep en grote zakken kolen, voedsel en kleding neerzette, geschonken door de dorpelingen uit de omgeving. Ze kon amper ademhalen, haar hart ging zo tekeer dat ik vreesde dat ze zou flauwvallen. Ik haastte me naar de bestelwagen om te controleren of de kust veilig was, maar toen zakte ze door haar benen. Ik greep haar nog net op tijd vast om haar overeind te houden. Met mijn armen om haar heen geslagen, kwam ze weer een beetje bij. Misschien zet ik haar te veel onder druk, dacht ik. Misschien is ze er nog niet klaar voor.
Hugh stapte weer in de auto en startte de motor. Schiet op! Ze holde over het grind achter de wagen aan, rukte het achterportier open en sprong erin, boven op een berg verlepte groenten, zakken kolen en brandhout. De wagen reed over de afrit, in de richting van de hoofdweg.
Margot verstopte zich volgens plan onder de kolenzakken. Ik drukte mijn handen tegen mijn borst en maakte een sprongetje van vreugde. Het is gelukt. Ze is ontsnapt. Ik dacht aan het gezin in het dorp. Ik stelde me voor dat ik de moeder in het oor zou fluisteren dat Margot de dochter was die ze nooit had gekregen, de dochter die ze zo dolgraag had willen hebben, een meisje om van te houden en voor altijd voor te zorgen.
Ik keek de bestelwagen na en begon te huilen. Margot huilde ook, zo hoopvol en bang dat ze bijna ontplofte.
Op dat moment viel de motor uit. Net voor het einde van de afrit. De bestelwagen kwam abrupt tot stilstand. Hugh vloekte, draaide de sleutel om en liet de versnelling knarsen. Er kwam alleen wat schor geratel onder de kap vandaan. Ik keek wat er aan de hand was: de olie lekte. Dat kon zo verholpen zijn. Schiet op! Hugh floot een vrolijk deuntje en opende de motorkap om de boel te inspecteren.
Ineens stond Sheren naast me.
‘Het spijt me, Ruth,’ zei ze. Ik verstijfde.
Geschuifel en geschreeuw. Het achterportier van de bestelauto vloog open. Voordat ik ook maar iets kon doen, werd Margot vastgegrepen. Hilda trok haar aan haar haren de auto uit en regelrecht de voordeur van het St. Antonius in. De oude Hugh heeft niets van dit alles gemerkt.
Het beeld van het gezin in het dorp vervloog onmiddellijk. Voor Margot waren ze zo goed als dood. Dat gold voor haarzelf ook.
Hilda sloeg haar ditmaal niet met haar blote handen, en ook niet met de zweep. Ze tuigde haar af met een kleine, maar zware zak kolen, dezelfde waaraan Margot zich had vastgeklemd toen ze de auto uit getrokken werd, om nog ergens houvast aan te hebben. Sheren zong Hilda huilend toe en deed alles wat in haar macht lag om te voorkomen dat ze de zak hoog boven haar hoofd uit zwaaide en hem keihard liet neerdalen op Margots weerloze lijfje, dat onbeweeglijk op de grond lag. Net als zij kon ik weinig meer doen dan voorkomen dat de zak kolen haar schedel brak of haar nieren scheurde. En later, toen alle engelen nacht na nacht in de graftombe doorbrachten om over Margot te waken, vormden we een kring om haar heen, genazen we de verwondingen die Hilda had toegebracht en probeerden we te voorkomen dat het gif van Hilda’s afstraffing zich tot diep in Margots leven zou verspreiden.
Het ontsnappingsplan dat ik in Margots hoofd had geplant was niet vergeten. Het schoot wortel en er groeiden bladeren en takken aan.
Het kreeg zijn beslag op een manier die ik niet had voorzien.
Toen Margot twaalf jaar oud was, besloot Hilda om haar te doden. Sheren bracht me hier schoorvoetend van op de hoogte. Hoewel Hilda niet bewust had besloten om Margot te vermoorden, zou de straf die ze voor haar in petto had haar wisse dood betekenen als we niet ingrepen. Margots ontsnappingspoging was het bewijs dat Margots vleugels voorgoed gekortwiekt dienden te worden. Ze zou een maand in de graftombe worden opgesloten, langer dan iemand er ooit in had gezeten.