Home>>read Dagboek Van Een Nanny free online

Dagboek Van Een Nanny(8)

By:McLaughlin En Kraus


Als er een les niet doorgaat, mogen de volgende niet-gestructureerde dingen worden gedaan: Het Frick Het Metropolitan Het Guggenheim Museum De Morgan-bibliotheek Het Franse Culinaire Instituut Het Zweedse Consulaat Orchideeënafdeling van de botanische tuin De beursvloer van de aandelenbeurs De Angelika-bioscoop (liefst de Duitse Expressionistische serie, als het maar ondertiteld is.)

Ik haal mijn schouders op, scheur de envelop open en ontdek verheugd dat ze me voor de hele dag heeft betaald, ondanks het feit dat het maar twee werkuren waren. De Envelop is een grote opkikker van het nannyschap. Van oudsher worden we buiten de boeken gehouden en altijd contant betaald, waardoor ik altijd blijf hopen dat ze er een extra twintigje bij stopt. Een meisje dat ik heb gekend, woonde bij een gezin in waarvan de vader een paar honderd dollar onder de deur door schoof als zijn vrouw te veel had gedronken en een scène had gemaakt. I Iet is net als in de horeca: je weet nooit wanneer de klant ineens wordt overspoeld door dankbaarheid.

'Hoi Caitlin, ik ben Nanny,' zeg ik. Mrs X heeft gezegd dat mijn collega blond is en uit Australië komt, wat het makkelijk maakt haar te herkennen in de zee van gezichten van mensen die werk laten doen en van mensen die dat werk doen. Ik herken haar van de fotosessie in het park.

Ze kijkt op van haar plaatsje op de trap van de school, is praktisch gekleed in een spijkerbroek en T-shirt van Izod en heeft een sweatshirt om haar middel geknoopt. In haar rechterhand heeft ze Grayers appelsap al klaar met het rietje erin. Ik ben onder de indruk.

Op het moment dat ze opstaat om me te begroeten, wordt onze pupil met zijn klasgenootjes naar buiten gelaten, en onmiddellijk is het schoolplein druk bevolkt. Grayer komt naar Caitlin toe gerend, maar remt meteen af als hij mij ziet. Zijn enthousiasme lekt door zijn merkgympen weg.

'Grayer, Nanny gaat vandaag met ons mee naar het park, leuk hè?' Ik hoor aan haar stem dat ze niet zeker weet of het dikke pret wordt. 'Hij is altijd een beetje chagrijnig als de school uit gaat, maar als hij zijn eten heeft gehad, is het zo over.'

'Dat zal wel.'

Om ons heen is het een chaos van kinderen die te eten krijgen en intussen worden er speelafspraken gemaakt. Ik ben onder de indruk van de finesse waarmee ze Grayer te eten geeft, hem de buggy in krijgt en afscheid neemt. Terwijl hij zijn sweater aan krijgt, zijn boterhamzakje wordt opengemaakt, zijn huiswerkbriefje van zijn jas wordt gehaald en in de buggy wordt gegespt heeft hij een schreeuwende conversatie met drie klasgenootjes. Caitlin is net een poppenspeler, die het spel gaande houdt. Ik overweeg aantekeningen te maken. 'Rechterhand op buggy, met linkerhand sweater omlaag trekken, twee stappen naar links en bukken.'

We lopen naar bet park en ze kletsen vrolijk met elkaar. Ze duwt hem met gemak voort, hoewel het niet echt licht zal zijn, met al die zandbakspeeltjes, schoolspullen en reserve-eten. -

'Grayer, wie is je beste vriend op school?' vraag ik.

'Hou je mond, stomkop,' zegt hij en hij schopt in de richting van mijn schenen. Ik loop de rest van de weg daar waar hij mij vanuit de buggy niet kan zien.

Na het eten neemt Caitlin me mee op een rondje langs andere nanny's in de speeltuin. De meesten zijn Iers, Jamaicaans of Filippijns. Ze bekijken me met een snelle, koele blik en ik krijg het idee dat ik hier niet zo veel nieuwe vriendinnen zal maken.'Wat doe je doordeweeks?' vraagt ze argwanend.

'Ik studeer aan de NYU,' zeg ik.

'Ik snapte niet hoe ze iemand heeft gevonden die alleen in het weekend wil werken.' Weekend? Hoezo weekend?

Terwijl ze een nieuwe paardenstaart in doet, vertelt ze: 'Ik zou het wel doen, maar ik werk in het weekend in de bediening, bovendien ben je op vrijdag wel toe aan iets anders. Ik dacht dat ze bij hun tweede huis een meisje hadden dat in het weekend werkte, maar dat ging misschien niet zo goed. Ga jij op vrijdagavond met ze mee of neem je de trein?' Ze kijkt me scherp aan terwijl ik verward terug kijk.

Plotseling wordt het ons duidelijk dat het niet de bedoeling is dat we de 'overgang' bespreken. Ik ben niet iemand die de gaten opvult. Ik kom haar vervangen. Er trekt een verdrietige uitdrukking over haar gezicht.

Ik probeer van onderwerp te veranderen. 'Hoe zit dat met dat visitekaartje?'

'O, dat vieze, oude ding.' Ze slikt. 'Hij neemt het overal mee naar toe. Hij wil het aan zijn broek hebben, en aan zijn pyjama. Ze wordt er gek van, maar zonder dat ding weigert hij ook maar een onderbroek aan te trekken.' Ze knippert met haar ogen en kijkt de andere kant op.

We lopen weer terug naar de zandbak, waar nog een gezin aan het spelen is. Te oordelen aan hun identieke trainingspakken en hun enthousiasme zijn het toeristen.

'Wat een schatje. Is hij uw enige kind?' vraagt de moeder met het platte accent uit het Midden-Westen. Ik ben eenentwintig. Hij is vier.

'Nee, ik ben zijn...'

'Ik zei toch dat je weg moest gaan, stom mens!' schreeuwt Grayer, en hij geeft zijn buggy een harde duw mijn kant op.