Ik werd gespannen. ‘Zit je me nou belachelijk te maken?’
‘Ik heb jou net zo hard nodig.’ Hij duwde zijn neus in mijn haar terwijl hij me langzaam en op zijn gemak neukte. ‘Ik ben net zo geobsedeerd. Waarom vertrouw je me niet?’
Ik kneep mijn ogen dicht en hete tranen gleden tussen mijn oogleden uit. ‘Ik begrijp jou niet. Je verscheurt me.’
Hij draaide zijn hoofd en begroef zijn tanden in mijn schouder. Een gepijnigde grom rolde door hem heen en ik voelde hoe hij klaarkwam. Zijn pik schokte terwijl hij me vol heet zaad pompte.
Hij ontspande zijn kaken en liet mijn schouder los. Hij hijgde terwijl zijn heupen nog steeds heen en weer bewogen. ‘Je brief voelde als een dolksteek.’
‘Je praat niet met me... je luistert niet naar me...’
‘Dat gaat niet.’ Hij kreunde en hij sloeg zijn armen zo strak om die van mij dat ik volledig aan hem overgeleverd was. ‘Ik kan... Het moet nou eenmaal zo.’
‘Ik kan zo niet leven, Gideon.’
‘Het doet mij ook pijn, Eva. Ik ga er ook aan kapot. Zie je dat dan niet?’
‘Nee.’ Ik gilde en mijn kussen werd nat onder mijn wang.
‘Stop dan eens met alles te beredeneren en voel het! Voel mij.’
De nacht ging als in een waas voorbij. Ik strafte hem met gretige handen en tanden. Mijn nagels krasten over zijn gladde, bezwete huid en spieren tot hij siste van pijn en genot.
Zijn lust was uitzinnig en onverzadigbaar, en aan zijn hunkering zat een wanhopig randje dat me bang maakte omdat het zo uitzichtloos aanvoelde. Het voelde als een afscheid.
‘Heb je liefde nodig,’ fluisterde hij tegen mijn huid. ‘Heb jou nodig.’
Hij raakte me overal aan. Hij was voortdurend in me, met zijn pik of met zijn vingers of met zijn tong.
Mijn tepels brandden, rauw van al het zuigen. Mijn geslachtsdeel bonsde en voelde gekneusd aan van zijn wilde, harde stoten. Mijn huid was geschaafd van de stoppelbaard op zijn kaken. Mijn kaken deden pijn van het zuigen aan zijn dikke pik. Mijn laatste herinnering was dat hij met zijn buik tegen mijn rug lag, met zijn arm rond mijn middel terwijl hij me van achteren vulde. We waren allebei rauw en uitgeput, maar konden niet stoppen.
‘Niet loslaten,’ smeekte ik, nadat ik had gezworen dat ik dat niet zou doen.
Toen ik wakker werd van de wekker, was hij weg.
15
Voordat ik donderdagochtend naar mijn werk vertrok, ging ik nog even bij Cary in zijn kamer langs. Ik deed de deur open en keek naar binnen. Toen ik zag dat hij sliep, wilde ik weer weggaan.
‘Hé,’ mompelde hij en knipperde met zijn ogen.
‘Hé.’ Ik ging naar hem toe. ‘Hoe voel je je?’
‘Ik ben blij dat ik thuis ben.’ Hij wreef in zijn ooghoeken. ‘Alles goed?’
‘Ja... ik wilde gewoon even kijken hoe het met je was voordat ik naar mijn werk moet. Ik ben om een uur of acht thuis. Ik haal onderweg wel wat te eten, dus je kunt om een uur of zeven een sms’je verwachten om te vragen wat je graag...’ Ik onderbrak mezelf met een gaap.
‘Wat voor vitaminen neemt Cross eigenlijk?’
‘Hè?’
‘Ik ben nooit niet geil, maar zelfs ik kan niet zo de hele nacht door blijven heien. Ik bleef maar denken: nou zal ie toch wel een keertje klaar zijn. Maar nee hoor. Hup, daar ging ie weer.’
Ik bloosde en schuifelde een beetje heen en weer.
Hij brulde van het lachen. ‘Het is hier donker, maar ik weet zeker dat je rood wordt.’
‘Had je je koptelefoon maar op moeten zetten,’ mompelde ik.
‘Joh, maak je niet druk. Ik was al blij dat mijn apparaat het nog deed. Ik had sinds die aanslag nog geen stijve gehad.’
‘Hè gadver, Cary.’ Ik begon de kamer uit te lopen. ‘Mijn vader komt vanavond. Of eigenlijk morgenochtend. Het vliegtuig komt om vijf uur aan.’
‘Haal jij hem op?’
‘Uiteraard.’
Zijn glimlach stierf weg. ‘Je gaat er nog aan onderdoor als je zo doorgaat. Je hebt de hele week nog niet geslapen.’
‘Dat haal ik wel weer in. Tot straks.’
‘Hé,’ riep hij achter me aan. ‘Betekent afgelopen nacht dat het weer goed is tussen Cross en jou?’
Ik leunde tegen de deurpost en zuchtte. ‘Er zit iets helemaal verkeerd en hij wil het er met mij niet over hebben. Ik heb hem een brief geschreven waarin ik in feite al mijn onzekerheden en neuroses eruit heb gegooid.’
‘Zoiets moet je nooit opschrijven, meissie.’
‘Tja, nou ja... het enige wat het me heeft opgeleverd is dat ik halfdood ben geneukt, zonder dat ik iets wijzer ben geworden over zijn probleem. Hij heeft gezegd dat het nou eenmaal zo moet zijn. Ik weet niet eens wat dat betekent.’
Hij knikte.
‘Je doet net alsof je het begrijpt,’ zei ik.