Home>>read Crossfire - 2 Begeerd door jou free online

Crossfire - 2 Begeerd door jou(44)

By:Sylvia Day


‘Zo gaat dat zinnetje helemaal niet. En ik was toch een genotsgod? Ben ik nu opeens een onderwezen?’

Ik drukte mijn spleetje tegen de harde richel van zijn pik en draaide met mijn heupen. ‘Jij bent wat ik wil dat je bent, weet je nog?’

Gideon greep mijn ribbenkast en kantelde zijn hoofd achterover. ‘En wat mag dat dan wel zijn?’

‘Van mij.’ Ik beet zachtjes in zijn hals. ‘Helemaal van mij.’



Ik kon geen lucht krijgen. Ik probeerde te gillen, maar mijn neus was afgedekt... mijn mond gesnoerd. Een piepend kreuntje was het enige geluid dat naar buiten kwam, mijn wanhopige hulpkreten bleven in mijn hoofd steken.

Ga van me af! Stop! Raak me niet aan. O, god... doe me dat alsjeblieft niet aan.

Waar was mama? Ma-ma!

Nathans hand lag over mijn mond. Hij wreef hardhandig over mijn lippen. Met het gewicht van zijn lichaam drukte hij me omlaag en plette mijn hoofd in het kussen. Hoe meer ik vocht, hoe opgewondener hij werd. Hij hijgde als een wild dier en stootte in me, steeds maar weer... hij probeerde zich in me te proppen. Mijn slipje zat in de weg en beschermde me tegen de verscheurende pijn die ik al ontelbare keren had moeten doorstaan.

Alsof hij mijn gedachten kon lezen, gromde hij in mijn oor: ‘Je hebt nog geen pijn gevoeld, maar dat komt nog wel.’

Ik verstijfde. Het besef kwam over me heen als een emmer ijswater. Ik kende die stem.

Gideon. Nee!

Mijn bloed gonsde in mijn oren. Ik werd misselijk. Er spoelde gal in mijn mond.

Het was erger, zoveel erger wanneer degene die je probeerde te verkrachten iemand was aan wie je je leven toevertrouwde.

Angst en woede kwamen samen in een krachtige roes. Op een helder moment hoorde ik Parker opeens zijn bevelen tegen me blaffen en toen kwamen de basisvaardigheden bovendrijven.

Ik viel de man aan van wie ik hield, de man die nachtmerries had die op een huiveringwekkende manier overliepen in die van mij. We waren allebei overlevenden van seksueel misbruik, maar in mijn dromen was ik nog steeds slachtoffer. In zijn dromen was hij de agressor geworden, gewelddadig en vastberaden om zijn aanvaller dezelfde martelingen en vernederingen toe te brengen als hij zelf had ondergaan.

Met gestrekte vingers ramde ik Gideon in zijn hals. Hij deinsde achteruit, vloekte en ging verliggen, en toen beukte ik mijn knie tussen zijn benen. Hij vouwde dubbel en viel van me af. Ik rolde het bed uit en viel met een dreun op de vloer. Ik krabbelde overeind en vloog naar de deur die naar de gang leidde.

‘Eva!’ snakte hij, toen hij wakker werd en zich bewust was geworden van wat hij me in zijn slaap bijna had aangedaan. ‘O god. Eva. Wacht!’

Ik schoot de deur uit en rende de woonkamer in.

Ik vond een donker hoekje, rolde me op tot een bal en kon maar met moeite ademhalen. Mijn gesnik galmde door het appartement. Ik drukte mijn lippen op mijn knie toen het licht in mijn slaapkamer aanging. Ik bewoog me niet en maakte geen geluid toen Gideon een eeuwigheid later de woonkamer binnenstapte.

‘Eva? Jezus. Gaat het? Heb ik... je pijn gedaan?’

Atypische seksuele parasomnia: zo noemde Dr. Petersen de uiting van Gideons diepe psychologische trauma. Ik noemde het de hel. En daar zaten we allebei in gevangen.

Met zijn lichaamstaal brak hij mijn hart. Zijn gebruikelijke trotse uitstraling ging gebukt onder verslagenheid, zijn schouders hingen omlaag en zijn hoofd was gebogen. Hij was volledig aangekleed en had zijn weekendtas in de hand. Hij bleef stilstaan bij de ontbijtbar. Ik deed net mijn mond open om iets te zeggen toen ik het geluid van metaal tegen het stenen blad van de bar hoorde.

De vorige keer had ik hem tegengehouden. Toen had ik ervoor gezorgd dat hij bleef. Deze keer kon ik dat niet opbrengen.

Deze keer wilde ik dat hij wegging.

De nauwelijks hoorbare vergrendeling van het voordeurslot dreunde door me heen. Er ging iets dood in me. Er welde paniek in me op. Ik miste hem zodra hij was vertrokken. Ik wilde niet dat hij bleef. Ik wilde niet dat hij wegging.

Ik weet niet hoe lang ik daar in de hoek had gezeten voordat ik de kracht vond om op te staan en op de bank te gaan zitten. Het drong vaag tot me door dat het buiten langzaam licht werd en ergens in de verte hoorde ik Cary’s mobiele telefoon overgaan. Kort daarna kwam hij de woonkamer in rennen.

‘Eva!’ Hij was in een seconde bij me, en hurkte voor me neer met zijn handen op mijn knieën. ‘Hoe ver is hij gegaan?’

Ik keek hem aan. ‘Wat?’

‘Cross belde me. Zei dat hij weer een nachtmerrie had gehad.’

‘Er is niets gebeurd.’ Ik voelde een hete traan langs mijn wang glijden.

‘Je ziet eruit alsof er wel iets is gebeurd. Je ziet...’

Ik pakte zijn polsen toen hij met een vloek opstond. ‘Er is niets aan de hand met me.’

‘Shit, Eva. Zo heb ik je nog nooit gezien. Ik kan het niet verdragen.’ Hij ging naast me zitten en trok me tegen zijn schouder aan. ‘Zo is het genoeg, hoor. Je moet het uitmaken.’