Home>>read Blauwe maan free online

Blauwe maan(56)

By:Alyson Nol


‘Hoe ben je hier terechtgekomen? Hebben Romy en Rayne…’ Ik wil me naar hen omdraaien en merk dan dat de meisjes weer verdwenen zijn.

Ava knijpt haar ogen tot spleetjes en speelt wat met de nieuwe gouden ringen die ze aan haar oorlellen heeft laten verschijnen. ‘Ik wilde je graag vinden, dus kwam ik hier terecht. Maar ik schijn niet naar binnen te mogen.’ Ze kijkt fronsend naar de deur. ‘Is dit het? Is dit het paleis dat je wilde vinden?’

Ik knik en kijk naar haar peperdure schoenen en designerhandtas. Het irriteert me steeds meer. Neem ik haar mee naar Zomerland zodat ze me kan helpen iemands leven te redden, gaat ze shoppen.

‘Ik weet het,’ zegt ze in antwoord op mijn gedachten. ‘Ik liet me afleiden en het spijt me. Ik wil je heus nog wel helpen als je me nodig hebt. Of heb je alle antwoorden al gevonden?’

Ik pers mijn lippen op elkaar en staar naar de grond, hoofdschuddend. ‘Ik eh… ik kwam wat obstakels tegen.’ Meteen voel ik een golf van schaamte door mijn lichaam spoelen. Vooral als ik bedenk dat ik die obstakels toch mooi zelf heb opgeworpen. ‘Ik ben bang dat ik weer terug bij af ben.’ Ik voel me ’s werelds grootste loser.

‘Misschien kan ik je helpen.’ Ze glimlacht en geeft me een kneepje in mijn arm, zodat ik weet dat ze het meent.

Ik haal mijn schouders op. Ik heb geen idee of ze echt iets voor me kan doen.

‘Je moet het niet zo snel opgeven,’ zegt ze. ‘Dit is immers Zomerland en alles is mogelijk!’

Ik kijk haar vluchtig aan. Ze heeft gelijk, maar ik moet terug naar huis, waar me nog een behoorlijke uitdaging te wachten staat. Ik zal al mijn aandacht en concentratie nodig hebben en mag me absoluut niet meer laten afleiden.

Samen lopen we de trap af. ‘Nou… er is misschien wel iets wat je voor me kunt doen…’ zeg ik.





Zevenentwintig


Ava wilde graag nog langer blijven, maar ik pakte haar hand vast en dwong haar mee te gaan. We hadden allebei al genoeg tijd verloren hier in Zomerland en ik had wel wat beters te doen.

‘Verdorie!’ Ze tuurt naar haar vingers zodra we weer op de zachte kussens in haar paarse kamer terechtkomen. ‘Ik hoopte dat ik ze mee kon nemen.’

Ik knik en zie dat de gouden ringen met grote stenen die ze in Zomerland liet verschijnen weer zijn veranderd in haar eigen zilveren sieraden. De designerschoenen en dure handtas zijn ook verdwenen.

‘Ik vroeg het me nog af,’ zeg ik als ik overeind kom. ‘Maar je weet dat je dat hier ook kunt bereiken, toch? Je kunt hier ook dingen laten verschijnen, alleen moet je veel meer geduld hebben.’ Ik grijns en hoop dat ik haar positief kan stemmen door haar dezelfde peptalk te geven die ik van Damen kreeg toen we aan mijn lessen begonnen. Had ik nu maar beter opgelet tijdens die lessen! Maar ik dacht dat we als onsterfelijken juist alle tijd van de wereld zouden hebben. In ieder geval voel ik me een beetje schuldig dat ik zo streng ben tegen Ava. Wie zou er nou niet afgeleid raken tijdens haar allereerste bezoek aan die mystieke plek?

‘En nu?’ Ze loopt achter me aan naar de voordeur. ‘Wanneer gaan we weer terug? Ik bedoel, je gaat toch niet terug naar Zomerland zonder mij?’

Ik draai me om en kijk haar aan. Ik zie hoe vol ze is van haar bezoek en meteen vraag ik me af of het een vergissing was haar mee te nemen. Ik ontwijk haar blik terwijl ik naar mijn auto loop en roep over mijn schouder: ‘Ik bel je nog wel.’

De volgende ochtend parkeer ik mijn auto op het terrein voor de school en ik ga naar mijn les. Net als elke andere dag verdwijn ik in de grote menigte leerlingen, maar dit keer hoef ik niet meer zo mijn best te doen om afstand te bewaren en iedereen uit de buurt te houden. Ik kan gewoon normaal doen. Geen hevige reacties als iemand tegen me aan stoot, ook al heb ik mijn iPod, hoody en zonnebril alle drie thuisgelaten.

Dat komt doordat ik niet meer afhankelijk ben van die spullen, die eigenlijk nooit echt gewerkt hebben. Ik heb nu mijn speciale afstandsbediening bij me, eentje die bestaat op kwantumniveau.

Voor Ava en ik gisteren vertrokken uit Zomerland, vroeg ik haar om hulp om een beter beschermend schild rond mijn zintuigen te maken. Ik had net zo goed terug het paleis in kunnen gaan op zoek naar het antwoord terwijl ze buiten bleef wachten, maar ze wilde graag helpen en ze kon er misschien ook iets van leren. Dus bleven we nog even op die trap staan terwijl we samen onze energie richtten op het maken van een soort afscherming voor ons allebei. (Nou ja, eigenlijk vooral voor mij, want Ava kan geen gedachten lezen en ziet geen visioenen zodra ze iemand aanraakt.) Het moest iets zijn wat ik aan en uit kan zetten wanneer ik wil. Enkele tellen later keken we elkaar aan en tegelijkertijd riepen we uit: ‘Een kwantumafstandsbediening!’