Home>>read Blauwe maan free online

Blauwe maan(48)

By:Alyson Nol


Dan gebeurt er iets bijzonders. Ik voel me inderdaad lichter, blijer, sterker, en ondanks de wanhopige toestand waarin ik me bevind, voel ik me zelfs tevreden.

Als ik mijn ogen open, zie ik dat ze naar me glimlacht. Haar lichaam is omgeven door een aura met de mooiste kleur paars die ik ooit heb gezien.

Ze doet de deur open en ik loop achter haar aan naar binnen. Ik knipper en kijk met mijn ogen half dichtgeknepen naar de donkerpaarse kleur van de muren van het kleine logeerkamertje. Het ziet ernaar uit dat ze het omgetoverd heeft tot een soort heiligdom.

‘Is dit de plek waar je kaartlegt?’ Ik kijk naar de enorme verzameling kristallen, kaarsen en iconen aan de wanden. Ik zie hoe ze haar hoofd schudt en zich laat zakken op een zitkussen vol borduursels. Ze geeft een klopje op het kussen naast haar en gebaart dat ik ook moet gaan zitten.

‘De meeste mensen die hier komen, bevinden zich op een zeer donkere emotionele plek. Ik kan het risico niet nemen hen hier zo binnen te laten. Ik heb hard mijn best moeten doen om de energie in deze kamer te zuiveren en schoon te houden, vrij van alle duisternis. Ik kan niemand binnenlaten voor zijn energie is gezuiverd. Dat geldt ook voor mezelf. De oefening die ik je net liet doen, doe ik elke ochtend zodra ik opsta zelf ook. En dan nog een keer voor ik deze kamer betreed. Ik raad je aan die discipline over te nemen. Ik weet wel dat je het allemaal een hoop onzin vond, maar ik weet ook dat je je verbaast over hoeveel beter je je nu voelt.’

Ik pers mijn lippen op elkaar en wend mijn blik af. Ze hoeft mijn gedachten niet te horen om te weten wat ik denk. Mijn gezicht verraadt me altijd; het kan niet liegen.

‘Ik begrijp dat van dat genezende licht wel.’ Ik kijk naar de bamboe zonwering bij het raam en de plank aan de muur met stenen godenbeeldjes van over de hele wereld. ‘Ik moet toegeven dat ik me er beter door voel, ja. Maar wat was dat met die wortels? Dat was een beetje raar.’

‘Het heet aarding,’ zegt ze glimlachend. ‘Contact zoeken met de aarde, met de basis. Toen je voor mijn deur stond, voelde het aan alsof je energie nogal versnipperd was. Die oefening helpt om alles te herstellen. Ik kan je aanraden die oefening ook eens per dag te doen.’

‘Maar houdt het ons dan niet tegen als we naar Zomerland willen gaan? Omdat we aan de aarde vastzitten, bedoel ik?’

Ze lacht. ‘Nee. Als het al wat doet, dan helpt het je hooguit je te concentreren op de plek waar je graag naartoe wilt.’

Ik kijk om me heen. De kamer staat zo vol spullen dat het moeilijk is alles in een oogopslag te zien. ‘Is dit jouw heiligdom?’ vraag ik na een tijdje.

Ze grinnikt en pulkt met haar vingers aan een draadje van het kussen. ‘Het is de plek waar ik mediteer, vereer en de andere dimensies probeer te bereiken. Ik heb sterk het gevoel dat het me dit keer wel gaat lukken.’

Ze kruist haar benen in de lotushouding en gebaart dat ik hetzelfde moet doen. Even vrees ik dat mijn tegenwoordig veel langere benen vast niet zo soepel meewerken. Maar een paar tellen later merk ik dat ze zonder enige moeite in de juiste positie terechtkomen. Ze glijden over elkaar alsof het de meest natuurlijke en gemakkelijke houding is.

‘Ben je er klaar voor?’ vraagt ze.

Ik staar naar mijn voetzolen en haal mijn schouders op. Het verbaast me hoe goed ik de onderkant van mijn voeten zie terwijl ze op mijn knieën rusten. Ik vraag me af welk ritueel er nu komt.

‘Mooi zo. Want vanaf nu mag jij het zeggen.’ Ze grijnst. ‘Ik ben er nog nooit geweest. Dus ik reken erop dat jij de weg weet.’





Vierentwintig


Ik had niet gedacht dat het zo makkelijk zou zijn. Ik geloofde niet dat het ons zou lukken. Ik begon het ritueel en we sloten onze ogen. Samen stelden we ons voor het glinsterende licht van de gouden poort te zien en we pakten elkaars handen vast. In een mum van tijd struikelden we erdoorheen en landden we samen op het vreemde, veerkrachtige gras van Zomerland.

Ava kijkt me aan met wijd open ogen. Haar mond hangt open, maar ze kan niets uitbrengen.

Ik knik en kijk rustig om me heen. Ik weet precies hoe ze zich voelt. Ook al ben ik hier eerder geweest, de plek blijft wonderbaarlijk en mysterieus.

‘Hé, Ava?’ Ik kom overeind en veeg mijn handen af aan mijn spijkerbroek. Ik kan niet wachten haar een rondleiding te geven en te laten zien hoe magisch deze dimensie is. ‘Probeer eens aan iets te denken. Maakt niet uit wat. Een voorwerp, een dier, eventueel een persoon. Doe je ogen dicht en zie het zo duidelijk mogelijk voor je en dan…’

Ik zie hoe ze haar ogen dichtdoet en ik voel de spanning als ik haar zie fronsen. Ze concentreert zich op iets.

Zodra ze haar ogen opent, drukt ze haar handen tegen haar borst en staart voor zich uit. ‘O! O, dat kan niet! Kijk nou toch – hij lijkt precies op hem en hij ziet er zo echt uit!’