Home>>read Blauwe maan free online

Blauwe maan(18)

By:Alyson Nol


‘Dat is onzin! Je bent een geweldige leraar. Je hebt vandaag gewoon je dag niet, dat is alles.’ Als ik naar hem kijk, zie ik dat ik hem niet kan overtuigen. Dan maar een andere tactiek. Ik neem alle schuld op me. ‘Het is mijn schuld. Ik ben een slechte student. Ik ben lui, slordig en ik doe mijn best je af te leiden van de lesstof zodat we kunnen zoenen.’ Ik geef hem een kneepje in zijn hand. ‘Maar ik ben daar nu overheen. Ik zal het serieuzer aanpakken. Geef me alsjeblieft nog een kans, dan zul je het zien.’

Hij kijkt me aan. Hij gelooft niet dat het zin heeft, maar wil me niet teleurstellen. Hij pakt mijn hand vast en samen proberen we het nog een keer. Allebei hebben we onze ogen dicht en we stellen ons die geweldige sluier van licht voor. Op het moment dat het gouden licht vorm begint te krijgen, komt Sabine door de voordeur naar binnen en ze loopt de trap op. Ze komt zo onverwacht binnen dat we allebei een andere kant van de kamer op springen.

‘Damen. Ik dacht al dat het jouw auto was op de oprit.’ Ze trekt haar jasje uit en loopt met een paar passen van de deur naar mijn bureau. Het sterke energieveld van haar werk hangt nog om haar heen als ze zijn hand vastpakt en schudt. Dan valt haar oog op het flesje dat op zijn knie balanceert. ‘Dus jij bent degene die Ever heeft aangestoken.’ Ze kijkt van de een naar de ander met half toegeknepen ogen en tuit haar lippen. Het is net alsof ze al het bewijs heeft verzameld in haar zaak tegen mij.

Ik werp een blik naar Damen en voel de paniek opkomen. Ik vraag me af hoe hij dit wil uitleggen. Maar hij lacht alleen maar. ‘Ik pleit schuldig. De meeste mensen vinden het vies, maar om een of andere reden heeft Ever de smaak te pakken.’ Hij glimlacht op een manier die niet alleen overtuigend, maar ook charmant moet overkomen. Als je het mij vraagt, lukt het allebei.

Sabine blijft hem echter aankijken en is niet van haar stuk te brengen. ‘Het lijkt wel alsof dat het enige is wat ze nog lekker vindt. Ik koop tassen vol etenswaren, maar ze weigert te eten.’

‘Dat is niet waar!’ roep ik gefrustreerd. Dat ze hier nou weer over begint, en nog wel waar Damen bij is! Dan zie ik de ijsthee-met-melk-vlek op haar blouse en mijn irritatie slaat om in woede. ‘Hoe kom je daaraan?’ Ik wijs naar de vlek alsof ik haar op heterdaad betrap op een misdrijf. Ik moet haar overhalen voorlopig niet meer terug te gaan naar Starbucks, hoe dan ook.

Ze kijkt omlaag naar haar blouse en haar vingers wrijven over de vlek terwijl ze nadenkt. Ze schudt haar hoofd en haalt haar schouders op. ‘Ik ben tegen iemand aan gelopen.’ De manier waarop ze dat zegt, is zo nonchalant, zo makkelijk en relaxed dat ik zeker weet dat zij lang niet zo onder de indruk is van de ontmoeting als meneer Munoz.

‘Staat de afspraak voor zaterdagavond nog steeds?’ vraagt ze.

Ik slik en stuur Damen een telepathisch bericht om gewoon te knikken en te glimlachen en ja te zeggen. Ook al heeft hij geen flauw idee wat ze bedoelt, want ik heb het hem nog niet kunnen vertellen.

‘Ik heb gereserveerd voor acht uur.’

Ik houd mijn adem in en zie hoe Damen knikt en glimlacht, net zoals ik hem in gedachten vroeg te doen. Hij doet er zelfs nog een schepje bovenop door te zeggen: ‘Ik ben van de partij.’

Hij schudt Sabines hand en loopt de kamer uit terwijl hij mijn hand weer vastpakt. Meteen voel ik de heerlijke warmte weer door mijn lichaam gieren. We lopen naar buiten. ‘Sorry van dat etentje. Ik hoopte stiekem dat ze het zo druk zou hebben dat ze niet meer aan die afspraak zou denken.’

Hij plant een kus op mijn wang en stapt in zijn auto. ‘Ze geeft veel om je. Ze wil er zeker van zijn dat ik goed genoeg voor je ben. Oprecht en niet van plan je te kwetsen. Geloof me, we hebben dit al vaker meegemaakt. Ik ben altijd nog door de keuring heen gekomen, al was dat een of twee keer nog knap lastig.’ Hij grijnst.

‘Aha, de puriteinse vader natuurlijk,’ zeg ik. Dat lijkt mij een typisch dominante, strenge man.

‘Dat zal je nog verbazen,’ lacht Damen. ‘De rijke grootgrondbezitter was nog veel erger. En toch is het me gelukt langs hem te glippen.’

‘Misschien kun je me ooit nog eens jouw verleden laten zien,’ zeg ik. ‘Je weet wel, wat je deed in de tijd voor je mij kende. Je huis, je ouders, hoe je zo geworden bent…’ Mijn stem sterft weg als ik een flits van pijn in zijn ogen zie verschijnen. Hij wil er nog steeds niet over praten. Hij klapt elke keer weer dicht en weigert iets te vertellen. Dat maakt mij alleen nog nieuwsgieriger.

‘Het doet er allemaal niet toe,’ zegt hij. Hij laat mijn hand los en verandert de stand van zijn zijspiegels en achteruitkijkspiegel. Als hij mij maar niet hoeft aan te kijken. ‘Het enige wat belangrijk is, is het hier en nu.’