‘Waar is Kreuger?’ vraagt Lisa slechts.
Opeens komt ze overeind en gaat in de deuropening van de keuken naar de woonkamer staan. Zonder een woord te zeggen kijkt ze naar Kreugers roerloze lichaam en de wond aan zijn oog. ‘Hij is niet dood,’ zegt ze vlak.
Senta is haar achterna gelopen en legt een hand op Lisa’s arm. ‘Hij kan ons niets meer doen, hij is zwaargewond. Ik heb de politie gebeld. Hoor maar, daar komen ze aan.’
Ze steekt haar vinger in de lucht om Lisa’s aandacht te vestigen op het geluid van sirenes in de verte.
‘Hij leeft nog.’ Behoedzaam buigt Lisa zich over Kreugers lichaam.
‘Mama…’ zegt Anouk angstig.
Senta trekt het meisje naar zich toe. ‘Hij kan jullie niets meer doen, liefje.’
Maar opeens kreunt Kreuger. Hij probeert zich op te richten en ziet Lisa staan. Met een gewelddadige grauw haalt hij naar haar uit.
Gillend springt Lisa achteruit, net buiten zijn bereik. Met één haal graait ze het breekijzer naar zich toe waarmee Senta hen heeft bevrijd.
Intussen wankelt Kreuger op hen af, één hand tegen zijn oog gedrukt.
Als hij Lisa met het breekijzer ziet staan, kijkt hij haar strak aan. Lisa’s blik wijkt niet voor de zijne. Opnieuw beleeft ze het moment dat hij haar huis binnendrong en haar tegen de grond sloeg. Ze doorleeft ieder angstig moment van de afgelopen week. Ze ziet zijn rood aangelopen gezicht voor zich toen hij haar in haar eigen bed verkrachtte en in haar klaarkwam, en in gedachte ligt ze weer brakend voor de toiletpot.
En ten slotte denkt ze aan Menno. Aan de liefde in zijn ogen voor ze wegdraaiden.
Lisa voelt het aankomen. De sluimerende woede die ze zo lang heeft moeten onderdrukken bouwt zich steeds sneller op, zoekend naar een uitweg. Wraakzucht hoopt zich in haar op, vecht om naar buiten te komen. Haar woede is een te krachtige emotie om tegen te houden. Als een geiser spuit hij in haar omhoog en breekt los.
Met een verbeten gezicht doet ze een stap in Kreugers richting en zijn blik verandert. Hij deinst terug als ze met beide handen het breekijzer omhoog brengt.
Hij struikelt en valt op de grond. Er verschijnt iets smekends in zijn ogen maar Lisa ziet alleen de spot, machtswellust en dreiging die eerder zijn gezicht tot zo’n gevaarlijk masker vervormden.
‘Je verlof is voorbij,’ zegt ze. De pijn in haar hand is op wonderbaarlijke wijze verdwenen en met al haar kracht laat ze het breekijzer op hem neerkomen.
‘Het is voorbij, voorbij, voorbij!’
Als Kreuger niet meer beweegt en de vloer en haar kleding besmeurd zijn met bloed laat ze het breekijzer krachteloos uit haar handen vallen.
‘Kom maar. Ga even zitten.’ Geschokt slaat Senta haar arm om Lisa heen en begeleidt haar naar de bank, waar Lisa geluidloos verder huilt. Ze helpt Anouk naast haar moeder op de bank en dan loopt ze met tegenzin naar het verminkte lichaam van Kreuger. Veel langer dan ze eigenlijk kan opbrengen moet ze zijn zakken doorzoeken naar de sleutel van de voordeur. Haar handen zitten onder het bloed als ze ermee naar de hal loopt. Het lijkt uren geleden dat ze daar vergeefs aan de deur stond te trekken. Met trillende handen draait ze de sleutel om en zet de deur wijd open.
Dan gaat ze terug naar Lisa en Anouk en neemt naast hen plaats op de bank. Ze spreken geen woord maar luisteren naar de politiesirene in de verte. Met z’n drieën wachten ze tot het gierende geluid uiteindelijk voor de deur tot zwijgen komt.