Home>>read Blauw water free online

Blauw water(30)

By:Simone van der Vlugt


Nauwlettend houdt Lisa hem in de gaten. ‘En toen?’

‘Mijn leven stortte in, ik heb nog nooit zoveel gejankt. Mijn vrouw weg, mijn kinderen weg en alsof dat nog niet genoeg was werd ik nog ontslagen ook. Ik zat de hele dag thuis met niets dan problemen aan mijn kop. En op een dag zag ik haar. Ze liep door de stad met een andere vent. Ik had dus toch gelijk. Ze had me inderdaad met een ander bedonderd en nu liepen ze daar samen door de stad. Met de kinderen. Zij had Emmelie aan de hand en mijn kleine mannetje huppelde aan de hand van die eikel. Alle stoppen sloegen bij me door, maar ik wist dat ik midden in een winkelstraat niet veel tegen ze kon beginnen. Ik ben naar het huis van die eikel gereden. Het kostte me niet veel moeite om binnen te komen, en daar heb ik ze opgewacht.’

Hij zwijgt even, kijkt naar Lisa om zich te verzekeren van haar aandacht. Die heeft hij. Volledig.

‘Wat heb je toen gedaan?’ vraagt ze zacht.

‘Ik heb ze vermoord,’ zegt hij eenvoudig. ‘Eerst die lul. Hij ging naar de garage. Ik ben hem achternageglipt en heb zijn hersens ingeslagen. Het was een makkie, hij heeft niet geweten wat hem overkwam. Dat vond ik wel jammer, maar ik kon niet het risico nemen dat het op een vechtpartij zou uitlopen. Dat zou Angelique gealarmeerd hebben.’

‘En toen ging je terug het huis in.’

Kreuger knikt bevestigend. ‘Ik had gezien dat Angelique naar boven was gelopen. Ik pakte in de keuken een flink mes en liep ermee de trap op. De kinderen waren in de woonkamer, maar via de garage en de bijkeuken kon ik ongezien in de gang komen.’ Hij staart voor zich uit en krijgt een bijna dromerige blik in zijn ogen. ‘In mijn fantasie had ik haar al zo vaak vermoord. En iedere keer deed ik het heel langzaam, zodat ze zich er goed van bewust was wat ze me had aangedaan, en dat het haar eigen schuld was dat ze zo moest lijden. Maar in werkelijkheid was dat niet mogelijk. De kinderen zaten beneden, ik moest snel zijn.’

Hij zegt het gedecideerd, alsof hij een vervelend huishoudelijk klusje moest opknappen waaraan hij niet kon ontkomen.

‘Ze zag me met het mes op haar afkomen en ze begon te gillen, maar ze kwam niet boven het geluid van de televisie beneden uit. En haar gegil verstomde al snel.’ Kreugers stem klinkt voldaan.

Lisa probeert niets te laten merken van de huivering die langs haar ruggengraat glijdt. ‘En de kinderen?’ fluistert ze.

Kreugers blik versombert. Hij kijkt naar haar op met een gezicht waar na al die tijd nog steeds wanhoop uit spreekt. ‘Wat kon ik anders doen? Ik wist dat ik niet weg zou komen met die moorden en dat ik voor jaren de gevangenis in zou gaan. Wat moest er van Emmelie en Jeffrey terechtkomen? Zeg nou zelf, wat voor leven gingen ze tegemoet? Hun moeder vermoord, hun vader in de gevangenis en zij van opvanghuis naar opvanghuis. Ik heb ze een dienst bewezen door dat te voorkomen. Ik heb het zo snel mogelijk gedaan. Eén lange haal en het was gebeurd. Ik heb alleen aan hún belang gedacht. Dat heb ik ook geprobeerd uit te leggen aan de rechter, dat ik in het belang van mijn kinderen heb gehandeld, maar hij luisterde niet.’

Weer klinkt er woede door in zijn stem, maar dat duurt maar kort. Een moment later worden zijn ogen dof en klinkt zijn stem vermoeid en oneindig gedeprimeerd.

‘Zeg nou zelf, ik kón toch niet anders?’ mompelt hij voor zich uit.

Lisa kan hem alleen maar aanstaren. Dat de man die tegenover haar zit zijn vrouw en haar geliefde heeft vermoord is verschrikkelijk, maar hoe hij het heeft klaargespeeld om zijn bloedeigen kinderen de keel door te snijden is onverklaarbaar. Ze kan niet eens beginnen met het zich voor te stellen. Moordenaars denken niet logisch, je kunt niet redeneren zoals zij.

Andere mensen kunnen alleen maar in star afgrijzen proberen te verwerken dat dit soort dingen gebeuren. Het is alsof ze via telepathische weg zijn herinneringen deelt. Ze hoort het gegil, het gesmeek, ze ruikt het bloed…

Het zweet breekt haar uit, haar handen beginnen te trillen en ze haalt snel en oppervlakkig adem. Ze merkt dat Kreuger haar reactie in de gaten houdt en ze probeert haar gezichtsuitdrukking zo neutraal mogelijk te houden.

‘Jij weet wat het is,’ zegt hij, alsof ze twee verwante zielen zijn. ‘Je hebt zelf geprobeerd je man te vermoorden.’

‘Dat is niet hetzelfde…’

‘O nee? Wat is het verschil?’

Lisa zwijgt.

Kreuger buigt zich iets naar haar toe. ‘Je kunt zeker wel op me kotsen? Je vindt me zo’n klootzak dat je niet goed van me wordt. Denk je dat je beter bent dan ik omdat je geen bloed aan je handen hebt? Je vergist je, meid. We zijn precies hetzelfde.’

Nee, dat zijn we niet, denkt Lisa. Dat zijn we helemaal niet, smeerlap. Ik zou mijn dochter nooit iets aandoen. Ik zou haar liever bij Menno achterlaten en nooit meer zien dan dat ik één vinger naar haar uitstak.