Een paar seconden is het heel stil, dan richt de bezoeker zich op. Het gordijn wordt teruggeschoven en Senta hoort voetstappen haar kamer uit lopen.
Nog lange tijd ligt ze met verhoogde hartslag in bed. Die zware ademhaling, de niet bepaald geruisloze tred waarmee hij haar kamer verliet, de sterke lucht van pepermuntkauwgom… Hij was het, Freek heeft al die tijd aan haar bed gezeten en zij heeft er niets van gemerkt.
Kom terug, kom terug! schreeuwt een stem in haar. Praat tegen me, lees me voor, vertel me iets!
De voetstappen sterven weg op de gang. Ze is weer alleen met haar gedachten en herinneringen.
Haar grootste wens was altijd om journaliste te worden. Het liefst voor een grote, gerespecteerde krant, maar toen ze daar eenmaal een baan had gekregen, ontdekte ze dat de tijdschriftenwereld haar veel meer aantrok. Zonder aarzelen waagde ze de overstap en daar heeft ze geen spijt van gekregen. De ene promotie volgde op de andere, met als gevolg dat ze nog voor haar veertigste hoofdredactrice was van een van de meest gelezen vrouwenbladen van het moment.
Iemand een goed interview afnemen is een vak apart. Iedereen kan een serie vragen afvuren, maar om tot een goed gesprek te komen moet je meer in huis hebben. Veel journalisten maken de fout zelf te veel aan het woord te zijn als er een gesprek ontstaat, terwijl de enige ingrediënten die je nodig hebt inlevingsvermogen en begrip zijn. Alleen daaruit ontstaan goede, sturende vragen. Vragen die iemand op een gegeven moment tot zelfinzicht brengen, omdat hij niet eerder de moeite heeft genomen op die manier over zichzelf na te denken.
Dat gebeurde haar bij de schrijver Alexander Riskens. Niet bepaald iemand die strooide met interviews; hij leidde een nogal teruggetrokken leven en het had haar heel veel moeite gekost om een afspraak met hem te maken. Toen dat gelukt was, had hij geëist dat zij, als hoofdredactrice, het interview zelf zou doen en daar was ze graag op ingegaan. Ze hield van lezen en was al jaren een groot liefhebber van zijn werk. Er was geen denken aan dat ze dit buitenkansje aan een van haar collega’s zou overlaten.
Het was een spannende middag geworden. Alexander bleek een vriendelijke man te zijn die niet graag over zichzelf praatte, zodat het gesprek wat moeizaam op gang kwam. Het kostte haar zeker drie kwartier voor ze zijn vertrouwen enigszins gewonnen had en ze de sprong van clichévragen naar zijn diepere gevoelswereld durfde te maken.
Ze slaagde daarin omdat ze de verboden onderwerpen, zoals de dood van zijn vrouw en dochtertje, respecteerde en alleen zijdelings aanstipte. Ze viel hem niet lastig met de roddels en slechte recensies die ze over hem gelezen had, maar vroeg door over de onderwerpen die hij zelf aansneed. Aanvankelijk praatten ze daarom alleen over zijn werk, over het writer’s block dat hem lamlegde en dat hem zo vreselijk dwarszat.
Op een gegeven moment waren ze bijna onmerkbaar naar zijn privéleven gegleden, en op dat punt aangekomen was er zo’n vertrouwelijke sfeer tussen hen ontstaan dat Senta moeite had om een einde te maken aan het gesprek. Alexander zelf blijkbaar ook, want hij nodigde haar uit voor een lunch in een gezellig restaurantje in het dorp waar hij woonde. Ze had de uitnodiging aangenomen, al begonnen alle alarmbellen in haar hoofd te rinkelen en vertelden al haar zintuigen dat ze beter zo snel mogelijk terug naar Amstelveen kon rijden.
Dat had ze niet gedaan, ze waren naar het restaurantje gegaan en hadden daar uren gepraat, off the record natuurlijk.
Senta wist dat ze in de gevarenzone was beland. Ze stond op het punt verliefd te worden op deze man, ze was het misschien al, en iedere minuut die ze langer in zijn nabijheid verkeerde, zou die gevoelens voeden.
In het rustieke restaurantje hield ze voortdurend haar hand in het zicht, zodat de witgouden trouwring met het kleine diamantje hem niet kon ontgaan. Een laatste poging om iets van een barrière in stand te houden. Als je haar later had gevraagd waar hun gesprek over was gegaan, wat ze hadden gegeten en gedronken die middag, zou ze geen flauw idee hebben gehad.
Als betoverd zat ze op haar stoel naar hem te kijken. En hij naar haar. Die eerste glimlach van herkenning, die eerste speciale blik, ze heeft alles uitvergroot in haar herinnering opgeslagen. Niet dat ze met elkaar flirtten. Er was geen sprake van dubbelzinnigheden of plagerijtjes, alleen van een rustig gesprek, met een vanzelfsprekendheid die dat soort flauwekul overbodig maakte.
Op een gegeven moment vielen ze even stil en luisterden naar een liedje dat ergens op de achtergrond te horen was. ‘Save Room’ van John Legend. Alexander zong zachtjes de woorden mee: ‘Say that you stay a little. Don’t say bye bye tonight…’
Hij keek recht bij haar naar binnen. Ik wil je, zei die blik. Ik hou van je.
Dat is wel erg snel, vind je niet? antwoordden haar ogen.
Meer tijd heb ik niet nodig.