Het huis was kleiner dan dat van Theo en eenvoudig ingericht. Dione voelde zich meteen op haar gemak. Een sproeier hield het gazon groen en de bloemen bewogen traag als ze de waterdruppeltjes opvingen. Het was heerlijk rustig, en zelfs Theo zat er ontspannen bij.
De afgelopen dagen had hij er allesbehalve ontspannen uitgezien. Misschien maakte hij zich druk om de rechtszaak of om hun eigen moeilijke situatie. Aan de hacker had ze helemaal niet meer gedacht, maar het was logisch dat die kwestie zijn weerslag had op Theo en het bedrijf. Ze voelde zich een beetje schuldig omdat ze niet had gevraagd hoe het op kantoor ging.
Theo’s vader, een oudere versie van Theo, schonk drankjes in en toen ze waren gaan zitten, keek zijn moeder haar strak aan.
‘Vertel eens hoe het ermee gaat. Het is niet aardig van Theo dat hij je nog niet eerder aan ons had voorgesteld, al weet ik hoe druk hij het heeft. Maar laat jou dat er niet van weerhouden om langs te komen, Dione. Je bent hier altijd welkom.’
‘Dank u,’ mompelde ze. Haar schoonmoeder had gelijk. Afgezien van een paar woorden op de bruiloft had ze Theo’s ouders niet meer gesproken.
Toen ze vlak bij het huis waren, had Theo haar gewaarschuwd dat hij zijn ouders nog niet had ingelicht over haar zwangerschap. ‘Daar is nog alle tijd voor,’ had hij gezegd.
Hij wilde dus niet dat ze haar mond voorbijpraatte, concludeerde ze. Hij hoefde zich geen zorgen te maken; ze wilde er niet eens aan denken dat ze zwanger was. Vanwege de misselijkheid lukte dat niet zo goed, maar afgezien daarvan voelde ze zich prima.
‘Ben je al gewend in je nieuwe huis?’
Dione knikte. ‘Ja, het is prachtig.’
‘Je ouders zullen je wel missen. Woonde je nog thuis?’
Ze knikte weer.
‘En ik heb gehoord dat je vader ziek is. Hoe gaat het nu met hem? Ik heb wel eens in een van zijn restaurants gegeten. Voortreffelijk eten.’
‘Het gaat goed met hem. Het ergste is achter de rug. Hij ligt niet meer in het ziekenhuis.’
‘Dat is fijn. Doe hem maar de groeten van me. Theo heeft ons heel weinig over je verteld. Heb je broers of zusters?’
Dione vond het niet prettig om aan de tand te worden gevoeld, en ze wierp Theo een benauwde blik toe. Maar hij was diep in gesprek met zijn vader en had niets in de gaten. ‘Ik ben enig kind,’ antwoordde ze.
‘Wat jammer! Theo en Alexandra konden elkaar uitstekend bezighouden. Ze verschilden maar dertien maanden. Wilde je moeder geen kinderen meer?’
Diones adem stokte, maar ze gaf zo kalm mogelijk antwoord. ‘Mijn ouders zijn gescheiden. Mijn moeder woont in Engeland en is nooit hertrouwd. En mijn stiefmoeder heeft geen kinderen.’ Stel me alsjeblieft niet nog meer persoonlijke vragen, dacht ze. Maar het mocht niet zo zijn.
‘Wat triest.’ Mrs. Tsardikos boog zich voorover en omvatte Diones handen. ‘Hoe oud was je toen ouders gingen scheiden?’
Eindelijk wist Dione Theo’s aandacht te trekken, en hij kwam haar snel te hulp. ‘Je stelt te veel vragen, mam. Waarom vertel je Dione niet over je gedichten? Ik denk dat ze die graag zal willen lezen.’
Zijn moeder liet Diones handen los. ‘Wil je ze echt horen?’ Haar lichtblauwe ogen straalden van plezier.
Dione knikte. Ze had er alles voor over om haar tijdelijke schoonmoeder af te leiden.
Opgetogen haastte Mrs. Tsardikos zich naar binnen.
‘Neem het mijn vrouw maar niet kwalijk,’ zei Theo’s vader. ‘Ze is erg belangstellend. Drink je glas maar leeg, dan schenk ik nog eens in. Dat zul je wel nodig hebben. Als Helena eenmaal begint, houdt ze niet meer op.’
‘Dione drinkt geen alcohol,’ liet Theo hem weten. ‘Sorry, dat was ik vergeten te zeggen.’
‘O jee,’ mompelde zijn vader. ‘En ik dacht dat ze het niet lekker vond. Wat kan ik dan voor je inschenken? Sap? Mineraalwater?’
‘Gewoon water graag,’ antwoordde Dione, en toen Theo’s vader wegliep, keek ze Theo boos aan. ‘Waarom heb je me niet voor je moeder gewaarschuwd? Volgens mij wil ze mijn hele familiegeschiedenis horen.’
Theo grinnikte. ‘Ze is alleen nieuwsgierig, meer niet. Ze bedoelt het niet kwaad. Maar poëzie is haar liefhebberij, dus nu zal ze je niets meer vragen, behalve wat je van haar gedichten vindt. Eerlijk gezegd zijn ze niet mijn smaak.’
‘En als ze ook niet mijn smaak zijn? Wat moet ik dan zeggen?’
Theo haalde zijn schouders op en spreidde zijn handen. ‘Dat moet je zelf weten.’
Dione vermaakte zich echter uitstekend, want gelukkig vond ze Helena’s gedichten mooi. Ze stemden tot nadenken, en Dione begreep nu ook beter waarom Helena zoveel vragen stelde. Ze had veel mensenkennis en dat kwam in haar poëzie tot uiting.
‘Hebt u er wel eens aan gedacht om ze te publiceren?’ vroeg ze.